30-09-2011

Columns van Harrie (September 2011)


Pingo / Actualiteiten / 05-09-2011

In polaire gebieden is altijd sprake van bijzondere spanningsvelden. Ook de telematica en telecommunicatie hebben daarmee te kampen. Aardstralen, ijsstralen, zandstralen, ze veroorzaken vaak alleen maar ruis. Laat dat nou toevallig het onderzoeksgebied zijn waarin dokter Wie doldwaze interesse toont. Zeker als zijn favoriete onderzoeksgebied ook nog eens de volle aandacht krijgt van alle sociale media.

Van nitwit naar twitwit en van tweet naar retweet er wordt wat afgetwitterd. Maar ook in de twitterwereld zorgen polaire tegenpolen voor bijzondere spanningsvelden. De nulletjes en eentjes vechten zich de wereld in en dat alles om de gunsten te verkrijgen van 140 tekens. Al sinds mensenheugenis rammen zich vreemdsoortige runen door oerwouden van algebra en metafysica. Nu zie je ze veelvuldig terug in het nullen- en enencircuit van het digitale universum. De metamorfose is compleet.

Nog even en dan nemen de nullen en enen het over van de chromosomen. Het DNA wordt mathematisch vastgesteld en met een meetlat op waarde geschat. 140 Tekens, 140 enen, 140 kilo nullen, het weegt allemaal niet op tegen een mens uit vlees en bloed geschapen. De natuur blijft een uniek wezen met eigen grillen en grollen. Ooit kwamen daaruit nog trollen voort. Hoedt u voor de trol want hij is niet wat hij lijkt te zijn. Een natuurverschijnsel met pukkels en veel haar. Onderhuids kolkt zijn gril en grol. En dat is never nooit te vertalen in eentjes en nulletjes.

Zet daar maar eens de pinguïn tegenover. Zwart en wit. Een groter contrast bestaat niet. Almachtig als een ware koning. Voldaan en met opgetogen schouders overziet deze vreemde vogel met volle borst vooruit zijn rijkdommen. Zich van geen kwaad bewust. Maar ho eens even, ook de pinguïn piest wel eens naast de pot. Vraag dat maar eens aan Batman. Een haatliefde relatie draagt de pinguïn mee met zijn aartsvijand de gevleerde muis. Ook ratten, honden en katten staan pinguïns vaak het leven na, aldus wikipedia. Lekkere hapjes, die pinguïns, denkt dit dierlijke gespuis.

Maar wat heeft dit nou eigenlijk te maken met enen en met nullen? Wie pinguïn twittert wordt helemaal Happy. Doodongelukkig moet het heilig beest zich wanen. Eerst verdwaald bij gebrek aan inwendige tom tom, wie kent ze niet die zalige snoepjes, verstikt in gortdroog zand en dan vertroetelt en gemangeld in media en pers. Rondgetubed als een maffe kermisfreak in een mallemolen van een world wide web. Spin in het web, daar is geen plak meer bij nodig. Het kwijl druipt allengs van geile worldwidewebbers af. Gelijk zoete honing, het is het slijk der aarde. Het beestje heeft geen armen. Maar blijf in godsnaam met alle nullen en enen van zijn poten af. Op de Zuidpool wil ik wonen. Ver van die bizarre mensen af. Aan pottenkijkers gelukkig veel gebrek. Aldus Pingo.


Theorie van alles / Fictie / 12-09-2011

Niets maar dan ook niets is zeker in dit leven. Daar is iedereen het met dokter Wie over eens. Nou ja, uitgezonderd de dood misschien, want daar moeten we uiteindelijk allemaal aan geloven. Het twijfelachtige statement is voor vele wetenschappers onverteerbaar gebleken. In de nog prille geschiedenis van planeet Aarde hebben velen getracht formules en theorieën te zoeken om het leven te verklaren. Zo ook dokter Wie. Lees hier de merkwaardige weg die Wie volgde om te komen tot zijn eigen bijzondere theorie van alles.

Zoals het een goede moderne en vooral hippe wetenschapper betaamt, maakte Wie gebruik van de nieuwste onderzoekstechnieken en media die voorhanden zijn. Maar niet vooraleer hij eerst onderzoek had gedaan naar het werk en methoden van zijn voorgangers. Te beginnen bij Wiki de Viking. Een kleine oranjeharige wetenschapper die tot wonderlijke ideeën kwam. Hij hoefde maar met een gestrekte wijsvinger onder zijn neus te wrijven en de meest lumineuze ideeën ontsproten uit zijn brein. Ze beschermden de mens en wetenschap tegen vrieskou en plundering. Zijn grote verdienste voor de wetenschap was echter zijn lumineus idee over de opslag van informatie. Niet voor niets werd een belangrijk infomedium in 2001 naar hem vernoemd. Wikipedia is niet meer weg te bannen uit ons dagelijks leven.

Over lumineus gesproken. Bepaald niet onverdienstelijk was ook de bijdrage die Wiki’s vakgenoot aan de overkant van de grote plas leverde aan de wetenschap. De beroemde antropomorfe kraanvogel Willie Wortel bracht de wereld licht in de vorm van een slimme gloeilamp. Dat maakte koning Philips van Nederland zo’n honderd jaar geleden erg content. Iets wat nu helaas niet meer gezegd kan worden. Het maakte het voor de wetenschappers mogelijk om tot diep in de nacht naar wetenschap te vorsen. Schatplichtig is dokter Wie ook aan Pipi Langkous. Nog niet zo lang erkend en opgenomen in het gilde van vrouwelijke wetenschappers die de theorie van alles een krachtig en praktisch gezicht gaven. Vooral de zwaartekracht kreeg een geheel andere betekenis door de proeven van Pipi. Zwaartekracht is dan ook ontleend aan paardenkracht.

Uiteraard mogen ook de namen Newton, Einstein en niet te vergeten Stradivarius onbenoemd blijven. Deze laatste maakt nog altijd furore door zijn snaartheorie in volle zalen in praktijk te brengen. Een genot voor het oor. Zij allen hebben een essentiële bijdrage geleverd aan en de fundamenten gelegd voor Verlinde’s unificatietheorie. Nee, en dan bedoel ik natuurlijk niet Albert maar Erik Verlinde. Dokter Wie is een grote aanbidder van deze nog jonge wetenschapper uit Woudenberg. Zijn theorie legt op eenvoudige wijze uit hoe zowel Newton’s gravitatiewet als zijn tweede versnellingswet afgeleid kunnen worden uit de verschillen in informatiedichtheid in de lege ruimte tussen twee massa’s en daarbuiten. Of in gewone mensenwoorden, alles wat er gebeurd in de ruimte tussen een voorwerp dat valt en de aarde bevat informatie die te herleiden en beschrijven valt. Daarmee zouden alle fundamentele theorieën in de natuurkunde met elkaar verenigd en verklaard kunnen worden in een theorie van alles.

Helaas bestaat die theorie nog niet omdat er nog wat verder onderzoek gedaan moet worden. Er ligt dus nog een uitdaging. Voor wie? Juist ja, voor dokter Wie. Die is inmiddels een zoektocht gestart naar de duiding en juiste setting van elektronen, atomen, neutronen, gluonen, protonen, bosonen, fotonen, gravitonen en niet te vergeten de quarks. Hij doet dat met vereende krachten. Immers ook de wetenschap is verworden tot topsport. We zijn dan ook benieuwd wie het eerste aan de finish komt. Dokter Wie of dokter Erik? In ieder geval op de hielen gezeten door relativiteit, zwaartekracht, kwantummechanica en niet te vergeten Stradivarius. Eén ding is zeker. Aan de finish zal een oorverdovende oerknal te horen zijn.


Hoedinidet / Actualiteiten / 21-09-2011

Onder grote belangstelling neemt dokter Wie zijn hoofddeksel af. Luid gejuich stijgt op uit de grote zaal. Een dergelijk hoorcollege is zelden vertoond in Kambrug. Dokter Wie kijkt een beetje beteuterd naar zijn zwarte hoofddeksel. Dit had hij niet verwacht. Een staande ovatie.

Twee jaar terug was hij met zijn onderzoek begonnen. Omdat hij geen sjoege had van financiën had dokter Wie besloten om er vanaf het begin een expert erbij te halen. Een jolige dikke man, genaamd Hoedinidet, reageerde op zijn advertentie. Dokter Wie nam hem gelijk aan. Hij vond Hoedinidet een guitig mannetje dat over de juiste papieren en connecties beschikte. Dokter Wie vond het wel raar dat Hoedinidet telkens een houten koffertje bij zich had. Daar wilde Hoedinidet niets over kwijt behalve dat hij en zijn koffertje onafscheidelijk waren. Het bevatte grote geheimen die het daglicht niet konden verdragen.

Ach, dokter Wie kende zijn pappenheimers. Hij had wel vreemdere zaken meegemaakt tijdens sollicitatiegesprekken. Dokter Wie was zeer gecharmeerd van zijn kersverse financiële expert. Ze deelden ook dezelfde interesses. Dat kwam goed uit voor het onderzoek. Het onderwerp betrof namelijk de goedgemutstheid van bewindslieden en hun aanhang. Daarbij was gedegen kennis van precalculaties, begrotingen en inzicht in randvoorwaarden, aangaande de hoge hoedencultuur, een absolute must. Zomaar iets uit de hoed toveren was not done, aldus dokter Wie. Hoedinidet en dokter Wie waren beiden gedegen kenners van de hoge hoedencultuur. Deze bijzondere cultuur kende twee gezichten. In de wandelgangen van alle ministeries werd daarover gesproken in speciaal vakjargon. Men sprak dan in termen van ‘datgene dat onder de pet gehouden moest worden’ en ‘datgene dat boven de pet ging’. Om tot de kern van hoge hoedencultuur door te kunnen dringen was diplomatisch handelen absoluut noodzakelijk. En daarvoor was Hoedinidet nou juist de geschikte persoon.

Hoedinidet kende alle ingangen bij alle ministeries. Hij wist als geen ander hoe hij binnen moest komen en zich toegang kon verlenen tot de diepste geheimen van alle posten. Daar had hij geen enkel diploma voor nodig. Hoedinidet baseerde zich volledig op zijn mannelijke intuïtie en zijn tot in perfectie uitgewerkte charmeoffensief. Het ontfutselen van geheimen kostte hem geen enkele moeite. Die vond hij namelijk onder de aanhang van alle bewindslieden. Het was dan ook eigenlijk Hoedinidet die de basis legde en de voorwaarden schepte voor het cum laude promoveren van zijn baas, dokter Wie. Met kinderlijke eenvoud en betoverende naïviteit haalde hij alle geheimen onder iedere bijzonder hoge hoed vandaan. Om te beginnen bij alle vrouwelijk partners van de bewindslieden. Bij de vrouwelijke bewindslieden was dat niet nodig. Die vielen sowieso als een blok voor zijn ongekende charmes. Hij worstelde zich door heel wat lelijke hoedjes heen en was al behoorlijk de tel kwijt geraakt. Desalniettemin, iedereen nam vrijwillig en spontaan de hoed voor hem af.

Het houten koffertje aldus, bevatte alle verzamelde geheimen. Voor dokter Wie was het koffertje één grote box van Pandora. Alleen Hoedinidet beschikte over de juiste sleutel. De sleutel tot alle geheimen. Dag in dag uit smeekte dokter Wie Hoedinidet hem de sleutel te geven. Maar dat deed Hoedinidet nou net niet. De koffer was hem heilig.


Columns van Harrie zijn geschreven aan tafel bij Mien. Harrie is een auteur en tafelvriend van Mien. Van november 2010 tot maart 2016 publiceerde Harrie ook columns op de website van ColumnX.
Harrie’s columns zijn gebaseerd op oude personages uit TV-series Catweazle en Doctor Who. De Britse acteurs Tom Baker en Geoffrey Bayldon vormen zijn inspiratiebron. Daarnaast maakt Harrie ook graag filosofische en sportieve uitstapjes.

26-09-2011

Eloze Holyman

Dichtbij is zijn komst. Ja, ja, Holyman ligt al klaar, laag in ’t schap. Hij valt bijna uit zijn mal. ’t Kind juicht vanuit gans zijn hart. Wat is ‘t in zijn nop van al dat zalig spul. Vol smacht houdt ’t zijn hand op. Pa blij, ma blij. Maar toch, ’t kind krijgt naast smacht ook smart in ‘t lijf. Strotpijn, kaakpijn, tandpijn, buikpijn. Ook bij mams plus paps vindt smart plaats, portomonnaipijn. Dat zit danig dwars. Raar want chocola smaakt als honing, zalig toch? Daar waar honing langzaam langs ’n kin omlaag druipt, krult ‘n mond van blijdschap omhoog.

Nougat, kruidnoot, taaitaai, walnoot, borstplaat, aardnoot, fondant, mandarijn, ook zij zijn blij. In spotlights blinkt hun huid fantastisch. Hun smaakvol aroma lonkt naar aandacht. ’t Vraagt dolblij: ‘Gooi mij maar vlug in uw boodschapkar?’ Good old Holyman, hij maakt captains of industry van AH tot C1000, van Plus tot Jumbo, van MT tot V&D, van Aldi tot Spar, van Macro tot Sligro, van Kruidvat tot Lidl, van Action tot Timco, totaal happy. Maar ik, ik raaskal maar wat: ‘Holyman, pak uw boot maar gauw naar ’t Spaans land. Want wij gaan na uw komst in training. Spijtig maar waar, uw gul is ons gram. Uw gul is oorzaak van ’n buikrand bomvol kilo’s’.

Holyman grinnikt op zijn paard. Op ‘n thuistrainapparaat krijgt ’t stout lijf haar straf. Vijftig pushups, buik strak op spanning, lucht op slot, puf, puf, puf, hup vooruit. Wazig kijk ik uit mijn oog. Uit mijn oor stijgt langzaam lucht omhoog. Zwaar shit. Rood van inspanning tuur ik voorzichtig in ’n ruit vol glans. Slinkt dat lijf nu al? Op mijn trainingsmat dik ik m’n buik in ’n half uur tijd nog zo’n vijf cm in. Holakomola, wat ’n mijlpaal, fantastisch toch? Trots blik ik omlaag naar mijn bikinilijn. Hij is door mijn inspanning strak lila. ’t Kost kruim, ’n buik zo plat als taaitaai.

In mijn laars vind ik daags na mijn training ’n boodschap van good old Holyman. In koninklijk handschrift staat ’n zin, inktzwart op ’n wit blad, in kapitaal: ‘NOG ’N PAAR MAAND TRAINING MIJN VRIND, HOU VOL, DAN ZIJT GIJ ZO BLIJ ALS ’N KIND’. In mijn laars vind ik ook nog ’n bikini plus slip in scharlaak, maat 41. Wat pakt good old Holyman voor mij dit jaar gul uit. Daarom alvast ’n toast op mijn vrind uit Madrid. ‘n Bisschopswijn uit ’t Spaans land is altijd prima. Rood of wit, warm of koud, ’t drinkt, ’t smaakt, ‘t stropt als honing. Zalig.


Themacolumn geschreven voor ColumnX.
Opdracht: Schrijf een column zonder e.
Aanleiding: Eloze roman van la Disparition van Georges Perec vertaald door Guido van de Wiel ('t Manco - Arbeiderspers).
Klik hier voor verdere uitleg.

07-09-2011

Spiegelspin

Elke ochtend stap ik in de auto om naar mijn werk te rijden. Het hoort bij de doordeweekse rituelen die volgen na het wassen, tandenpoetsen, aankleden en ontbijten. Sinds een maand of drie is daar een nieuw ritueel bijgekomen. Een bijna dagelijkse ontmoeting met mijn spiegelspin. Gemakshalve heb ik hem maar Kareltje genoemd.

Zodra ik de sleutel in het portier steek en vluchtig nog even mijn kapsel in de buitenspiegel check, zie ik Kareltje wegschieten. Ik moet de dag nog meemaken dat Kareltje op zijn draad blijft zitten. Eerst dacht ik dat hij last had van antropofobie. Maar net zo min als dat ik last heb van arachnofobie heeft Kareltje angst voor mensen. Hij is gewoon verlegen.

Ik moet altijd enorm lachen als hij met zijn wiebelbuik op hoge dunnen poten in zijn favoriete spiegelkapspleet schiet. Soms kijkt hij me daarbij schalks aan. Hij weet dat ie onnavolgbaar snel kan vluchten. Hij weet ook dat ik hem niet uit zijn spleet gepeuterd krijg. Ik gun hem die lol. Ieder zijn talent. Soms ben ik wel eens jaloers op Kareltje. Met zijn talent zou ik met twee vingers in de neus, de 100 meter sprint tijdens de Olympische Spelen kunnen winnen. Ware het niet dat ook ik daarvoor te verlegen ben. Dat matcht niet echt met het karakter van een 100 meter sprinter.

Als ik de motor van mijn auto start zie ik hoe Kareltje zich nerveus verstopt in zijn spleet. Hij weet wat er komen gaat. Angstig, droevig en hoopvol tegelijk werpt hij nog een laatste blik op zijn kunstig gevlochten dradenweb. In een mum van tijd staat het bol door de zijwind. Met een bibberende buik zet Kareltje zich met al zijn poten schrap in de spleet. Gelukkig regent het vandaag niet. De bolling van het web knapt zodra we op de snelweg zijn. Ik heb weer zijn kunstwerkje vernietigd. Hoe wreed. Al honderd keer heb ik Kareltje uitgenodigd om in mijn auto te bivakkeren. Maar dat is zijn eer te na. Hij is een buitenspin en van auto’s krijgt hij alleen maar claustrofobie. Ik respecteer dat.

Kareltje is eigenlijk heel dapper. Dagelijks houdt hij mij met gevaar voor eigen leven een spiegel voor van de zinloosheid van het bestaan. Want zeg nu eens eerlijk. Dagelijks je tanden poetsen en naar je werk rijden lijkt toch soms net zo zinloos als het aan gort rijden van een spinnenweb. Dezelfde rituelen waarmee wij het bestaan draaglijk maken drijven ons vaak ook tot waanzin. Iedere dag opnieuw rolt Kareltje enorme sisyphosaanse rotsen de berg op om vervolgens keihard weg te rennen. Op de vlucht voor niets. Drie maal daags bouwt hij een nieuw web. Hoe broos kan een jachtveld zijn? Liefst zou hij mijn bloed willen drinken. Maar hij laat het niet merken. Verlegen als Kareltje is.

Mien Spiderman



01-09-2011

Kort geknipt en glad geschoren

Al zes jaar lang fiets ik er iedere zaterdag voorbij. De herenkapsalon aan de Mierloseweg.
Maar deze keer niet. Mijn haar schreeuwt om geknipt te worden. De grote vraag is natuurlijk: is de kapsalon ook geknipt voor mij?

Eenmaal over de drempel word ik vriendelijk begroet door een aardige dame. Op zich verrassend in een herensalon, maar de kapsalon blijkt heel modern. Al drie generaties gaan ze met hun tijd mee. Als jonge onderzoeker vuur ik mijn vragen onmiddellijk af op de aardige dame. En zij vertelt vol trots honderduit en bevlogen. Vanzelfsprekend valt vader Spoormakers met hetzelfde enthousiasme haar regelmatig bij.

Ik val met de neus in de boter en word op mijn wenkbrauwen bediend. Ik krijg in kort Amerikaans een nieuw fris kapsel aangemeten. Gelijktijdig word ik ingewijd in de magische wereld van het kappersvak met een onvervalst kappersjargon. In korte tijd leer ik dat het kort Amerikaans zijn oorsprong kent in Frankrijk, ook wel het Brosse-kapsel geheten. Ja, ja, Bebop blijkt grensoverschrijdend en van alle tijden. De jeugd van tegenwoordig noemt het nu Blockhead.

Om dit eenvoudig lijkend kapsel goed te doen slagen is een bijzonder gereedschap voor handen. Werd vroeger nog de Blockhead met kam en schaar gemodelleerd, heden ten dage wordt de Flattopper ingezet. Let wel, met ingebouwde waterpas. Het resultaat is strak. Mijn lieve harenarchitect levert in no time een mooi kunstwerkje af.

Ik voel me helemaal happy in de mooie authentieke Belmont-stoel. Die draagt al sinds 1926 trouw al haar klanten. Net als de kapperszaak is zij sinds kort kompleet in het nieuw gestoken. De stoel en zijn omgeving hebben beide een nieuwerwetse outfit gekregen. Ontspannen leun ik achterover.

Op de achtergrond klinkt zachtjes muziek uit de boxen. 100% NL. De klanten weten Spoormakers al jarenlang te vinden. En ik mag het best wel verklappen. Ze komen niet alleen maar voor hun haren. Nee, ook de oren willen graag wat nieuws. Zo wordt in de kapperszaak met regelmaat West-Helmonds nieuws geboren. Maar pas op, alleen voor wie het horen wil en altijd in vertrouwen.

Aan de Mierloseweg wordt het kappersvak met grote liefde bedreven. En niet alleen met liefde voor het vak maar ook met liefde voor de mens. Al 85 jaar lang. De klanten komen trouw van heinde en van verre, van Helmond tot Roermond. De jongste klant moet nog geboren worden en de oudste is al 94. Onder de klandizie bevindt zich een divers pluimage. Het is een zorgzaam en sociaal beroep. De gewone man is er van harte welkom en evenzo de advocaat.

Ook al is de werktijd door de jaren heen aardig opgerekt, oude trouwe klanten worden niet vergeten. Zij worden op hun thuisadres op hun wenkbrauwen bediend. Eigenlijk net als ik. Spoormakers maakt geen onderscheid in dienstverlening. Zo opa, zo vader, zo vader, zo dochter. Vol trots worden nog de lidmaatschapsmedailles getoond van eeuwige trouw aan kappersbond Anko. De leesmap met actuele edities wordt hier nauwelijks gesleten want alles gaat op afspraak. En de boeddha aan de muur? Ach, die vind het allemaal oké. Hij is al sinds de eeuwigheid kort geknipt en glad geschoren.

Mien zweeft en zwetst door Helmond-West

Gepubliceerd in Wijkkrant Helmond West September 2011 > Kort geknipt en glad geschoren