21-01-2015

Knakworst, frites en mayonaise

Hete zonnestralen zinderen door de lome lucht en branden op mijn blote rug. Ik durf de zon niet aan te kijken. Bang dat hij verblindt richt ik mijn blik naar beneden. Ik zie overal voeten om me heen. Af en toe schuiven ze een klein stukje naar voren. Wat in de voeten staat schuift mee. Het zijn blote lijven. Ze proberen mij te pletten. Ik geef niet toe.

De lijven waar ik tussen sta ruiken naar zout en zonnebrandcrème. De geur vermengt zich in mijn neus, samen met de geur van hars die uit de dennenbomen waait. Heel eventjes knijp ik in mijn hand en voel of de muntjes er nog inzitten. Ze gloeien en ik hevel ze voorzichtig over in mijn andere hand. Ze mogen niet vallen. Mijn timing is perfect. Zodra ik de muntjes heb overgeheveld wurmt een man, een kartonnen doos boven zijn hoofd dragend, zich los uit de vleesmassa. Het gat dat ontstaat wordt meteen ingenomen. Ik probeer het nog te voorkomen door mijn borst en armen breed te maken. Maar ik ben te klein. Ik zal nog even moeten wachten.

Intussen vangt mijn neus de heerlijke geur die ontsnapt uit de kartonnen doos. Het ruikt naar knakworst, frites en warme mayonaise. Het water loopt me in de mond. De vleesmassa voor me wijkt heel even en ik spring er snel tussenin. Het is now or never. Ik schiet door en bots bijna met mijn gezicht tegen de toonbank van de friteskraam. Plots word ik door iemand opgetild. “Hier, help deze kleine maar eerst, volgens mij heeft ie honger!” Om mij heen wordt hard gelachen. Even later sta ik met een knakworst en een klein frietje in mijn handen, glunderend in de zon, de mayonaise druipend over de vingers. Hoe gelukkig kan een klein mensje zijn?

Geschreven n.a.v. 5e schrijfopdracht op ColumnX (januari 2015), van professioneel schrijfcoach Hella Kuipers (http://heldenreis.nl):
De opdracht voor januari 2015 is een vrolijke:
-Beschrijf in maximaal 300 woorden een vrolijke, gelukkige gebeurtenis uit jouw leven. We dagen deze maand uit tot 'mooischrijverij', dus wees vooral kwistig met de bijvoeglijk naamwoorden en bijwoorden.
-Deze opdracht is een tweeledige. In februari volgt deel twee.