29-08-2022

Webtales Haiku's Augustus 2022

Doorschiettent (03-08-2022)

In mijn doorschiettent
woekert de natuur welig
flora is ontstemd


Moeras in vaasje (04-08-2022)

Moeras in vaasje
pontificaal op dressoir
niet te vergeten


Slootkant biedt verkoeling (05-08-2022)

Hij leest wat Slootkant
vloeibare filosofie
koelt hersenen af


Koevoet met ezelsoor (06-08-2022)


De inbreker vloekt
krijgt de deur niet geopend
koevoet heeft ezelsoor


Vers vers (07-08-2022)

Vers vers zoekt lezer
om poëtische woorden
te consumeren


Hoofdverpleging (08-08-2022)

Neus, oren, ogen
peuteren, vertroetelen
met hoofdverpleging


Stoppelbaardgroeikunst (10-08-2022)

Stoppelbaardgroeikunst
engelenhaargeduldig
millimeteren


Verrassing gaat ver (11-08-2022)

Verrassing gaat ver
we zijn toch allen mensen?
ongeacht afkomst


Vernederen (14-08-2022)

Het vernederen
zal nimmer Verne deren
het zijn maar sprookjes


Kenniswerkers op de wal (15-08-2022)

Met knappe hoofden
lonken zij achter het glas
de kenniswerkers


Zure bomgordel (16-08-2022)

Hij ziet groen van gif
want zijn zure bomgordel
wil maar niet afgaan


Maanlicht schrijvend (18-08-2022)

Maanlicht schrijf ik
vallende woorden tussen
hemel en aarde


Verkooppuntenslijper (19-08-2022)

Uitverkoop loopt niet
verkooppuntenslijper aan
prijzen nog scherper


Toiletpapier-maché (21-08-2022)

Tussen mijn billen
hangt toiletpapier-maché
klote diarree!


Multimediaal (21-08-2022)

Selfie nummer twaalf
bepalend voor wie ik ben
multimediaal


Vettig en smerig (22-08-2022)

Vettig en smerig
olievingerafdrukken
op naaktkalender


Schrijven zonder wereldschoolpleinvrees (23-08-2022)

Mevrouw Marsman schrijft
onbevangen en zonder
wereldschoolpleinvrees


In digitaal bos (23-08-2022)

Multimediaal
bedien ik alle knopjes
in digitaal bos


Babegrip (24-08-2022)

Zij heeft babegrip
houd aandacht van mannen vast
op één meter tien


Prijsschommelingenieur (28-08-2022)

Supermarkt Plus werft
prijsschommelingenieur
voor balansdagen


Lood om oud ijzer (29-08-2022)

Lood om oud ijzer
tranen springen uit buizen
gieten heeft geen zin


20-08-2022

Doorspekt met kermis

Doorspekt met kermis dool ik door de straten. Mijn oren vallen er bijna af, zo luid komen de muziek en boodschappen binnen. Zes emmers heb ik al gevuld. Met ballen gooien en met spuw. Meters hang ik in de lucht. Over de top en over de kop. Lichtflitsen in alle kleuren schieten recht in mijn ogen en verdwijnen via ooghoeken terug de wereld in.

Ik word opnieuw een beetje misselijk. Van nougat, oliebol, makreel, paling, pinda’s  en suikerspin. Ik schiet naakte dames van de kaart met een fout geweer. Jimmy breekt haast mijn nek en knieën. Roze ziet het voor mijn ogen.

De hijskraan vreet langzaam mijn geduld op. De bulldozer staat weer eens verkeerd opgesteld. De rups verdient een dikke pluim. Alle spiegels breken van mijn lach en enthousiasme. De pony waarop ik zit stinkt naar pony. In de zweefmolen schiet Donald Duck los.

Verliefd kijk ik naar mijn meissie en we botsen keihard op een zoenend stel. Ze breken alle tanden. Hullie Gullie, iedereen in paniek. Brandweer kan niet komen blussen want is bezig met een kamelenwedstrijd. Alle blikken vallen om en ik, ik scoor doelpunt na doelpunt. De kruising is mijn vriend.

Aan alle touwen hangen kleine eendjes. De waterbaan meandert en drijft me regelrecht een spookhuis in. Ik laat iedereen schrikken, zo lelijk als ik ben. De vrouw met een hele grote borst moet lachen. Het super lenige meisje verandert plotseling in een serpent. Giftig als een slang roept ze de sterkste man ter wereld erbij. Tevergeefs. Boksen kan hij niet. Een watje, naar later blijkt. Gestorven in de muizenstad.


08-08-2022

Tuinrust

Moe de voeten onder de tuintafel, rustend op een dito stoel. De nooit meer ophoudende wind kietelt zachtjes mijn oren. Duiven fladderen in het struikgewas lonkend naar elkaar. Wegvliegen is de kunst. Op het moment suprême. 

Een autodeur slaat dicht, ver achter het tuinhek. Fijn dat hij zo lang is. De tuin. Bijna net zo lang als mijn rust. Rust die maar niet bezwijkt. Gelukkig maar. 

Ik word geplaagd door kleine vliegjes. Of zijn het mugjes? Muggen zijn het niet te noemen. Vliegen al helemaal niet. Maar het jeukt verschrikkelijk. 

Een grasmaaier verbreekt de rust. Wedijvert met een decoupeerzaag. Alsof het gras niet recht genoeg is. Houten planken steken hun nek uit op een Workmate. Reikhalzend gaan ze kopje onder. 

De rust keert weder. Blaffende honden in de verte. Mijn vrouw gaat sporten. Ik schuif langzaam mijn linkerbeen onder de tafel over mijn rechter. Het voorkomt net op tijd kramp. De parasol kan weer dicht. De zon is reeds bij de buren vertrokken. 

Maar luiheid bevriest mij in de stoel. Ik moet er straks wel even een hoes overheen doen. Over de parasol. Verliefde duiven schijten alles onder. Ik filosofeer en staar wat navel. Over levenszin en vleugels uitslaan. 

Op tafel kijken etensrestanten mij uitdagend aan. Of ik hen misschien wil opruimen? Voor het NOS journaal begint. Geen denken aan. De nectarine- en pruimenpit lachen me beiden uit. Net als de ganzen die gakkend overvliegen. In strakke formatie. Zij wel. 

Ik ken mijn plaats. Die is in de tuin. Niet op half zeven, nee, gewoon vierentwintig op vierentwintig uur. Ik kom er nooit meer uit. Vergeet me nietjes kijken me zorgelijk aan. In de deuropening van het ouderlijk huis zie ik mijn vader lachen. 

Surrealistisch, want het is niet echt. Net als het licht dat hijzelf niet is. Ook mijn moeder zwerft ergens door de tuin. Iedere avond brengt ze mij een bezoek. Zo maar. Omdat het kan. In mijn tuin komt ze tot rust. Een eeuwigheid lang. Mooi toch? Ik doe het haar niet na. 

Moet ik de Japanse esdoorn nog snoeien? Of mag dat nu nog niet. Wanneer wordt nu ooit? Ooit verloopt meestal in tranen. Van berusting in verdriet. Opdat ik samen kan huilen, in tuinrust. Droef als de schemer die mij naar binnen zuigt. 

De geur van groen gras maakt weeïg. Koortsig hooi stijgt naar mijn bol. Ik moet nog zoveel doen. Gelukkig werkt de vaatwas tegen. Die schreeuwt als eerste om aandacht. Pleur op. 

Een zwoele zomernacht gaat mij geen rust geven. Blijf lekker liggen in mijn stoel. Benen onder de tafel. Laat de muggen maar komen. Ik lust ze rauw.