Harrie Banneling is een beetje doorgedraaid. Een heel klein beetje maar. Net genoeg om binnen het WMO te vallen. Wat een geluk. De mantelzorger die nu dagelijks bij hem thuis komt draagt altijd een blauwe mantel. Op verzoek van Harrie. Want blauw is Harrie's lievelingskleur. Tijdens het intakegesprek heeft Harrie aangegeven dat zijn mantelzorger wel van dieren moet houden en van piano's. Harrie heeft een Steinway waar hij al jarenlang liedjes op componeert en een poes. Een mooie witte Angora en ze heet Hoezepoes. Ondanks haar leeftjd spint Hoezepoes als de beste. Wol en garen. Het gespin van Hoezepoes werkt als een metronoom voor Harrie. Het eerste liedje dat hij componeerde droeg hij dan ook op aan haar.
Harrie is nu al tachtig jaar en Hoezepoes vijftien. Ze doen een wedstrijdje wie het eerste gaat. Niet dood. Nee, nee. Een windje. Dat vinden ze beiden leuk. Windjes laten. De mantelzorger niet. Die rent dan druk wapperend met zijn blauwe mantel door de woonkamer. Lol dat ze dan hebben. Met grote halen slaat Harrie dan met zijn grote handen op de toetsen van zijn piano. Een kabaal! Zijn vingers zijn te stijf en dik om nog een toets tegelijk te slaan. Wat een klerenherrie. Daar helpt geen mantelzorg meer tegen.
De grote handen kwamen Harrie wel van pas in zijn arbeidsleven. Als stratenmaker was dat een groot voordeel. Hij opperde kilo's stenen met zijn grote handen. En toen hij wat meer ervaring kreeg legde hij grote straten met stenen aan. Met blauwe stenen bij voorkeur. De blauwe straten leken op rivieren die door kleine dorpen en grote steden stroomden. Pleinen werden zeeën. Stratenmaker op zee noemden ze hem vroeger.
Nu zit Harrie alweer vijftien jaar thuis. Veel dorpen en steden heeft hij gezien. Ook in het buitenland. Hij werd al snel beroemd als stratenmaker op zee in binnen- en buitenland. Een boekingskantoor heeft hij uiteindelijk in moeten schakelen om aan de grote vraag te voldoen. Een opleidingsinstituut is hij zelfs begonnen. Zijn idee werd al snel opgepikt, lees gejat. In Mekka transformeerden leipe Arabieren zijn blauwe zeestraten naar rode, ongevraagd. Niet zo netjes, wel? Harrie raakte er haast van aan de drank. Dol werd hij van port Soedan, het lekkerste drankje dat ooit door zijn keel stroomde. Wel een beetje zout. Maar toch, het smaakte toch wel zoet na al het zuur.
Thuis zit ie nu. Harrie Banneling als banneling, maar wel met mantelzorg. Blauwe mantelzorg. Want Harrie moet ook zelf een bijdrage leveren. De helft ongeveer. Bij mantelzorg van 24/7 is dat toch wel prijzig. Maar Harrie verdient de beste zorg die er is. Om in zijn hoge onkosten te voorzien componeert hij liedjes op zijn eigen Steinway. Inspiratie voor zijn liedjes vindt hij in dagelijkse rituelen. In de blauwe mantelzorger bijvoorbeeld. Hetty heet ze. Hetty draagt grote zorg voor Harrie en daarvoor wil hij haar graag bedanken. Soms zet Hetty Harrie voor het blok. Daarover heeft hij een mooi liedje geschreven. Het blok dat voor twijfel zorgt heeft hij vertaald in mooie muziek en tekst. Heel simpel en to the point. Gewoon ja zuster, nee zuster. Meer moet dat niet zijn. De titel van het lied was daarmee ook meteen rond.
Rond titels moet je nooit geitebreien. Zijn oom Willem vond dat ook. Ach ja, ome Willem, nu drie jaar dood. Harrie mist hem nog steeds. Zijn favoriete oom. Hij was degene die hem altijd, na een lange dag werken op straat, mee nam naar de kroeg. Hun favoriete kroegie, Het schaap zonder poten. Wat hebben ze daar een hoop Sonneveldjes gedronken samen. Those where the days. Ze dronken de Sonneveldjes altijd heel deftig, met hun pinken omhoog. Als ze er genoeg op hadden dansten ze samen de Alexander Polka en raakten dan volledig de Klutz kwijt. In Het schaap zonder poten, te Delft.
Wat een theater, wat een feest. Altijd met Harrie, harde werker en bovenal levensgenieter. Tussen 1955 en 1999 heeft hij 44 jaar lang prima werk geleverd. Helaas heeft Harrie aan het einde van zijn leven niet mogen winnen van Hoezepoes. Geen windjes meer. RIP Harrie.