03-11-2020

Over knubbels en buffels

Wanneer gaan we het nu eens hebben over knubbels en buffels? Ik ben helemaal flabbergasterd. Mijn kleine neefje heeft me compleet bij mijn neus. Ja, mijn neus is zijn favoriete grijpplek. Het wordt nu wel een heel vreemd verhaal. Maar ja. Het is ook niet voor niets een vreemde tijd. Lijdzaam trek ik zijn kleine handjes van mijn neus. Hij heeft nog net niet de elastiek te pakken waaraan mijn mond- en neuskap vastgeketend zit. Gelukkig is mijn neus net niet weggeschoten. Met dank aan mijn gigantische flaporen. Je zult van die kleintjes hebben zeg? Ik moet er niet aan denken. Elk nadeel heb zijn voordeel. Zei ooit een beroemde rokende filosoof op voetbalschoenen. Je bedoelt wanneer gaan we het nou eens hebben over knuffels en bubbels? Mijn kleine neefje kijkt me nu op zijn beurt compleet flabbergasterd aan. Of ik het heb horen donderen in de dorpskerk? Ik vraag me af waar dat kereltje zijn wijsheid vandaan heeft. Heeft hij zijn kleine grote flaporen misschien te luister gelegd aan de volwassentafel? Dat kan natuurlijk ook. Een echte wijsneus, net als zijn oom. Ha, ha. Maar wat bedoel je dan met knubbels en buffels? Knubbels! Boos kijkt het ventje naar zijn schoenen. Aha, ik snap hem. Knubbels in zijn veters. Strikdiploma is aan hem voorbij gegaan. Het kleine ADHDertje stuiterde te veel met zijn vingertjes. Kan geen kwaad. Niks mis met hulp vragen. Ik haal zijn knubbels er een voor een uit. Maar hoe zit het met de buffels? Buffels! Hij steekt zijn handen achter zijn kleine grote flaporen en buigt zijn hoofd diep. Sleept zijn linkervoet woest over de grond en kijkt me briezend aan terwijl hij ondertussen zijn hoofd weer opheft. O, hij wil naar de dierentuin? Ik voel nattigheid. Gelukkig regent het. Alsof hij mijn gedachten kan lezen rent hij naar de meterkast. Haalt er de zwarte plu uit en reikt hem mij aan. Heel vriendelijk ineens. Leg dan maar eens uit dat we in een bubbel zitten en dat een knuffel er nu ook even niet in zit. Althans voor de buffel. Mijn neefje snapt dat niet. Hij heeft juist dringend behoefte aan een buffelknuffel, van mij als knuffelbuffel natuurlijk. Ik zwijg. Een dikke traan rolt over mijn wang.