28-02-2017

Schrijfveren Februari 2017

Oefening in het schrijven van Schrijfveren. In maximaal 15 minuten tijd, associatief schrijven zonder correcties, naar aanleiding van een opgegeven titel. Met dank aan Hella Kuipers.
Hoe en wat? Zie: http://heldenreis.nl/schrijfveren
Oorsprong? Zie: http://judyreeveswriter.com/guidelines-for-writing-practice


Een miljoen kleine stukjes (03-02-2017)

Mario zweeft door het zwarte luchtruim. Hij test zijn nieuwe vleugels met een big smile. Nog nooit heeft hij zo lang de voeten van de grond gehad. Het contact met moeder Aarde is eindelijk losgelaten. Met de afstandsbediening probeert hij asteroïden stuk te schieten. Het zijn er veel. Er lijkt geen einde aan te komen. Zodra hij ze raakt versplinteren ze in duizenden kleine stukjes. Nog even zweven en hij heeft er duizend gehad. Hij is de tel bijna kwijt. Bij duizend wil ie ophouden en terugkeren in de startmodus.

Negenhonderdvierennegentig. Nog zes te gaan. Hij komt nu vingers te kort op zijn rechterhand en begint opnieuw met tellen van de vingers. De linkerhand kan hij niet gebruiken, daarin houdt hij de afstandsbediening vast. Daar komt alweer een nieuwe asteroïde voorbij. Hij heeft al honderdnegenennegentig keer de vingers van zijn rechterhand geteld. Dit wordt zijn laatste keer. Nog vijf vingers tellen en hij kan terugkeren. Een miljoen kleine stukjes astroïdepuin zullen dan door het luchtruim zweven en de aarde verduisteren. Midden op de dag. Niet op de hele aarde, maar de halve. Aan de andere kant is het dan nacht. Een totale duisternis zal dan de hele aarde bedekken. Lekker puh. Niemand die dan nog iets kan zien. Zien zonder licht te gebruiken. Het ideale moment om dan zijn nieuwste uitvinding te presenteren. Een lichtgat in de markt. De omzet zal gigantisch zijn, want iedereen zal zijn lichtgat willen kopen. Aan marketing hoeft hij niets te doen. Het lichtgat zal als een lopend vuurtje de hele aarde bestrijken. Een complete lichtexplosie.


Woordmateriaal (07-02-2017)

Dat ik ze telkens weer opnieuw vind is toch een godswonder, de woorden. Daar wil ik niet te veel bij nadenken. Stel dat ze niet meer bij me opkomen? In protest gaan, tegen veelvuldig misbruik. Daar zou ik het toch wel benauwd van krijgen. De lidwoorden, die nog langer weigeren lid te zijn. Of de werkwoorden, volledig uitgeput, wegens te lange werktijden. Voorzetsels en bijwoorden die na lang wikken en wegen nu een hoofdrol opeisen. Bezittelijke en bijvoeglijke naamwoorden die zich met fel protest losweken van hun zelfstandige vakbroeders. Ik moet er niet aan denken. In eender welke tijd, verleden, tegenwoordig of voltooid.

Ik kietel ze vandaag en geef ze wat extra aandacht. Bezin me op de juiste plaatsing en behandel ze geheel naar hun intrinsieke waarde. Ik neem ze mee naar buiten en geef ze wat lucht. Vinden ze fijn. Het voorjaar hangt al een beetje in de lucht. De vogeltjes fluiten. Het weer is eigenlijk al net zo in de war als de woorden, besef ik me nu. Het is amper februari en straks gaat het mogelijk vriezen. Snel maar weer naar binnen, voordat de woorden op vreemde gedachten komen.

Een kopje thee en een koekje hebben we wel verdiend. Ik en mijn woordenschat. Af en toe geef ik ze een vrij podium. Kunnen ze doen wat ze zelf willen. De vrijheid kunnen ze maar moeilijk aan. Totdat de hoofdwoorden loskomen van hun stam. Dan springen ze vrolijk in het rond en gaan de meest bizarre verbindingen met elkaar aan. Ze krijsen van plezier. More, more, more, roepen ze dan. En ik denk alleen maar, less, less, less. Hoe krijg ik dit spul, dit woordmateriaal weer in het gareel?


Hart en eenvoud (09-02-2017)

Mijn vinger bloedt. Mijn hart loopt leeg. Van schrik. As simple as that. Wie zou er niet van schrikken? Bij de eerste keer. De eerste keer dat het hart leegloopt door een onverwachte opening in de huid. Het lijf doorgeprikt of opengevallen. Het had ook een knie kunnen zijn. Bij mijn eerste knieval. Op de stoep. Niet voor een jonge deerne.

Het bloed druipt langzaam in cirkels omlaag. Vindt een weg over mijn pols en handpalm, drupt daarna op de grond. Ik houd mijn vinger omhoog. Maar de juf ziet mijn vraag en bloedende vinger niet. Of wil ze mij en hem niet zien? Ik begin hard te huilen. Misschien dat dat helpt. En ja hoor. Ik heb aandacht van de juf.

Ze ziet mijn bloedend hart en bloedende vinger en stelt me gerust. Hoe? Door zuurstof toe te dienen en een oranje EHBO-doos te voorschijn te toveren. Spannend. Terwijl ze een Mickey Mouse verband aanlegt word ik onderworpen aan een serieus vraaggesprek. Wat ik gedaan heb? Of het mijn eerste keer is? Waarom ik niet eerder aan de bel getrokken heb? Of het pijn doet? Twee open vragen en twee gesloten. De gesloten zijn het makkelijkst.

Mijn vinger gesneden aan een velletje papier. Ja. Er hangt geen bel in de klas. Nee. De juf schiet in de lach. Ze bedoelt waarom ik mijn vinger niet eerder heb opgestoken? Ik zie hoe de plas bloed op de grond begint in te dikken. Het lijkt wel aardbeienjam. Ik trek een vies gezicht. Die hoef ik voorlopig niet meer op mijn boterham.


Een lampenkap met franje (13-02-2017)

Een zwaar dressoir en dito tafel, eiken gefineerd. Perzisch kleed, met witgele touwtjes aan het eind. Echt. Maar niet uit Perzië. Keurmerk aan de onderkant. Een tv die flink wat ruimte inneemt. En niet alleen fysiek. Een klein mens kan zich erin verstoppen. Afstandsbediening, zo groot als een iPad. Op het dressoir, twee grote vazen, Romeins motief, van gips, zwart geschilderd. Aan de muur een drie eenheid, Jezus, Maria en Jozef, en profiel in oranjebruin blikkoper. Een glazen stolp op een driehoekig plankje, hoog in de hoek. Onder de stolp, Maria en kindje Jezus. Maria in blauwrode mantel, vroom, heel vroom kijkend, omlaag, neer op de grote tafel.

In de hoek van de kamer, staand op drie in elkaar geschoven kleine bijzettafeltjes, een te grote schemerlamp, bestaand uit een in strak doek gevouwen vaalgele lampenkap, afgezet met kleine franjes en een metalen standaard in koperkleur, met aan de voet, zittend op een rots, een kleine Griekse god, Hercules, leunend op een lange kromgebogen drietandvork.

Ik kijk naar de kleine bruine sleuteltjes, die half uit de deurtjes van het dressoir steken. Daar liggen ze. Achter een van de kleine deurtjes, in een oude ronde blikken trommel met bloemmotief. De Nutsen, die niemand lust, oud, taai, gedateerd, net als opa en oma. Maar ze zijn wel lief. Opa tenminste, zwijgend zittend in een grote fauteuil, met tevreden glimlach op zijn mond. Een mond die in de linkerhoek een Hofnar bolknak draagt. Hij geeft me een knipoog, met zijn goede oog. Zijn glazen oog tuurt kaal en koud de ruimte in. Een leven trekt voorbij.


Vreemde verlangens (15-02-2017)

Wie koestert ze niet, vreemde verlangens? Plassen in bad? Seks in bad? Plasseks in bad? Om een paar dwarsstraten te noemen. Levert hoe dan ook, veel kijkcijfers op. Als de camera tenminste aanstaat. Wat is vreemd? Ook al zoiets? Filmopnamen maken van plassen in bad? Seks in bad? Plasseks in bad? En blijft het dan bij verlangens? Of voeren we ze ook nog uit? Plassen in bad. Seks in bad. Plasseks in bad. Het houdt ook nooit op. De waanzin. Want daar bestaan onze verlangens vaak uit. Alleen de dapperen onder ons voeren de daad ook bij het woord. Een verlangen bestaat immers uit woorden nietwaar? Hoewel, met een onderbuik kun je natuurlijk ook heel wat in beweging brengen. Onderbuikverlangens. Geen woorden maar daden, zeggen ze dan in Rotterdam. Een vrouw met ballen die dat verlangen dan in daden omzet. En dan speel je niet met haar voeten noch ballen, want voetballen dat kunnen ze in Rotterdam. Kick his ass! Placht men dan te zeggen. En dat is precies wat ze had moeten doen. Toen de camera draaide. Of was het een selfie? En handelde ze met voorbedachte rade en nam ze de stick zelf ter hand? We zullen het nooit weten, lieve lezers. En dat hoeft ook niet. Want respect voor een grand dame die zo uit de kast komt. Vreemde verlangens misschien. Waarom ook niet? En waarom koesteren? Nee, gewoon uitvoeren. Maar dan wel met een volgende keer de camera …


Een afwerende glimlach (19-02-2017)

De grote vleermuis keert zijn wang naar de belager. 'De andere!', sist de groene vrouw. Braaf keert de vleermuis zijn andere wang. Kedeng! Een flinke klap van een rechtse vlakke hand volgt. 'Nu ben jij!'. Met een flinke uithaal slaat de vleermuis de groen vrouw op haar rechterwang. Drie rode krassen laat hij achter. Heel langzaam beginnen de krassen te bloeden. Steeds heviger. Het worden flinke bloedstromen. De groene vrouw gilt het uit. 'Je hebt je nagels gebruikt smeerlap. Dat is niet eerlijk. Je zult boeten.

Wat er dan gebeurt is moeilijk in een paar minuten uit te leggen. Uit het niets tovert de groene dame een grote flacon met vreemd spul. Het stinkt vreselijke en heeft een vreemd kleurtje. Drie keer duwt ze op het knopje van de flacon. Een geest verschijnt. Met enorme neusgaten. Uit die neusgaten drijft een vreselijke stank. Gloeiend heet en groen. Giftig, zeer giftig. In beide opzichten. Giftig van kracht en giftig van dosering. De grote vleermuis valt neer. De groene dame klimt op de vleermuis en trekt haar weinige kleren uit. Niet dat het wat uitmaakt, want haar blote lijf is ook groen. Gifgroen. Ze heeft het gewoon heet gekregen. Van opwinding.

De vleermuis ontwaakt. Net op tijd. Voor het moment suprême. 'Dit gaat niet gebeuren, jongedame!' Hij smijt de dame van zich af, richt zich op, en met een flauw afwerend glimlachje straalt hij door de lucht, zijn antenne scherp afgesteld, op weg naar jong bloed, minder giftig.


Het mooiste meisje van de streek (21-02-2017)

Lolita heette ze. Lolita Bronchita. Vernoemd naar de hoofdpersoon in de gelijknamige klassieker van Nabokov. Lolita kwam uit Drente en hoestte altijd dat het een lieve lust was. Het jaargetijde maakte niet uit. Ze hoestte het hele jaar door. Chronisch. Erg lastig. Want daardoor kon ze nooit een vriendje vinden. Voor langere tijd. En het was zo'n mooie meid. Het mooiste meisje van de streek. Het stemde haar heel droevig. Altijd maar zo'n snotkop. Had ze weer eens een leuke jongen aan de haak geslagen, liep die altijd na een paar dagen weer weg. De jongens hielden best van nattigheid maar zelfs in Drente stelden die ook hun grenzen.

Lolita begreep het enerzijds wel. Anderzijds durfde ze niet verder te denken. Hoe moest het verder in de toekomst? Ze was inmiddels achter in de dertig en haar schoot begon langzaam moeilijk te doen. Haar hormonen hadden intussen de wekker gezet. Kortom. Werk aan de winkel. Maar al de stress van het vinden van antwoorden, nog voor het vinden van een serieuze vriend, maakte het mooiste meisje van de streek behoorlijk van streek. Er was geen tijd meer te verliezen. Lolita Bronchita besloot haar laatste redmiddel in de strijd te gooien. Een flinke bijl. Een aks van een bijl. Nooit, nee nooit, zou zij die erbij neergooien. Waarbij? Bij haar verdriet natuurlijk. Haar onophoudelijk verdriet, van niet te houden liefde. Maar ze gaf niet op. Lolita Bronchita. Nooit. In de toekomst zou ze lang en gelukkig leven. Zeker weten.


Mooi ingelijst (23-02-2017)

Fotohoekjes, Pritt, Velpon, Bisonkit, ik heb alles uit de la getrokken. In die volgorde ga ik ook proberen het mooiste portret van de straat te lijmen. Maar eerst heb ik de schaar nodig. Ik wil deze lieve gast en profile en zonder achtergrondvervuiling portretteren. Bij fotohoekjes hoort dan even uitleg. Het zijn eigenlijk geen fotohoekjes in de juiste zin van het woord. Foto's worden namelijk niet meer ingeplakt maar ingeladen. In een digitaal fotoboek.

Kent u ze nog? Die fotohoekjes die je van de rol moest trekken uit een kartonnen doosje. Waarvan telkens het lint brak of oppropte, vastplakte in het doosje. Grote gruwel. Fotohoekjes met een doorzichtig plastic driehoekje op een kartonnetje waar je dan, op hoop van zegen, in een keer een hoek van de foto in kon schuiven. De foto in het vierde hoekje schuiven was dan het meest lastig. En ja hoor. Dan bleek ook nog eens dat je de verkeerde foto had geselecteerd. Nou, probeer dan maar eens de foto weer kreukloos uit de vier fotohoekjes te peuteren. Lastig.

Nee, ik doel op de dubbelzijdig klevende fotohoekjes, rechthoekig. Die zijn wel handig. Behalve als ze aan de vingers blijven plakken. Ook oppassen geblazen dat je de foto niet scheef op de pagina van het fotoboek plakt. Zo'n fotoboek met rugring. Als je te hard trekt, trek je de hele pagina los. Heel vervelend.

Nou die fotohoekjes bedoel ik dus. En waarom dan de Pritt, Velpon en Bisonkit? Heel simpel. De lijmlaag van de meeste fotohoekjes kan nog wel eens van inferieure kwaliteit zijn. Helpt Pritt niet, dan gaan we over op de Velpon. En ja, als die zelfs niet voldoende plakt dan is er altijd nog Bisonkit. De professionele, uiteraard.

Zo die hangt. Prins Carnaval Rini d'n Irste. Maar mijn portret heeft grijze haren, zie ik nu. Dat kan toch niet? Of nee, nee, het is de Bisonkit die drupt. Shit. En nu plakken mijn vingers ook nog eens aan elkaar. Dat wordt weer kauwen. Met precisie.