Hond, dankbaar onderwerp voor stukjes schrijven. Hond in de reclame vind ik te makkelijk. Dat is vlug scoren. Ik besluit meer verdieping te zoeken en kom terecht in een goed boek, een kynologisch woordenboek, een soort DSM-5 voor honden. Spontaan begin ik te blaffen. Ik zoek eerst mijn Kees op. Geen aardhond lees ik, hij is niet wild en zoekt al helemaal niet naar wild onder de grond. Kees aankijkgedrag is ook niet imponerend. Hij is veel meer een flegmaticus, traag en evenwichtig. Ik maak me soms wel zorgen over zijn absence-status, aberrant voor kezen. Hij vervalt dan van schrik in aërofagie. Zijn acuïteit daarentegen is erg scherp. En dan ben ik pas bij de A! Een superhond mijn Kees.