31-03-2011

Columns van Harrie (Maart 2011)


Zoete lieve Gerrit / Gein & Ongein / 01-03-2011

Er staat hier een hele grote tent in mijn bos. Al een paar weken. Voortdurend lopen er, meestal opgewonden, een hele hoop mensen in en uit. Af en toe stijgt er rook op uit de tent. Het maakt mij heel nieuwsgierig. Wat is hier aan de hand? Er wordt heel veel kippengaas de tent in gezeuld. Ben ik hier een grootschalige kippengaassmokkel op het spoor? Wordt hier illegaal een megakippenstal gebouwd in mijn geliefde bos? Ik houd de boel scherp in de gaten. Er wordt ook veel gedronken door die vreemde gasten. Ze drinken de hele dag bier uit flesjes. Soms stijgen er spontaan gezangen op uit de tent. Tromgeroffel en blaasmuziek begeleiden de zang. Vreemde rituelen vinden hier plaats. Soms komt een geheimzinnige scooter aangereden met een grote hutkoffer voorop. De berijder draagt een motorhelm. Hij is van allochtone afkomst en levert incognito vierkante kartonnen dozen af. Wat gebeurt hier allemaal? Hier moet ik Preiznig toch eens over inlichten. Mijn huisdruïde heeft hier vast een verklaring voor. Vandaag lijkt wel een bijzondere dag te worden. De gezangen worden steeds heftiger. Ik zit hier nu al drie uur in de struiken. De tot dan toe altijd hermetisch afgesloten tent wordt open geritst. Juichend rennen vreemd verklede mannetjes en vrouwtjes naar buiten. Ze hebben oorlogskleuren op hun gezicht en roepen opgewonden luide kreten naar elkaar. Ze spreken voor mij een onbekende vreemde taal. Dat doen ze heel zangerig. Gris mich nich, wat is dat nou? Onder luid tromgeroffel wordt een grote platte kar naar buiten gereden. Op de kar ligt een hele grote felgekleurde clown. Hij lijkt wel dronken. Zijn hoofd, neus en ogen draaien in het rond. Ik word er duizelig van. Zijn arm zwenkt gevaarlijk heen en weer. In zijn hand draagt hij een groot glas bier. Af en toe spuwt hij kleine gekleurde papieren rondjes uit zijn mond en komt er rook uit zijn oren. De vreemd geklede mannetjes en vrouwtjes lopen juichend en springend in een grote stoet achter de kar mijn bos uit. De clown denkt er het zijne van. Hij draagt dezelfde oorlogskleuren als zijn vervolg. Waar trekt die maffe meute nou naar toe? En wat zou zoete lieve Gerrit hiervan vinden?


Haastige haas / Gein & Ongein / 10-03-2011

Ik raak altijd in de war van de lentezon. Waterig zoekt de witgele ploert mij altijd op tussen de bomen. Het lijkt alsof hij mijn dagelijkse levenswandel stiekem bespiedt. Knipperen met de ogen is dan het enige wat ik kan doen. Heel irritant. Raakhout heeft gruwelijk de pest aan dat waterig gezonneschijn in de lente. Hij houdt meer van de duisternis. Hoewel, sinds hij niet meer wegdommelt in de wintermaanden is de duisternis niet langer zijn kameraad. Raakhout is in de war. Sinds hij de liefde heeft ontdekt verkeerd hij regelmatig met zijn wrattig hoofd in rozige paddowolken. Elke nacht droomt hij van zijn grote liefde Slijmballetje. Het doet mij soms pijn om te horen hoe Raakhout snakt en smakt naar zijn Slijmballetje. Ik moet toch maar weer eens contact opnemen met zijn baasje Zwam voor een bezoek. Straks kwijnt Raakhout nog weg onder zijn eigen liefdeshonger. Het is alsof Raakhout mijn gedachten leest. Blij huppelend springt ie voor mijn voeten. Allebei schrikken we ons een hoedje als een haas ons pad kruist. De haas draagt een klein rugzakje vol met eieren. Een schilderachtig tafereel zo in de vroege ochtend. Hij heeft wel haast die haas. Haastige haas.


Wilde wieven / Gein & Ongein / 17-03-2011

Haastige haas zoefde hard de struiken in. Zoef Zoef, riep ik hem nog na, waarom die haast? Zoef keek twee tellen om en riep in hazenvlucht: Witte wieven, witte wieven, ze zitten op mijn hielen, en dat is geen fabeltje. Wat een eng bos is het hier. Zoef was duidelijk overstuur. De eieren klutsten op zijn rug. Als dit maar goed ging. Het was nog lang tot Pasen. Had Zoef nu echt al Witte wieven gezien, dat was haast onmogelijk. Die spookten meestal alleen ’s nachts door mijn geliefde bos. Daar moest ik het mijne van weten. Ik wist waar ze woonden en besloot een bezoekje te brengen aan hun. Nu maar hopen dat ze thuis waren. De Witte Wieven woonden al jaren in mijn bos. Greet en Gruwel waren hun namen. Ze deden hun naam eer aan. Onlangs hadden ze nog wat stadsmensen van boven de rivieren de sloot in gejaagd. De bovenrivierders hadden geen notie van streekverhalen. Dat was nog de grootste bak. De dieren in het bos lagen helemaal in een deuk. Het was ook een amusant tafereel. Twee witte lakens met zwarte gaten die als een razende tsunami twee dolende bovenrivierders achtervolgden. Boe, hoe, boe, hoe riepen de lakens schor krijsend. De bovenrivierders sprongen van angst in de sloot. Na een tijdje durfden ze er pas uit te komen. De modder dreef in hun natte nek en het kroos zorgde voor een mooi groen permanentje. Ze kwamen ineens heel anders voor de dag. Bert en Dirk heetten ze. Nu herinner ik het me weer. Bert dirkte zichzelf snel weer op en Dirk trok zijn colbertje recht. Geritsel in de struiken, had iemand hun gezien?


De zwarte ridder / Gein & Ongein / 25-03-2011

Ik klopte aan bij Greet en Gruwel, de Witte Wieven uit mijn bos. Gelukkig waren ze thuis. Ze roken beiden naar vers gestreken was en wasverzachter. Niet vreemd want het was maandag wasdag. Ik viel maar gelijk met de deur in huis. Ik vroeg aan Greet en Gruwel of zij onlangs haas Zoef Zoef, midden op de dag, de stuipen op het lijf hadden gejaagd. De eieren van Zoef Zoef waren allemaal kapot geklutst. Die baalde verschrikkelijk. Hij had op zijn flikker gekregen van het dikke meisje van de Plus. Nee, daar wisten Greet en gruwel niets. Overdag vertonen zij zich nooit in het bos. Kwestie van zonnevrees. Ze vonden het wel zuur voor die eieren en het meisje van de Plus, maar ja, shit happens. Wel was hen de laatste tijd iets anders opgevallen. Iets waarvan ze zelf de stuipen op hun lijf hadden gekregen. Een zwarte ridder doorkruiste ’s nachts het bos. Het was niet alleen de ridder maar ook zijn paard die hen liet schrikken. Zijn zwarte strijdros maakte vreselijk veel lawaai. Een zwaar ronkend geluid. Er kwam ook altijd blauwe rook uit zijn staart. Die stonk verschrikkelijk. Het was wel een snel paard en het schitterde in de maneschijn. Net als de in lakleer geklede ridder. Dat was maar een rare vogel. Greet en Gruwel vertelden hoe erg ze waren geschrokken toen hij zijn helm afdeed en vervolgens liefdesliederen te berde bracht die door merg en been gingen. Zo vals. De liederen waren vaak erotisch getint en leken ter plekke verzonnen. Soms schreef de zwarte ridder na het gezang de liederen in een klein zwart boekje. Om daarna weer te verdwijnen in de nacht. Na de schrik sloeg bij Greet en Gruwel de angst altijd om in weemoed. De zwarte ridder had namelijk ook iets droevigs over zich. Enfin, overdag hielden Greet en Gruwel zich niet op in het bos. Misschien was Zoef Zoef die maffe ridder wel tegen gekomen, wie weet?


Columns van Harrie zijn geschreven aan tafel bij Mien. Harrie is een auteur en tafelvriend van Mien. Van november 2010 tot maart 2016 publiceerde Harrie ook columns op de website van ColumnX.
Harrie’s columns zijn gebaseerd op oude personages uit TV-series Catweazle en Doctor Who. De Britse acteurs Tom Baker en Geoffrey Bayldon vormen zijn inspiratiebron. Daarnaast maakt Harrie ook graag filosofische en sportieve uitstapjes.

29-03-2011

Project Buiten Om (16): Meedenkgroepen

De vogeltjes zijn druk bezig met het bouwen van nieuwe nesten in onze tuin. De natuur maakt zich op voor een nieuwe lente. Ook de wijkontwikkelingsplannen in Helmond West beginnen langzaam vorm en kleur te krijgen. Ze zien steeds meer licht. Het live getwitter in de tuin overstemt vooralsnog het digitaal getwitter op internet. Voor hoelang nog? De tijd begint langzaam te dringen. Van bouwactiviteiten is echter nog geen sprake. Ligt de gemeente wel op schema? Achter de schermen wordt hard gewerkt.

Af en toe verschijnen er kleine berichten in de pers. Ook wordt de website die speciaal voor de plannen is ingericht steeds beter benut en actueel gehouden. Op website www.helmondwest.nl is onder het kopje 'Planning' een mooie animatie opgenomen die in 3 minuten vogelvlucht laat zien wat er allemaal op sprong staat in de wijk. Hier zijn ook andere berichten te vinden. Thomas Rau is aangewezen als architect van de nieuw te bouwen Wijkhuis Brede School. Hij wordt één van de smaakmakers van Helmond West.

De Meedenkgroepen beginnen langzaam vaste vorm en bezetting te krijgen. Er zijn vier Meedenkgroepen in het leven geroepen. Zelf maak ik deel uit van Meedenkgroep Goorloop – stedelijke verkeersring. Er zijn inmiddels drie bijeenkomsten geweest. De gemeente laat de plannen zien en de Meedenkgroep levert commentaar en geeft advies. Er moeten nog behoorlijk wat lastige (verkeers)knopen doorgehakt worden. Een kort verslag met belangrijke besluiten wordt na afloop van iedere Meedenkgroepvergadering op www.helmondwest.nl geplaatst.

Het gedeelte stedelijke verkeersring dat door Helmond West gaat lopen heeft sinds kort een nieuwe naam gekregen. De werknaam Tracé BuitenOm is omgedoopt tot Kasteelherenlaan, een naam met meer cachet. Daar zouden de kasteelheren Berlaer, Cortenbach en Arberg zeer blij mee zijn geweest. De drukke weg loopt ver buiten het kasteel om. De kasteelheren zouden er geen last van hebben gehad. Of de bewoners aan deze drukke weg er last van krijgen is en blijft de grote vraag.

Door toename van het verkeer zal het milieu onder druk komen te staan. Met als gevolg, grotere geluidsoverlast en grotere uitstoot CO2 en fijnstof. In het ontwerpbestemmingsplan ten behoeve van de Wijkhuis Brede School wordt niet gerept over de stedelijke verkeersring die binnen 500 meter van de school gaat lopen. Er is dus geen extra uitgebreid onderzoek gedaan naar de te verwachten milieuoverlast. Dat is een kwalijke zaak. De wijkbewoners in Helmond West krijgen veel te slikken. Hopelijk slikken ze niet alles.

Mien Kastelenweg

25-03-2011

Enora

In een klein appartement in Venlo, vlak bij ‘Mooder’ Maas ligt een schattig hummeltje, stilletjes en lief te dromen. Aan haar voetjes ligt een grote wereld vol ongeduld op wacht. Zo ook Jip, die waakzaam met zijn grote bruine neus, het prille leven warmte toe blaast. Pa en ma zijn dolgelukkig met hun lieve spruit. Zij hebben haar geëerd met een mooie Bretonse naam, Enora. Een vrolijke giraf op een beschilderd schattig buikje, kondigde de geboorte aan.

Geboren op een bijzondere dag in januari, dat moet gezegd. Op 28 januari werd ooit de eerste steen gelegd van de fameuze Eiffeltoren, dwarrelden in Montana de grootste sneeuwvlokken uit de lucht (20 bij 38 centimeter) en zette Albert Einstein in Berlijn de wereld op zijn kop. Simpel door te beweren dat het universum gemeten kan worden. Niets is sindsdien nog onmeetbaar, behalve de liefde voor een mens.

Hoge heren zagen op 28 januari het licht verschijnen of verdwijnen. Koningen en Pauzen in chronologische volgorde, Karel de Grote, Hendrik VII en VIII, Clemens IX en Paulus V. Ook een aantal mooie muzen zagen het licht: Arthur Rubinstein, Tante Leen, Jackson Pollock, Alan Alda, Sjoukje Dijkstra, Nick Carter, Elijah Wood en niet te vergeten, dicht bij huis, neef Jules. Voor de beroemde schrijvers William Butler Yeats, Joseph Brodsky en Astrid Lindgren viel helaas het doek.

Van alle koningen, pauzen en muzen kan niemand tippen aan Enora. Of toch misschien de broertjes Saunders? ‘Voice of Holland’ Ben, ruilde op 28 januari met broertje ‘Popstar’ Dean van nummer één positie in de Top 40. Met wel een heel toepasselijke nummer: “You and I both”. Dat moet de danssterren Enora en Stefano van “So you think you can dance” toch vrolijk hebben gestemd. Ach, het is en blijft een wondere wereld. Terwijl Nederland wordt overmeesterd door reality soaps en talentenjachten maakt een Arabische wereld zich op voor een lente van democratie. De toekomst blijft vol verrassingen.

Lieve Enora, jouw wereld staat nog in de startblokken. Een wereld vol belofte. Het staat deels al in de sterren geschreven. Als Waterman en Tijger leef jij van liefde, lucht en van metaal. Je gaat strijden voor je vrijheid en je idealen. Spontaan en onbevooroordeeld. Sociaal en intelligent. Als Venus ga je op zoek naar shocking white, want Enora, she’s got it. De wereld ligt aan je voeten. Als papa’s peetoom probeer ik je geluk te bewaken. Maar voorlopig lig je stil te dromen. Net als Jip, je harige vriend, die droomt van Janneke.

Oudoom Mien

22-03-2011

Onversneden Pokon

Deinen, dansen, zweven op fantastische muziek. Ik luister naar het leven diep van binnen. Dicht bij de kern, ver weg van donkere ellende. Die mijd ik als de pest. Veel liever plaag en koester ik de liefde. De hunkering naar liefde laat suikerlaagjes smelten, doopt harten diep in hete honing. Slecht vergaat het vele liefdeskoninginnen. Zij zien hun volkeren sterven in stekende pijn. Gevleugelde groeivormen vergaan voorgoed in dampende milieurampen. Daar helpt geen vleugje pesticide meer.

Ik wil me blijven laven, aan zoet en zout, onbedorven in de kern. Het atoom mag zichzelf niet langer splijten. Gaat op zoek naar symbiose en osmose. Het protesteert en wil niet langer permeabel neergesabeld worden. Atomen willen graag herrijzen in waterorgels van brak geluk. Ongespleten atomen hebben Willie Wortels nodig, om zich terug te vinden in klavertjes vier. In magische getallen die de wereld verklaren van Noord naar Zuid en van Oost naar West. Daar waar de wind haar wortels heeft, ligt namelijk het geluk diep verborgen.

Gejaagd door de wind ben ik voortdurend op zoek. Een queeste die herhaaldelijk ontaardt in chaos. Mijn natuur is op zoek naar voedingsbodem en hunkert in haar groeitocht naar onversneden Pokon. Deze grondstof voor mijn ziel zal mijn muzen doen ontkiemen. Mits het zand niet door mijn vingers glijdt, als water door de woestijn. De dorheid mag nooit beklijven. Het is uiteindelijk de chaos die bevrijdt. Troost en happiness zijn na de chaos een levenlang beschoren. Dan slapen schaapjes zacht en wordt er niet langer geteld.

Mien Bijgeloof

15-03-2011

Wiebelende paardenstaart

Toch eens even een poging wagen. Een verhaal over een vierwielig voertuig dat vroeger voortgetrokken werd door een paard. Ja, ja, zo’n stoer viervoetig zoogdier dat in een andere rol zeer in trek is bij kleine meisjes. Blondines met wiebelende paardenstaartjes, met roze wangen, een zweepje en een schattig zwart hoedje in de knop. Een zwarte knop gelijk het hart van een paardenbloem, maar dan zonder zaaddozen. Die waaien immers toch maar weg. Als we die toch eens wisten terug te vinden, wat zouden vele mensen dan gelukkig wezen. Spoken en fantomen hoeven niet langer nagejaagd, kinderen gaan op zoek naar lieve ouders. Het leven dat geven zij alsmaar door, jaar in jaar uit, totdat een generatie stopt.

Een generatiekloof wordt zelden gedicht, niet met naald en garen, noch met prikkeldraad. Kinderoorlogen zijn grenzeloos, ze halen slechts de knieën open. De gapende wonden doen de kleine reusjes pijn. Ongenadig is de kwelling van het kinderleed maar het duurt slechts even. In hun beleving lijkt de wereld stil te staan. Veel liever liggen zij in het gras en tellen ruggelings de wolken. In alle varianten wit, roze en blauw glijden ze voorbij. De tijd vliet en heeft geen vat op minimensjes. Zij dolen fris en fruitig door de gekste sprookjesboeken en generen zich niet als dwerg. Feeëriek en theatraal zo kan hun verschijning soms zijn. ‘To be or not to be’ staat met guitige letters geschreven op hun gekleurde muts. Ook bij de meisjes, die zijn niet dom. Dat zijn alleen blondines, met wiebelende paardenstaartjes. Die bungelen achter het harige gat van de kont van het paard. Daar zouden dwergenmeisjes zich nooit aan wagen.

Mien Woordzin

01-03-2011

Van de Vorst geen kwaad

De vlaggen hangen er in top. De entreehal ruikt naar stof. Overal hangen posters aan de muur met kleurrijk uitgedoste mensen. In de stoffenhal kijkt een man met grijs haar mij grijnzend aan. “Kan ik iets voor u betekenen?” - “Ja, ik ben op zoek naar eigenaar Fons en wil alles weten over dit mooie stoffenpaleis.” Welke Fons zoekt u meneer, we hebben er drie. Ik ben Fons d’n 2e.

Fons vertelt honderduit. Over het familiebedrijf dat meer dan 40 jaar bestaat en al drie generaties lang gehuisvest zit aan de Mierloseweg. Eerst over vader Fons d’n 1e, die op de plek waar nu de babywinkel zit, een kleine textielwinkel begon. In de avonduren fungeerde de winkel als dé ontmoetingsplek in Helmond-West. Aan de gevel hing namelijk de eerste Helmondse straatlamp. Een lamp die Obragas elke avond kwam ontsteken.

Het familiebedrijf heeft in de tijd een flinke klantenkring opgebouwd en neemt een prominente plek in op markten en beurzen. Jaarlijks staan ze op de grootste markt van Nederland, Sint Joep in Sittard. In de theater- en textielwereld is het bedrijf gekend. Het bedrijf levert onder andere stof aan het TV-programma “Sterren dansen op het ijs”. Maar ook aan een beroemde Russische bodybuildster. Allemaal via mond tot mond reclame. “We hebben zelf nooit reclame hoeven maken”, zegt Fons trots.

In de regio weten vele carnavalsverenigingen het bedrijf te vinden, net als studenten van kunst- en designacademies. Goede kwaliteit-prijsverhouding, grote voorraden en maatwerk zijn het handelsmerk. In de jaren 90 zocht een klant een zalmkleurige stof. Deze was nergens verkrijgbaar. Van der Vorst ging op zoek en dook de stof op in een klein magazijn in Manchester. “Dat zijn de dingen die dit vak zo leuk maken”, aldus Fons.

Inmiddels is het bedrijf overgedragen aan dochter Manon en zoon Fons de 3e. Met eenzelfde trots als haar vader vertelt Manon over de nieuwste modetrend in stoffen: de wendepailletten. Polyester stoffen en de kleur stof worden nog altijd het meest verkocht.

Fons de 2e voorspelt dit jaar een kleurrijk Carnaval. Het valt op dat mensen steeds creatiever worden in hun kledingkeuze. Dat is mede te danken aan het Carnavalsthema van dit jaar: “We stôn ‘r gekleurd op!”

Tijd voor afscheid. Ik maak nog even een foto van Fons de 2e en zijn vrouw. Vanaf een poster achter de toonbank kijkt naamgenoot Peter van der Vorst mij met een vette knipoog aan. “Hij vond het zo leuk dat zijn familienaam op de gevel stond en wilde voor de etalage op de foto”, aldus Fons.

Mien zweeft en zwetst door Helmond-West

Gepubliceerd in Wijkkrant Helmond West Maart 2011 > Van de Vorst geen kwaad