10-09-2024

Titeltovenaar

Je komt ze overal tegen. Titeltovenaars. Vooral op Likhetin en op Faecesboek. Het loopt haast de spuigaten uit. En dan is het hevig. Zeker als je X-ogen krijgt van al het laiken. Je zou er haast de X-benen van nemen. Maar neem nu als voorbeeld een interieurverzorger met aantekening en universitaire modules achter zijn naam. Of de venstercleaner met mavodiploma behaald op de volksuniversiteit. Wat moet je ermee? Of de AOW-ZZPer die bijbeunt op Marktplaats en zich hoerig aanbiedt. Ik weet het niet hoor? MP van de USA, in ploegendienst, met vijf shiften? Anders is het niet vol te houden. 
 
En dan nog de bijbaantjes met kleurrijke titels als voorzitter van de voorzitbond, secretaris van naaiclub de Vingerhoed. Het kan allemaal. Ambtenaar van de stoep, ook zo'n leuke. Komt nooit langs of aan. Zelfs niet voor een bak koffie, met karamelsmaak uiteraard, voor minder doet hij het niet. Zweminstructeur voor de nachtelijke uren met bewijs van goed gedrag.
 
Titeltovenaars zijn het stuk voor stuk. Titelstukken, dressed for the job. Open en bloot geven ze zich over aan banen waar niemand in zwemt. Ze gaan uiteindelijk toch nat. Handdoek uit de ring en opnieuw beginnen. Jezelf sparen voor ... ja voor wie, voor wat?

Slechte bakfietsmoeder

Maak plaats, maak plaats, maak plaats ... zij heeft gigantisch veel haast. Met haar veel te korte benen kan ze amper bij de trappers. Maar ze doet haar best. Met een bezorgde blik kijkt ze voortdurend over het stuur. Zitten ze er nog wel in? Ze vliegt door de straten. Voor haar gevoel althans. Ze mogen niet te laat komen, want dat is een doodzonde. Zeker met zo'n strenge juf. De buurtgenoten houden hun hart vast. Als dat maar goed gaat. 112 Wordt gebeld. Een pientere buurvrouw van driehoog achter voorziet een ongeluk. Ook de moeder wordt ingeschakeld. Hopelijk is ze wakker. En Marieke maar trappen, met haar veel te korte beentjes. De poppen slapen nog. Het is al bijna tijd.

09-09-2024

Laat me losser

Vandaag is de dag. Weken heb ik er om gezeurd. Maar vanavond gaan we los. Eindelijk heeft hij tijd voor mij. Ben ik even meer belangrijk dan zijn werk. Wat zal ik er van genieten. Hopelijk is hij in een goede bui. Mij begeleiden naar ultiem genot. Een klein hoogtepunt in mijn nog prille leven. Hier heb ik al lang op gewacht. 

Daar is de auto al. Ik hoor het aan het geronk van de motor. Stiekem wacht ik hem op vanachter de gordijnen. De vitrage schuif ik ook een stukje opzij. Hij heeft me al gezien. Mijn pretoogjes schitteren en geef een gulle glimlach. Hij geeft me een dikke knuffel bij binnenkomst. En eerst eten we ons buikje rond. Ik kan niet langer wachten. En roep vol verwachting: 'ga je mee!'. Gelukkig staat hij gelijk op. 'We gaan naar buiten!', zegt hij met een knipoog. En ik denk: 'yes'.

'Aha, je hebt de wieltjes er al afgehaald, wat goed van jou. Heeft mama geholpen, of heb je het zelf gedaan?' Vol trots zeg ik: 'zelf!', en stap glunderend op mijn blauwe fiets. Mijn pa moedigt me aan en geeft aanwijzingen. Ik hoor ze niet. Wil ze niet horen. Kan allang fietsen, maar dat weet hij niet. Ik doe net alsof ik val. Net op tijd vangt pa me op. Ik voel zijn sterke armen om mij heen, geniet van het moment en stap weer op mijn fiets. Nog vijf keer laat ik me vallen en vijf keer vangt pa me op. Zijn hand wijkt niet van het zadel en zachtjes duwt hij mij vooruit. 'Je kunt het kerel!' En ik roep terug: 'laat me losser! Ik draai me om en pa staat achter in de straat. Ik ben verbaasd. Hoe lang heeft hij mij al losgelaten?