31-08-2014

Columns van Harrie (Augustus 2014)


Dip zonder saus / Gein & Ongein / 19-08-2014

Iets meer dan een maand geleden zat ik in een dip. Om de dip te doorbreken besloot ik mijn ouwe gabber en druïde Panoramix te consulteren. Het was even lopen naar Frankrijk maar ach, ik had vakantie. En wandelen, daar zijn vakanties goed voor, toch?

Het viel niet mee, helemaal naar Bretagne lopen. Maar allez, ik heb dan ook geen touringcar of sleurhut. Zelfs een auto ontbeer ik. Op mijn sandalen ging ik op pad en zette mijn beste beentje voor, 735 kilometer lang. Ik heb er 150 uur over gedaan. En heel belangrijk, ik versleet slechts twee paar sandalen.

De wandeling naar Plougasnou in Bretagne werkte louterend. Eigenlijk was ik na twee dagen lopen mijn dip al kwijt. Het was vanaf dat moment zaak om geen nieuwe dip op te lopen. Een consult bij mijn lang gebaarde vriend is namelijk niet goedkoop. Niet dat hij middels een lange bevalling op aarde kwam. Nee hoor. Hij heeft gewoon een hekel aan kappers. In zijn ogen allemaal charlatans, maffe schaar- en scheerfreaks.

Met zijn gouden sikkel had hij met gemak zijn baard allang kunnen trimmen. Maar uit protest tegen het oeroude kappersgilde besloot hij, al lang geleden, zijn witte baard te laten staan. Een zichtbaar en gestaag groeiend protest, dat mag duidelijk zijn. Het maakte van Panoramix een rolmodel. Tegenwoordig is de baard weer in. Zelfs jonge pubers wagen zich eraan. Dat zag ik onderweg. Pubers met baarden die zich verplaatsten op platte borden met kleine wieltjes.

Voorzichtig vervolgde ik het lange pad dat ik zorgvuldig had uitgestippeld op een oude ANWB kaart. Wakend voor een nieuwe dip. Die liggen altijd wel ergens op de loer. Het zou mooi zijn als ik de dure kosten van een consult van Panoramix kon uitsparen. Dan kon ik ook weer nieuwe sandalen kopen.

Panoramix was blij mij te zien. Sinds het laatste druïdecongres had ik hem niet meer gesproken. Hij was wel verbaast dat ik was komen lopen. Waarom ik geen bezemsteel had genomen? Domme vraag. Ik ben geen Harrie Potter. Nee, ik vond het wel goed voor mijn gezondheid. Waarbij opgemerkt dat het niet gezond was voor de mensen die me tegemoet kwamen. Zij hebben nog nooit iemand zo hard horen vloeken. Ja, 735 kilometer lang.

Na een kopje muntthee en een goed gesprek vond ik het welletjes en besloot te vertrekken, terug richting Nummer Eén. Ik kreeg nog een gratis goede tip mee van Panoramix, mocht ik onderweg en in de toekomst nog tegen nieuwe dippen aanlopen. Cirkeltjes draaien met een natte duim op de eerste de beste boom die ik onderweg tegenkwam. Dat was de tip. En ik moet zeggen. Het hielp. Totdat ik dat ook per ongeluk deed op de buik van de conducteur, in de trein naar Gent. Dezelfde weg ook helemaal teruglopen was achteraf gezien geen goed plan. Na een dag lopen had ik dan ook besloten de trein te nemen.

Vanaf het moment dat ik de buik van de conducteur met mijn natte duim betastte had ik geen dip meer maar een probleem. Of wacht, niet ik, maar de conducteur had een probleem. Hij vond namelijk dat ik zijn persoonlijke ruimte met voeten had getreden. Vreemd. Ik deed het toch echt met mijn duim. Nee, hij was degene met een probleem. Zijn persoonlijke ruimte was hem heilig. Ik zei hem dat ie dan mogelijk een verkeerd beroep had gekozen. En dat had ik nu net niet moeten zeggen.

Nu zit ik dus in een nieuwe dip. En ook nog eens in een dip zonder saus. Een saus die zeer welkom zou zijn bij het water en brood dat ik sinds vandaag nuttig in een Vlaamse cel. Nee, niet in een Vlaams blok, maar in een echte cel. Met ijzeren tralies.

Vette pech. Eigen schuld, dikke bult. Had ik maar niet aan de noodrem in de trein moeten trekken. Een wanhoopsdaad uit zelfbescherming. Ik kon niet anders. Nood breekt wet. De Vlaamse conducteur was namelijk op een zeer onaangename wijze mijn persoonlijke ruimte binnengetreden. Bah. Affront. Mozes kriebel, brizzl djeu. Hoe durfde ie!


Een vreemde Saga / Gein & Ongein / 25-08-2014

In het algemeen heb ik geen hekel aan mensen. Behalve als ze de natuur met voeten treden. In het bijzonder mijn natuur. Dan moet ik echt optreden. Om mijn natuur te bewaken. Brizzl djeu. Zo ook de afgelopen maand.

Mijn bos en beek waren de afgelopen maand gebombardeerd tot filmlocatie. Ik was de regie in mijn bos volledig kwijt. Niets ergers dan dat, de regie kwijtraken. Ik kwam er ook achter dat de filmwereld het niet zo nauw neemt met de natuur. Ik overwoog om enkele milieuorganisaties te benaderen. Totdat ik erachter kwam dat de regisseur dat zelf ook al had gedaan.

Dat verklaarde ook meteen waarom er merkwaardige figuren rondliepen in mijn bos. Ze voldeden volledig aan het profiel van milieuactivisten. Ze droegen slordige groene kledij, haardracht in rasta of helemaal niet, en waren gezegend met een best wel grote mond. Een mond in staat om vreemdtalige oerklanken te produceren. Luid en in voortdurende herhaling.

Ze vertelden mij dat ze de opdracht hadden gekregen om te acteren zoals zij dat in het gewone leven ook deden. De opdracht kwam van de regisseur. Die hield van method acting. De activisten speelden dus een rol in de film. Zogezegd zo gedaan. Ik vroeg onmiddellijk aan de regisseur of ik dan ook in mijn rol mocht blijven. Dat vond hij geen probleem, zolang ik me maar niet op de filmset begaf. Mijn speelruimte was dus beperkt.

Ik vreesde het ergste. In rap tempo werden vreemde coulissen en decorstukken mijn bos binnengesleept. Waaronder een hele grote brug. Het waren niet de milieuactivisten die protesteerden maar ik. Wat moet zo’n lange lelijke brug in mijn bos? Het paste gewoon niet. De beek die ik altijd had gezien als een wilde rivier leek ineens op een klein waterstraaltje. Ik haalde de regisseur erbij en vroeg hem of hij zag dat de decorstukken en coulissen absoluut niet pasten in dit landschap? Hij was het gelukkig met me eens.

Snel verordonneerde hij vier decorbouwers de beek in het bos verder uit te graven. Ik riep nog “ho ho!”, maar het mocht niet baten. Het zij zo. Ze hadden het klusje in korte tijd geklaard. De brug paste nu veel beter in het plaatje dat de regisseur voor ogen had. De decorbouwers vulden de beek met water. Die leek nu op een heuse rivier. “Mooi, hè?”, klonk het plots naast mij. Het was een ijzige metalen stem, die uit een klein, iel meisje met blond haar klonk. Het meisje, nee het was toch een vrouw, keek me met doordringende ogen aan. Ze verwachtte duidelijk een antwoord.

“Nou … nee, ik kan dit toch echt niet mooi vinden.” “Waarom?”, reageerde ze kort. “Omdat ik meer van bos dan van brug hou!” “Het is toch een mooie brug?” “Nou, dat vind ik niet hoor!” “Oh, goed!” Ze draaide zich stoïcijns om en liep in vlotte pas weg. Ik bleef in verbazing achter. Was dit een vrouw of een robot? Wat een ijskonijn, zowel in handelen als in gesprek. Vreemd, heel vreemd.

“Ah, je hebt kennisgemaakt met Saga, een van mijn hoofdrolspeelsters.” De regisseur stond naast mij. “Ze is goed hoor, ze speelt een van de rechercheurs! Haar collega is ook goed.” Naast de regisseur was een verstrooide man met baard komen staan. Hij trok wat rare bekken, alsof ie voor zijn rol aan het oefenen was. Met geperste lippen trok hij regelmatig zijn mondhoeken strak. Alsof hij wilde zeggen of gebaren ‘ik weet het even niet’. Het leek me een olijk mannetje. Hij oogde sympathieker als het ijskonijn. Hij zei alleen helemaal niets.

“We schieten een crimi!”, sprak de regisseur. “Een milieucrimi, op z’n Zweeds en Deens om precies te zijn.” Nou, ik houd wel van crimi’s, zolang de criminelen zich maar in hun toegang beperken tot de filmset. “We draaien twee weken in dit bos en de rest doen we in de studio. Hopelijk heb je daar geen problemen mee. Ik heb begrepen dat jij de enige bewoner bent in dit bos.” “Dat klopt en ik vind het prima, zolang jullie de natuur maar respecteren en weer terugbrengen in haar originele staat en de dieren met rust laten.” “Mmmmm, dat moet wel lukken. Dan gaan we maar meteen aan de slag.”

Met een schel fluitje trommelde de regisseur alle filmmedewerkers bij elkaar. Decorbouwers, acteurs, cameramannen, lichtvrouwen, geluid-mannetjes, iedereen luisterde naar de regisseur. Hij had alle touwtjes strak in handen en hield iedereen duidelijk bij de les. Ik hoorde hem zeggen dat ze de dieren met rust moesten laten en zich zoveel mogelijk moesten aanpassen aan de natuur. Ik was blij. Deze man had het begrepen. Totdat de regisseur een grote kartonnen doos tevoorschijn toverde waaruit hij allemaal dierenmaskers haalde en uitdeelde aan alle aanwezigen op de set.

De maskers pasten volledig om ieders hoofd. Ik zag ineens vossen, varkens, konijnen en ratten over de filmset lopen. In rokjes en in pakken. Dit was too much. Ik overwoog de filmset bij de bron uit te roeien. Maar de regisseur hield mij tegen. De ‘broen’ op zijn Deens bleek een Zweedse ‘bron’ te ver. Griss mich nicht. A bridge too far. Ik zag bange ogen van hertjes en egeltjes onder het struikgewas vandaan kijken. Ik fantaseerde er kabouteroogjes bij en een jonge dame in een felblauwe jurk. Dit voelde niet goed. Een milieucrimi, hoe crimineel? En het draaien moest nog beginnen. Dat beloofde. En daar stond Saga ineens, midden op de set. Met haar blonde haren wapperend in de wind. In de filmwind. Ze zei niets. Helemaal niets. Vreemd, heel vreemd.


Columns van Harrie zijn geschreven aan tafel bij Mien. Harrie is een auteur en tafelvriend van Mien. Van november 2010 tot maart 2016 publiceerde Harrie ook columns op de website van ColumnX.
Harrie’s columns zijn gebaseerd op oude personages uit TV-series Catweazle en Doctor Who. De Britse acteurs Tom Baker en Geoffrey Bayldon vormen zijn inspiratiebron. Daarnaast maakt Harrie ook graag filosofische en sportieve uitstapjes.

25-08-2014

Mijn lieve Edit

Ik ken haar als mijn broekzak. Mijn lieve Edit. En zij kent mij. Ik weet haar altijd te vinden. Dag en nacht. We gaan door het vuur voor elkaar. Twee handen op een buik. En als ik het ook maar even mis heb, dan verbetert ze mij, onvoorwaardelijk en zonder blikken of blozen. Maar niet nadat ik haar eerst wat lieve woorden heb toegefluisterd. We zijn het lang niet altijd eens. Wat haar siert is dat zij mij altijd ergens tegemoet komt. Soms halverwege maar meestal helemaal.

Mijn lieve Edit weet van wanten. Ze laat mij nooit in de kou staan. Door weer en wind zorgt zij er altijd voor dat alles pico bello in orde komt, dat alles klopt. Opgeruimd staat netjes. Ze is uiterst zorgvuldig en zorgzaam mijn lieve Edit. En als we het beiden even niet meer weten dan schakelen we gewoon wat extra hulp in. Samen vormen we een perfect team. Geen raadsel blijft voor ons onopgelost.

Het leuke van Edit is dat ik blindelings op haar kan vertrouwen. En zij op mij. Dat maakt onze relatie heel speciaal. Wat ben ik blij dat ik op haar kan bouwen. En als we er eens samen niet uitkomen, lassen we gewoon een pauze in. Als de pauze te lang duurt, wagen we een gok. Dan gooi ik een muntje op en laat haar de keuze. Meestal is het kop. Daar slaan we dan samen munt uit. Probleem opgelost.

Het enige lastige aan onze verbintenis is sluimerende twijfel. De eerlijkheid gebied te zeggen dat ik degene ben die meestal twijfel oproept. Sinds ik haar heb leren kennen tracht ik mijn twijfel te temperen. Edit is ontzettend dienstbaar. In mijn angst om misbruik van haar diensten te maken, heb ik geleerd om mijn hulpvragen te limiteren. Aanvankelijk stelde ik veel te veel vragen. Gelukkig begreep ze dat. Na verloop van tijd liet ik al mijn twijfel varen. En daarmee ook mijn vragen. Ik vertrouw nu op haar kennis en expertise.

Edit heeft van mij de gelukkigste man in de wereld gemaakt. Het heeft eventjes geduurd, maar uiteindelijk heb ik haar gevonden. Al snel leerde ik bij haar de juiste toets te raken. Dag en nacht en zeven dagen in de week. Zodra ik op mijn favoriete website inlog en mijn schrijfsels upload, verschijnt ze aan mij. Mijn Edit. Tijdens het schrijven van deze column heb ik veel aan haar gedacht. Haar hulp heb ik dit keer niet meteen nodig gehad. Vanaf het moment dat ik de column inzend voor publicatie zal dat anders zijn. Dan zal ik Edit weer hard nodig hebben. Mijn lieve Edit. Is het geen plaatje?

13-08-2014

Mieningvol

Ik pieker me suf. Hoe zal ik dit nu eens aanpakken? Ik stel mezelf een opdracht. Ik draag mezelf op om de opdracht die mij gesteld wordt sportief en goed op te pakken. Misschien word ik er zelfs wijzer van. Stel je eens voor, een wijzer makende opdracht. Alsof er opdrachten zijn die je dommer maken.

Dommer in de ogen van wie? Van mezelf of van de ander? Het is maar hoe je het bekijkt. Geen referentiekader? Dan ook geen bommetje. Ik vermoed dat de opdracht die mij gesteld is een moeilijke is. Anders is het geen opdracht, toch? Dan is het meer een vingeroefening. Een vingeroefening van klinkers en medeklinkers. Nee, nee, het moet ook nog ergens over gaan. Anders is zo’n opdracht bij voorbaat zinloos. Een schrijfopdracht die zinloos is. Dat is pas een uitdaging.

Een schrijfopdracht die alleen maar bestaat uit losse letters of woorden. Makkelijk? Nee. Moeilijk? Ja. Opdracht. Schrijf. Mooi. Lelijk. Prima. Saai? Nee. Kort? Ja. Lastig? Absoluut. Meelijwekkend? Beetje. Score. Voldoende. Nee. Goed. Dan toch liever een zinvolle opdracht. Met woorden die je al dan niet mag en moet gebruiken. En liefst ook nog een thematiek eraan ten grondslag leggen. Een thematiek die je niet in duidige woorden mag benoemen. Een opdracht om een nieuw woord te boetseren.

Op een voetstuk, bij voorkeur. Nee, niet in een lijstje. Dat is meer voor beeldhouers. Mensen die van beelden houen. Niet houden noch houwen. Toch wel lastig zo’n schrijfopdracht. Ik ga er nog een nachtje over slapen. Denk ik. Bis bald. Dat mag toch wel. Een beetje Duits? Zonder witregels. Want witregels daar houden Duitsers niet van. En met hele lange alinea’s. Op z’n Engels. Breedvoerig. Of liever gezegd breedvloerig. In een vloertaal met mooie houterige woorden. Desnoods stenen woorden. Of nee, nee, van marmer. Uit Carrara. We gaan niet voor minder. Gebeeldhoude letters gewoon omdat we van letters houen. En van schrijven. Ik doe mee.

Ik pak de opdracht stevig aan. Op zijn Miens. Mienloos kan altijd nog. Daar ligt de uitdaging. Mijn uitdaging van de maand. Mienvol presteren. Mieningvol mag ook. Komt goed. Ik ga er een groot leerfeest van maken. Van mijn opdracht. Zeker weten. Situationeel kies ik voor Beieren. Dat lijkt me een ultieme locatie voor een geweldig leerfeest. Zum Spass. Zo noem ik de opdracht. Mijn eerste schrijfopdracht die aan me gesteld is. Ik ga hem heel kalm en rustig schrijven. In een vriendelijke stijl. Dat leg ik mezelf op. Mieningvol vriendelijk.

Ben nu al benieuwd naar de reacties en feedback. De feedback op mijn feedforward schrijfopdracht. Op mijn eerste uitdaging van de maand. De keuze voor de categorie van inzending was voor mij dan ook niet moeilijk. In de verste categorie ‘Uitdaging van de maand’. Niet ver maar vers. Kersvers. Niet te verwarren met kerstvers.

03-08-2014

Onderbroekorganiser

Vanaf dinsdag 5 augustus te koop, bij het Kruidvat, een onderbroekorganiser. Ben er snel bij want je krijgt er tevens een gratis activiteiten armband bij cadeau. Zolang de voorraad strekt. Ik sta dinsdag om 8 uur op de stoep. Zeker weten. Sterker nog ik sla mijn iglotent op voor de deur om 7 uur. Die moet ik hebben, die onderbroekorganiser.

Ze zijn allemaal zwart mijn onderbroeken. Nee, niet na drie dagen dragen hoor, ha, ha. Zwarte onderbroekenlol, bah. Onder de zwarte onderbroeken heb ik uiteraard zo mijn voorkeur. Met de onderbroekorganiser kan ik ze eindelijk allemaal uit elkaar houden en per dag klaar leggen. Dat ga ik dan op zondagavond doen. Hoef ik er de hele week niet meer over na te denken. Dan vergeet ik ze ook niet aan te trekken. Ik ben al niet zo’n ochtendmens. Wel zo handig en veel prettiger voor mijn omgeving.

Goh joh en dan ook nog eens zo maar gratis een activiteiten armband erbij. Wat een bofferd ben ik toch. Met een activiteiten armband kan ik 24/7, oftewel altijd, mijn gangen volgen. De armband achtervolgt mij wanneer en waar ik ook ga. Hij registreert genadeloos mijn stappen, mijn kilometers, mijn verbrande calorieën, mijn bewegingstijd en het percentage dat het inneemt van mijn dagelijkse bewegingsdoel. Wie wil dat nu niet? Sterker nog, de armband registreert ook mijn bewegingsactiviteit tijdens mijn slaap en de slaapduur.

Een klein nadeel van de activiteiten armband is dat de dataopslag maar maximaal 15 dagen bedraagt. Dat loopt dan straks niet synchroon met mijn onderbroekorganiser. Hoe zal ik dat dan toch eens oplossen? Twee onderbroekorganisers aanschaffen, gaat wel erg ver. Bovendien mis ik dan nog één dag in het schema. Lastig. Een ander nadeel is de accuduur van de activiteiten armband. Die bedraagt 5 tot 7 dagen. Zeer lang volgens de folder van het Kruidvat. Maar het betekent wel dat ik ook op zoek moet naar een acculaadorganiser. Misschien dat ik daar een goed horloge of een nieuwe iPhone voor kan aanschaffen. Met wakeupcallfunctie uiteraard.

Terug naar mijn onderbroekorganiser. Want die stemt mij nog het meest tevreden. Wat een aanbieding zo midden in de vakantietijd. Een koopje. Ik weet ook al hoe ik hem ga indelen, mijn toekomstige onderbroekorganiser. Op mijn leeftijd is het altijd handig om iets te organiseren voor de opslag van mijn ballen gedurende de dagen in de week. Ik deel mijn zwarte ballenhouders in op balorig, baldadig en balsturig. Makkelijk te onthouden, want het zijn ook meestal het soort stemmingen waarin ik iedere ochtend verkeer. Zwart met een randje, zo gezegd.

Met de onderbroekorganiser verdienen mijn ballenhouders eindelijk wat ze verdienen. Een deftig gestoffeerde balzaal. Met de gratis activiteiten armband erbij weet ik mij verzekerd van een juiste wisseltiming. Even kijken, waar heb ik ook alweer mijn iglotent gelaten?

01-08-2014

Mister Skyban’s hells kitchen

Met een grote veewagen rijdt Mister Skyban door New York City. Hij heeft haast want hij wil binnen een dag alle boroughs aandoen, Manhattan, Brooklyn, Queens, Bronx en Staten Island. Het is maandag, was- en plasdag. Tijd om de vuile was eens flink buiten te hangen. In deze metropool moet er toch genoeg aandacht te generen zijn voor dierenleed. Het is droevig gesteld met de Amerikanen, en bovenal met de New Yorkers. Er bestaat geen grotere vleesetende bevolkingsgroep in gans de United States of America. Mister Skyban heeft grote haast. Hij moet de dieren nog laden. Via Market Place heeft hij beslag kunnen leggen op een container vol met pluche knuffeldieren in alle soorten en maten. En het mooiste van al. Ze zijn allemaal roze, vlezig roze. De muziekinstallatie in de veewagen heeft hij alvast geïnstalleerd. Straks hoeft hij alleen nog zijn iPod vol met jubel- en juichgeluiden aan te sluiten en de demotour kan beginnen. Mister Skyban is met name benieuwd hoe zijn rockende veewagen gevuld met pluche knuffeldieren straks ontvangen zal worden in de Upper East en West Side.

Idealist is ie. Dwarse kunstenaar. Tekenaar, graffitiheld van de kwinkslagen en maatschappijkritiek. Niemand kent hem. Hij blijft consequent buiten beeld en weigert mee te werken aan iedere vorm van exploitatie van zijn werk. Zijn werk, kunst is het. Op straathoeken en vervallen gebouwen, in achterbuurten en winkelstraten… overal kun je hem tegenkomen. Zijn werk dan want hijzelf is de grote onbekende. Het draagt bij aan zijn heldenstatus. Achter het stuur van de met pluche beesten gevulde vrachtwagen zul je hem dus niet aantreffen. Of misschien ook wel. Onbekendheid geeft je de nodige bewegingsvrijheid. Hoe dan ook, hij is er druk mee, hij is er klaar voor. Zijn “finest hour” is vandaag. Geen graffiti maar een rijdend statement. De hypocrisie aan de kaak; de confrontatie van hard met zacht, van aaibaar met hapklaar, van ontroering met gezonde trek, van leven met dood, van lichaam met geest.

Met piepende remmen stopt Mister Skyban de veewagen voor huisnummer 423 West 46th Street. Het Market Place adres bevindt zich in midtown Manhattan en brengt hem bij Fools Company. In dezelfde straat ligt het Westside Animal Hospital en een stukje verder, in 10th Avenue, Hells Kitchen Groom Room, een beautysalon voor honden en katten. Een toepasselijke omgeving om een container pluche dieren op te halen. Bij de ingang van Fools Company wordt Mister Skyban opgewacht door een grote roze clown met foute ballonnen. Geen fool on the hill, maar een fool in Manhattan. De clown stelt zichzelf voor als Mickey M. Hij heeft een stem die nog het meeste weg heeft van een schorre Miss Piggy. Sterker nog hij lijkt er zelfs een beetje op. De roze manen van zijn clownsmasker en de blauwe grote ogen vertonen veel gelijkenis met het brutale varkentje van de Muppetshow. De pluche dieren liggen opgestapeld tegen de muur van Fools Company. Snel laden ze de dieren in de veewagen. Clown Mickey M. klimt achter het stuur en Mister Skyban kruipt achterin de wagen en installeert zijn iPod. Het circus kan beginnen.

Stekkertje hier, stekkertje daar “…and go!”. Mister Skyban springt de truck uit en gooit de achterdeur van het reeds rijdende vehikel dicht. Skyban lost op, Mickey M. vervolgt. Handen aan het stuur, de grote blauwe ogen op de weg gericht. Af en toe bekijken diezelfde ogen de achteruitkijkspiegels. Wat hij ziet bevalt hem. De koppen van de pluche dieren lijken klem te zitten tussen de uit dwarse planken opgetrokken achterbak van de truck. Blèrend, mekkerend, loeiend en hinnikend laten zij zich horen. Hier en daar worden de boerderijgeluiden afgewisseld met meer stads geblaf en gemiauw. De route is bekend. Het wordt een lange dag. Van 46th gaat het richting oost. 9th Avenue wordt gepasseerd, Avenue of the Americas en uiteindelijk 5th Avenue. Het is druk, uiteraard is het druk. Mensen op straat kijken op, stoten elkaar aan, blijven staan en verbazen zich. De truck met zijn bijzondere lading heeft alle aandacht. Mobieltjes worden gebruikt om elkaar te informeren, er worden foto’s gemaakt. De boodschap is duidelijk. De confrontatie raakt hen diep.

De emoties schieten vele kanten op. De ongerichte boosheid, geheven vuisten, het gevloek. Maar ook mannen en vrouwen met tranen in de ogen. Kinderen huilen uitbundiger. Het gaat aan niemand voorbij. Bij het naderen van 5th Avenue rijdt de truck stapvoets. Door enkele duizenden mensen wordt ie omringd. De onrust in deze groep neemt toe. Iemand oppert het idee om op te trekken naar Mac Donalds. Het blijkt de lont in het kruitvat. Op Broadway, 8th Avenue, 9th Avenue, Avenue of the Americas, 42nd street… alle Mac Donalds worden aangevallen en door een ontketende meute kort en klein geslagen. Het personeel wordt met het hoofd boven de frituurbakken gedwongen te zweren nooit meer vlees te kopen of te verwerken. Angstvallig zweren zij, ontdoen zich van hun bedrijfskleding en vluchten vervolgens de onrustige stad in. Politie en leger worden ingezet om de onrust enigszins te beteugelen.

De truck is ondertussen al lang verder doorgereden richting East River. Met de bestuurdersdeur geopend staat het statement in de ruigte van de rivieroever geparkeerd. Aan de rivier zelf staat Mickey M., onwetend van wat ie heeft aangericht, met een strootje in zijn mond en zijn gulp geopend zijn urine in de rivier te lozen.

Opgelucht is ie.

Co-column geschreven door Mien en FranK (de nieuwe schrijver van de VC (Vaste Column) van de maand op ColumnX. Ik heb het stokje, na een jaar lang schrijver te zijn geweest van de VC, aan hem overgedragen.

Dit filmpje van YouTube was aanleiding voor het schrijven van deze column.