De aap en de leeuw hebben ruzie. Wie is er nu eigenlijk de baas in het grote bos dat wereld heet? Daar gaat de ruzie over. Ruzie? Noem het gerust oorlog, strijd. Maar eerst even uitleg over de hoofdrolspelers in deze. De aap is een gorilla. Groot, zwart, mannetjesputter. Hij luistert naar de naam Boe. De leeuw is een leeuwin, imposant, goudbruin, mansfelder. Ze heet Bo. De locatie? Rivier de Betazone, aftakking van de Witte Nijl vlakbij Bwindi in Oeganda. Niet dat u nu veel meer weet lezer, maar geschiedschrijving zonder locatie is not done. Tijdstip? Right now. Ja, ik weet het. Engelse termen, Amerikaanse zo u wil, voor de taalpuristen onder ons, maar ook voor hen die een hekel hebben aan taalpuree. Ik dwaal af. De Nijl is ook zo lang in al zijn verschijningsvormen.
De grote vraag is natuurlijk, we zijn immers in de natuur, wie gaat er winnen? Wie komt als winnaar uit de bus en wie als lijk? Uit de safaribus vanzelfsprekend. Want daarin zitten de echte haantjes, opgedirkt in exclusieve safarikledij. Ze dragen niet alleen zandkleurige kledij en hoeden maar ook geweren. Uiteraard. De lafaards, laf van aard. Schieten vanuit een safaribus, wie doet dat nu? En dan ook nog eens met zo'n belachelijk antiek geweer. Haakbussen zonder haan. Enfin, in ieder geval beter dan een handbus, want die is veel te zwaar om te hanteren. Watjes zijn het. In de plastic wereld heel erg oer. In de natuur machteloos. Bleu. Zie ze daar eens zitten. Stiekem bang. Vol onmachtsvertoon. Af te lezen in wijkende blauwe oogjes in slappe tronies.
Bo en Boe daarentegen lusten elkaar rauw. Bij de rivier komen hun habitats bij elkaar. Beiden moeten immers drinken. Dorstig. Bloeddorstig ook. Koning leeuw Bo en Goeroe gorilla Boe? De safaribuswatjes zetten ver op afstand in en turen door hun verwegkijkers. Eigenlijk willen ze het helemaal niet zien. Te wreed zo'n gevecht tussen oerbeesten. Ze moesten eens weten, de safaribuswatjes, in hun plastic wereld doen ze niet anders, vreten ze elkaar op met huid en haar. Maar hier aan de rivier, daar wordt hun pis lauw. Want uitstappen durven ze niet. En het gaat lang duren, daar heeft de teamleider, het ultieme oerbeest, al voor gewaarschuwd. Gemiddeld duurt een gevecht tussen gorilla en leeuw toch snel een paar uur. Tactiek kennen de beesten niet. Ze gaan door tot het puntje. Punt uit. Maar ik kan wel vast verklappen wie er gaat winnen. De gorilla. Lees en huiver verder.
Bo, die meestal zijn prooi dood met een nekbeet, bijt zijn tanden stuk op de nek die een gorilla eigenlijk niet heeft. Het hoofd loopt meteen door in de brede schouders. Ook al heeft Bo een grote bek, hij krijgt geen grip. Er valt niets dood te bijten. Na dertig pogingen raakt Bo wat moedeloos. Zijn onmachtsvertoon werkt als een rode lap op de stierennek van Boe. Ja, eerlijk is eerlijk, uiteindelijk heeft een gorilla toch een nek. Maar je moet hem wel willen zien. Tijd voor handelen. Met zijn lange armen grijpt hij Bo bij haar manen als deze haar eenendertigste poging inzet. Heeft ze eindelijk wat grip, wordt ze aan haar manen over het dikke hoofd van Boe getrokken en ver weg geslingerd. Met twee vuisten slaat Boe op zijn zwaarbehaarde zwarte borst en brult het uit. Brullen? Maar dat is toch uitbesteed aan de leeuwen? Mooi niet. Bo ligt op de grond en kermt van de gedwongen val. Oe ... ah ... oe ... ahhhh. Het is maar een zielig hoopje leeuwin. Tijd voor een tweede leven, na deze bijna dood ervaring. Ze heeft nog genoeg levens te gaan. Bo rijst op en zet in voor een ultieme aanval. Maar Boe is onbevreesd. Wat kan die maffe poes nu uitrichten? Hij moest eens weten. Ook een gorilla kent een zwakke plek.
Voordat Boe ook maar bah kan zeggen voelt hij hoe er een flink aantal slachttanden aan zijn edele delen hangt. Hij wil toch echt wel een jongetje blijven en bonkt met twee vuisten op het hoofd van Bo. Maar die laat niet los. De tranen stromen in de donkere ogen van Boe. Zijn brede neusvleugels stuiteren naar buiten en vibreren van de pijn. Zijn klokkenspel hangt aan een zijden draadje en dat weet ie. Onmachteloosheid maakt zich meester van hem. Getemd door de tanden van een wilde leeuwin? Dat mag niet gebeuren. Zal hij dan toch maar vechten als een woest wijfie? Aan harentrekken heeft Boe een broertje dood, maar hé, in oorlogstijd is alles toegestaan. Met zijn grote handen trekt hij Bo helemaal kaal. Geen gezicht, een leeuwin met kale kop. De snorharen trekt Boe ook nog snel even uit. Dan laat Bo los, valt achterover en stikt vervolgens in de ballen van Boe. Beiden zijn verliezer. Boe bezwijkt uiteindelijk aan onmachtsvertoon. Zonder ballen door het leven, dat kan toch niet en hij gooit zichzelf in de rivier. Zwemmen kan hij niet.
De safaribus verdwijnt aan de horizon. Iedereen heeft genoeg gezien en gelezen. Snel huiswaarts richting plastic wereld met zijn eigen wetten, verraderlijk veilig.