28-02-2011

Columns van Harrie (Februari 2011)


Duplo Harrie / Gein & Ongein / 15-02-2011

Die Harrie leek verdomde veel op mij. Grijze baard, jute jurk, spitse kin. Hij sprak zelfs met dezelfde stem. Raakhout zag ik nu ook zijn wenkbrauwen fronsen. Zijn Weronika leek ook als twee druppels water. Ook hij werd helemaal gek van het stereogedrag van zijn evenbeeld. Raakhout sprong alle kanten uit. Maar waar hij ook naar toe sprong, zijn evenbeeld kleefde steeds weer aan. Harrie zag mij kijken en tikte mij nu op de schouder. Mijn verbazing was hem niet onopgemerkt gebleven. Hij keek mij doordringend aan en zei: Dat is wel effe schrikken hè? Zo’n tweede Harrie? Gris mich nich!
Verrek, ik hoorde mezelf spreken. Dezelfde tongval, dezelfde intonatie. Die duplo Harrie gebruikte zelfs mijn eigen woorden. Dat moet niet gekker worden. Een spervuur van vragen vuurde hij op me af. Hij wilde alles van mij weten. Hoelang ik al in dit bos rond hupte, waar ik Raakhout had ontmoet, of ik wist van zijn bestaan? Of ik toekomstplannen had? Waar ik allemaal van houd? Ik werd helemaal gek van duplo Harrie. Get a life. Het leek wel of ik mijn eigen bestaan moest verklaren. En dan ook nog eens vragen wat ik van hem vind? Wat een brutaliteit. Hoe kon ik deze dwaze kloon van me afschudden? Samen met Raakhout smeedde ik een ijzersterk plan.


Legoland / Gein & Ongein / 22-02-2011

Ik zat behoorlijk in mijn maag met Harrie duplo. Raakhout kon zijn evenbeeld ook niet zien of luchten. Die rare klonen moesten snel verdwijnen. We smeden een ijzersterk plan. De uitvoering van het plan was gecompliceerder dan we aanvankelijk dachten. Die twee losers zaten voortdurend in onze nek te hijgen. Het werd een uitputtingsslag. Eerst voerden we onze klonen foute boleten. De verdoving deed al snel zijn intrede. We hadden weinig tijd om het plan uit te voeren. Raakhout begon onmiddellijk een enorme speekselbal te blazen. In de tussentijd maakte ik van wilgentakken een mandje. Deze nacht stonden alle tekens uit de Zodiac op de goede plaats. Ik hoefde slechts mijn spreuk te spreken en alles zou goed komen. Raakhout had zijn speekselbal klaar. De speekselbal had het formaat van een grote luchtballon. Snel hingen we het mandje eronder. Harrie en Raakhout duplo konden ieder moment wakker worden uit hun verdoving. Voorzichtig sleepten we de klonen in het mandje. Ik schraapte diep mijn keel en riep met donkere stem: Salmay Dalmay Adonay. In de mand verscheen met luid gepiep een klein kacheltje. Het kacheltje nam positie tussen Harrie en Raakhout duplo. Een grote steekvlam verlichtte de enorme speekselbal van Raakhout. Het duurde even voordat het speeksel gestold was tot een mooie luchtballon. Langzaam steeg de ballon op. Harrie en Raakhout duplo dreven af, naar onbekende oorden. Later vernam Harrie van druïde Preiznig dat de ballon was neergestort in Legoland. Daar leefden Harrie en Raakhout duplo lang en gelukkig.


Columns van Harrie zijn geschreven aan tafel bij Mien. Harrie is een auteur en tafelvriend van Mien. Van november 2010 tot maart 2016 publiceerde Harrie ook columns op de website van ColumnX.
Harrie’s columns zijn gebaseerd op oude personages uit TV-series Catweazle en Doctor Who. De Britse acteurs Tom Baker en Geoffrey Bayldon vormen zijn inspiratiebron. Daarnaast maakt Harrie ook graag filosofische en sportieve uitstapjes.

27-02-2011

Bombast

Maak plaats, maak plaats, we hebben ongelofelijk veel haast. We moeten, bergbeklimmen, websites maken, schrijven, lezen, hiken slapen, wijn drinken en weer opstaan. We moeten ook nog rennen, springen, hond uitlaten en weer doorgaan. Een andere keer misschien. Ach er zit niets anders op. Ik moet voor altijd blijven schrijven. Schrijven met mijn grote vriend de hond. De ouwe lubbes. Hij houdt van natte poten en een natte neus. Ik van natte inkt en droge wijn. Hij houdt van een kluif. En ik alleen van chocoladeletters. Hij meurt uit zijn bek en ik alleen maar uit mijn gat. Wat is het leven toch soms eenvoudig.

Mijn hondje houdt van rijm. Ik ook. Hij het liefste ’s morgens vroeg, snuivend met zijn neus over de grond. Ik het liefste ’s avonds laat met mijn neus dicht tegen het computerscherm. Blaffen doet mijn trouwe viervoeter als hij in zijn nopjes is. Hij schudt dan met zijn bonte oren. Ik, ik houd het bij gelukzalig neuriën na weer een schitterend kwatrijn. Van knotverzen raak ik ook goed in mijn hum. Daaraan heeft mijn vriend een hekel. Hij is meer van de lullepot en de stock. Een dierenepos kan hij ook heel goed versmaden. Literaire beesten, dat zijn wij beiden. De bombast is ons op het lijf geschreven. O, wie bij dit verhaal zijn borst niet voelt ontgloeien, niet naar zijn tombe snelt! Daar niet een traan laat vloeien, Daar niet met blote kruin het koude marmer kust. Die gaat aan deze wereld verloren. Helaas.

Maak plaats, maak plaats, we hebben ongelofelijk veel haast. We moeten naar bed nu, we moeten slapen, dromen, nachtmerries berijden, maar vooral rusten. Wat is het leven toch vol stress. Altijd maar actief zijn, schrijven, en bezig met die hond. Ik word er tureluurs van, moedeloos. Kan het allemaal een tandje minder? Een stukje terug? Steeds als ik mijn ogen sluit voel ik een lik over mijn wang. Wakker blijven alsjeblieft. Ga door, ga vooral door. Maar ik voel dat het soms niet meer gaat. Is het mijn leeftijd dat af en toe mijn ogen vanzelf dichtvallen? Is het zuurstofgebrek omdat ik af en toe vergeet te ademen?

Slapen wil ik, slapen! Maar de wereld draait doorrrrr, de wereld draait doorrrrr. Gadverdamme, nu moet ik weer aan die Mathijs van Nieuwkerk denken. De wereld draait doorrrrr, de wereld draait doorrrrr. Ik draai doorrrrr, ik draai doorrrr. Ik word gek. Vanmiddag gaat Ajax verliezen van PSV, en ik vind het niet eens erg. Libië en Gadhafi nog gevolgd? Nee, effe niet, nou ja, via Pauw en Witteman. Is dat niet genoeg? Nee, echt niet? Jammer, maar ik moet echt even slapen nu. Zouden jullie me even niet willen storen? alsjeblieft, laat me een paar uurtjes slapen, ik heb het verdiend. Ik dank jullie, God en Allah op mijn blote knieën.

Co-column geschreven op website ColumnX door Mien en Mosje

23-02-2011

Afvalrace 09: Buikgeluiden

Mijn maag knort. Een onrustbarend geluid. Het varken in me protesteert. Het wil eten. Vet eten. Veel eten. Vreten wil het. Dat gaat hem niet lukken vandaag. Ik ben onverbiddelijk en leg het roze beest het zwijgen op. Als ie nog één keer durft te knorren gooi ik een plens water over hem heen. De kleine schurk.

Mijn God, wat een verzoeking als ik langs de rekken van de supermarkt loop. Ik scan de rekken naar aanbiedingen. Lekkere aanbiedingen. Koffie heb ik zat en ik word ook niet vrolijk van Sun vaatmachine blokken. Zucht blokken. Had ik ze maar. Roze strakke blokken tussen mijn navel en mijn tepels. Hé, Bros is in de aanbieding. Nu extra luchtig. Ik moet er niet aan denken. Mijn buik verlangt naar iets stevigs. Een vette Mars van drie meter. Of een kuub Nuts. Laat maar komen. Dat kan mijn cementmolen gemakkelijk hebben. Ik gooi het handig door mijn chocolademixer. Ik hoor mijn tong al klakken. Mijn smaakpupillen beginnen danig opgewonden te raken.

Zonder dat ik het besef ben ik aanbeland bij de banketafdeling. Zes roomsoezen kijken me uitdagend aan. Vandaag twee halen één betalen. Het varken in me roert zich weer. Dit kan ik niet laten liggen. "Mevrouw, mag ik deze roomsoezen van u en doet u er ook maar drie gevulde heren bij." "Anders nog iets?" "Oké, doet u ook nog maar een klein stukje progres en twee chocoladebollen. Is dat aardbeienbavarois? Een klein stukje graag. Nee, iets groter. Dank u." Het varken heeft er dorst van gekregen. Gelukkig is de drankafdeling vlakbij. Met een sixpack cola krijgen we vast alles weggespoeld. Ik krijg nu wel medelijden met mijn roze vriend. Ik zie de bui al hangen. Die gaat straks schreeuwen als een mager speenvarken.

Eerst krijgt ie tig kipkluiven over zich heen, daarna een frietje saté, twee Bourgondische kroketten en dat alles vergezeld van een kleine sloot mayo. Dat glijdt wat makkelijker naar binnen. Daarna maken we tijd voor een klein boertje. Ach, het is ook zo’n schattig beest. Tevreden krult mijn roze vriend zijn staart. Ik voel het kriebelen in mijn buik.

Tijd voor de hoofdschotel. Die is zeer exotisch dit keer. Eerst schuif ik een flinke ganzenleverpastei naar binnen. Binnen vijf minuten hak ik het gevogelte naar binnen. Nu ben ik toe aan de gevulde giraffennek. Maar niet voordat ik eerst het fully stuffed Przewalskipaard naar binnen heb gerost. Langzaam voel ik protest vanuit mijn buik omhoog stijgen. Het varken kan zijn draai niet langer vinden. Volgens mij moet het varken poepen. Dan zal hij toch eventjes moeten wachten.

De jachtschotel laat ik vandaag aan me voorbij gaan. Een kaasplankje brengt de nodige rust. Altijd goed voor de spijsvertering. Ik eindig met een grand dessert. Een grote roze gelatinepudding plak ik snel achter mijn kiezen. De Belgische bonbons bewaar ik voor bij de koffie. Plots begint mijn buik te schudden. Wat is dit nu weer voor een protest? Ik doe mijn ogen open en kijk in de ogen van de liefste vrouw van de wereld. "We gaan eten schatje." Ik wrijf de slaap uit mijn ogen en sta op van de bank. "Lekker geslapen liefje? Heb je een beetje honger? Volgens mij wel hè. Je lag behoorlijk te knorren." Ik schuif hongerig aan tafel. Op mijn bord ligt een varkenshaas. Zonder staart.

Mien Piggy

Gewicht 04-11-2005: 88,00 kilo
Gewicht 02-12-2005: 86,50 kilo
Gewicht 23-12-2005: 86,29 kilo
Gewicht 27-01-2006: 87,00 kilo
Gewicht 01-04-2006: 86,50 kilo
Gewicht 19-07-2006: 86,50 kilo
Gewicht 06-09-2010: 90,00 kilo
Gewicht 14-10-2010: 86,00 kilo - - - Middelomtrek: 105 cm
Gewicht 09-12-2010: 84,00 kilo - - - Middelomtrek: 103 cm
Gewicht 23-02-2011: 84,00 kilo - - - Middelomtrek: 103 cm

`Afvalrace`, een compilatie van hersenspinsels uitgebraakt tijdens het afvallen van schrijver Mien anno 2005/2011. Oftewel verhalen van een jonge schrijver zonder trekdrop met zwemband.

19-02-2011

Klantcontact achter gordijnen

Voorzichtig schuift het blauwe gordijn opzij. Drie lingeriesetjes worden aangereikt. Een rood, wit en een blauw setje. De achtergrondmuziek zwelt aan. Lady Gaga vult plots de ruimte. Ik wurm me in het veel te nauwe pashokje in het rode setje. Met een poker face tuur ik in de spiegel. Dat wordt helemaal niks en ik roep Alejandro erbij. Alejandro biedt troost en een helpende hand. Hij loopt een blauwtje en ik, ik trek wit weg. It’s a bad romance.

Met een ferme ruk wordt het witte gordijn opzij geschoven. Een dame op crocs treedt binnen. Het gordijn wordt dicht geschoven. Hallo, uw naam en geboortedatum graag en rolt u de mouw maar even op. Een koude hand betast mijn arm op zoek naar een blauwe ader. Een scherpe naald schiet vlotjes het zachte vlees in. Mijn bloed wordt rood opgezogen. Ik krijg een pleister op de wonde. Drukt u hem maar even aan. Het gordijn wordt open geschoven. Goedendag. Service as cold as ice.

Het geroezemoes in de zaal neemt toe. Achter de coulissen nemen veertien dames hun positie in. Het blauwe licht dooft en tromgeroffel klinkt. Langzaam schuift het rode gordijn open. Mesdames et messieurs, je vous présente: a lovegame. Op het podium verschijnen de dames in witte sexy lingerie met prachtige verentooien op hun hoofd. Lenig gooien ze hun benen beurtelings in de lucht. Paparazzi kijken ademloos toe. The Can Can keeps the customers satisfied.

Zachtjes piept de badkamerdeur open. Contouren van een naakte vrouw schijnen door het plastic gordijn. Een vreemd personage glijdt door de blauwe stoom. In zijn hand blinkt fel wit het lemmet van een scherp mes. Krijsende violen kondigen onheilspellend onraad aan. Met grote molenwiekslagen maait de indringer dwars door het plastic gordijn heen, het mes een aantal keren in de borst van de naakte vrouw. Lichtrood bloed vermengt zich met water en sijpelt weg in het doucheputje. Psycho Killer qu'est que c'est?

De kassa rinkelt. Pink Floyd dreunt de stereo uit. Een voorname man met rode anjer loopt wat te paraderen. De liftdeur gaat open en een vlotte jongeman in wit pak heupwiegt van de trap. Achter de toonbank staat een oude man met plakhaar. Hij heeft een potlood achter zijn oor en om zijn nek hangt een plastic rolmeter. De klok slaat negen uur en de eerste klant loopt binnen. Hij neust wat rond. Vanachter een gordijn verschijnt een chique vrouw met een blauw kermiskapsel. Zij is zeer attent. Loopt op de klant af en roept bekakt: Are you being served?

Mien Can Can

Geschreven voor website Gek op Klanten

17-02-2011

Daar waar eens de sinaasappel bloeide

Heerlijk lig ik hier te gloren, op de aanrecht achter glas, languit in de fruitschaal. Een vluchtig leven is mij maar beschoren. U kent mij vast als appelsien. Juist ja, het appeltje uit China. Niet te verwaren met de mandarijn. In de fruitschaal lig ik zoet te dromen tot mijn tijd gekomen is.

Ik droom van al mijn lotgenoten en wat daarvan geworden is. Het is nog allemaal zo kort geleden. Zo hang je niets vermoedend aan een boom te bungelen, lekker in de warme wind, blakerend onder de Spaanse zon. Een big smile op je snoet. Loom luisterend naar gezoem van bijen rondom je heen. Ja, ja, het leven één groot feest. Maar niet voor lang.

Een houten ladder wordt plots onder je maag geschoven. Een bruine hand met schaar verschijnt. Hij knipt jou los van je geliefde tak. De navelstreng wordt doorgeknipt. Samen met je lotgenoten verdwijn je in een rieten mand. Een onzekere toekomst ga je tegemoet. Eerst ga je door de wasmachine. Ze leggen je te drogen. Ben je eenmaal goed op kleur dan wordt je nog even goed gewaxt. Oranjeblinkend ga je op maat gesorteerd het vliegtuig in, op transport naar het koude Noorden.

Daar wacht een bijzondere modeshow in een koude loods. Bij de afslag mag je hopen op een goede uitslag. Uitgeknepen en uitgebuit wachten dan bange dagen in de Appiehappie of de Aldi en heel misschien in de frisse buitenlucht op een Hollandse markt. Sommigen onder ons ondergaan een ander lot. Dat zijn de luxepaardjes. Zij gaan linea recta naar de haute cuisine. Worden daar eerst zachtaardig gerold en gemasseerd. Vervolgens onthoofd, gepeld, geveld en ontvezeld. Al het wit wordt weggesneden. De frisse sla of roomijs waar je in gewenteld wordt verzachten enigszins de pijn. Als slagroom op de toet wordt dan ook nog even je pels aan gort geraspt. Het angstzweet breekt uit en je komt als sinaasappelsausje bovendrijven.

Toch kan de lotsbestemming nog iets chiquer, als zalfje of fragrance. Uitgeperst als concentraat eindig je in een trendy pot of flesje. Wel een beetje wrang hoor. Als zalfje zalvend eindigen op een sinaasappelhuid. Nee, dan nog liever sterven in een koekje. Bitterzoet verorberd worden als een kleine Pim.
Ach, hoe makkelijk laten wij ons toch als fruitige typjes kneden, met de hand of met de pers. Met weemoed denk ik terug aan daar waar ik eens als sinaasappel bloeide. O sole mio.

Mien Appelsien

01-02-2011

Tulpenklok

Mijn klok met rode tulpen kijkt me uitnodigend aan. Hij weet dat ik hem regelmatig aanschouw. Geduldig lijkt hij argeloos en wat verveeld mijn tijd weg te tikken. Met elke tik brengt hij de lente dichterbij. Het is alsof de tulpenklok dat weet. Plagend, ingehouden en tergend langzaam loopt hij routineus zijn rondjes. Voldaan en zelfverzekerd. Met een big smile, zo lijkt het wel. Maar niets is minder waar.

Als ik mijn oor aandachtig te luister leg hoor ik de klok met regelmaat kleine zuchtjes slaken. Vooral als hij met zijn secondewijzer dicht in de buurt van de tweecijferige getallen komt. Heel vreemd wat er dan gebeurt. Zodra de secondewijzer de 9 passeert breekt hem het angstzweet uit. En vlak voor het getal 10 dan stokt de wijzer. Heel eventjes. Blokkeert als een geschrokken paard dat pal voor een moeilijke barrière staat.

Ik heb lang moeten nadenken waar deze merkwaardige blokkade vandaan komt. Totdat ik bij een klokkenmaker informeerde. Die wist mij te vertellen dat tulpenklokken speciale klokken zijn. Het zijn klokken met een ongeduldig karakter en zeer onzeker. Een fatale combinatie voor goede tijdwaarneming. Door hun onzekerheid en ongeduld hebben zij hun klokjestraining niet succesvol afgerond. Een klokdiploma hebben zij nooit verkregen.

Tot 10 tellen heeft iedere klok wel ooit geleerd. De tulpenklokken zijn nooit verder gekomen. De getallen 10, 11 en 12 zijn voor de tulpensecondewijzer daardoor vreemden en worden als zodanig niet herkent. Toch moet ook de tulpensecondewijzer eraan geloven. Voortgedreven door zijn mechaniek komt na het passeren van de 9 als vanzelf de 1 van 10 naderbij. Die 1 dat kan de wijzer nog bevatten. Hij denkt: “1, ik ga weer terug naar af.” Maar zodra de 0 van 10 aan hem verschijnt, raakt hij onmiddellijk het Noorden kwijt. Hij heeft geen keus, de klok tikt verder. Een nieuwe 1 doemt al snel weer op. Het is de eerste 1 van 11. Al gauw gevolgd door een tweede. De wijzer raakt zijn paadje kwijt.

Gauw schakelt hij over op de automatische piloot. Maar het lijkt wel of de duvel met hem speelt. Nog geen seconde later treft hem weer een 1. Dit keer is hij gauw gerustgesteld, want vrijwel onmiddellijk volgt een vertrouwde 2. De secondewijzer is weer even bij de les. Hij houdt de pas er stevig in. Totdat, ja verdorie, weer een 1 aan zijn horizon verschijnt. Dat is toch niet te volgen. In korte tijd krijgt hij maar liefst 5 enen voor zijn plaat. De logica lijkt ver te zoeken. Totdat … warempel … opnieuw een 2 verschijnt. Geduld behouden is een goede zaak. Nu naderen geheel staccato de 3, de 4, de 5, de 6, de 7, de 8 de 9. Ze naderen met krasse schreden. De tulpensecondewijzer gaat op herhaling. De lente komt steeds dichterbij.

Mien seconde wijzer