Diep gegrond fluistert de stilte vanachter een gesloten deur.
Wie twijfelt hier nu over beweging als in zwijgzaamheid het oranje flonkert?
Azuur licht op, dwars door twijfelend blauw.
Ik durf het niet. Twijfelen. Om niets.
Liever treed ik binnen, in grote luister.
Maar iets weerhoudt. Iets weerhoudt
Met het slot op slot. Toe. Gewoon dicht.
Een gouden greep biedt houvast.
Zij nestelt zich in mijn kruin.
En ik, ik hoor slechts tweetakt.
Wind fluit in mijn oren. Dwarrelt om mijn stam.
Een onstuimig spel der liefde woelt in mijn bonkend hart..
Complementair in blauw oranje. Vierkant lacht het spel me uit.
Het neemt me beet. Laat niet meer los.
Passie overwoekert zacht mijn dunne lijst.
Een schilderij gedrenkt in dun wazig streperig blauw schreeuwt om lucht.
Het wil ademen. Verdraagt geen klodders verf.
Acht scharnieren houden het recht. Opdat het doek niet omkiepert.
Vurige bladeren van geluk strelen het oppervlak.
Om terstond neer te vallen in een open boek.
Ik hang er maar stilletjes bij. Zilverachtig.
Met het slot op slot. Toe. Gewoon dicht.
Mien
Tekst geïnspireerd op fotowerk van Paul Bogaers