30-12-2010

Schrijftechnisch

Wat een afschuwelijk woord. De bedenker van dit woord heeft bij taalkundig wellicht een belletje horen rinkelen en gedacht, dat kan ik beter. Dan krijg je zo iets lelijks als schrijftechnisch. Op mijn laptop wordt dit woord door mijn tekstverwerker steevast rood onderlijnd. Ja, ja, een rode lijn met een ferme consequente krul. Zelfs mijn tekstverwerker steekt er de draak mee. Negeren denk ik dan. Alles negeren en never nooit niet toevoegen aan mijn woordenlijst.

Gelukkig is schrijftechnisch nog niet ingedaald in het Daalse Dikkertje. Stel je eens voor, dat na schrijftaal ineens het woord schrijftechnisch opdoemt. Om de verdoemenis niet. Dat gaat niet gebeuren. Daaltaal staat dat niet toe. En terecht. Brengt mij meteen bij schrijftaal. Ook al zo’n maf woord. Het geschreven woord zie ik alleen maar in tekstballonnetjes verschijnen, boven zielen die niet zeggen wat ze bedoelen. Meestal kijken ze heel beteuterd als ik hen daar op aanspreek. Alsof ik met een naald door hun luchtballonnetje prik. Mijn Aha-erlebnis verwordt dan plotseling tot hun Hoho-erlebnis. Hun schrijftaal glijdt dan meestal af van spreek- naar schreeuwtaal. Vloeken heet dat.

Schrijftechniek vind ik dan wel weer een geschikt woord. Ik word soms zelfs lyrisch als ik zie hoe sommige lieden hun schrijfmiddelen hanteren. Of dat nou is met Oost-Indische inkt, ganzenveren, potloden, pennen, ballpoints, krijt of toetsenbord, het maakt me al niet uit. Zolang de techniek maar uitmondt in schoonschrift, pas de problème. Zodra de teksten geschreven of gedrukt staan zie ik echt niet meer met welke techniek ze tot stand zijn gekomen. Uitzondering hierop vormt de kalligrafie. Niet te verwarren met palligrafie. Knap hoe de Chinezen deze kunst bedrijven. Maar allez, dat mag je ook verwachten van een volk dat doordrenkt is met de leer van Confucius. Ik moet hierbij wel onmiddellijk toegeven dat ik ook af en toe confuus wordt van al die gekrulde letters.

Schrijftechniek veronderstelt ook het bestaan van schrijftactiek. Slinks schrijven noem ik dat. Hoewel schrijvers van rechts kunnen er ook wat van hoor. Het geschrevene kan je soms behoorlijk op het verkeerde pad brengen. Experts in het schrijven van tussendoorregels zijn ons allen bekend. Ze drijven de burger vaak tot waanzin. De schrijftactici vinden vooral emplooi in de rechtspraak, het notariaat, de ambtenarij en het geldwezen. Daar is het tussen de regels door schrijven en lezen tot een rechtse hobby verheven. Sommigen weten het ook goed te oreren. Luchtschrijven in kleine lettertjes heet dat.

Ergo error. So what. Een paar foutjes op de pagina is heel normaal in het internettijdperk van vandaag. Ik zou zeggen, lig er niet al te veel van wakker. Want laten we even erelijk zijn. Qua schrijftechniek behoort erelijk eerlijk te zijn. In het multimediale minimale interfacetijdperk worden ook de foute kleine lettertjes voor lief genomen. Zowel de palli- als de kalligrafen onder ons zullen dit naar eer en geweten beamen. Voor kleine lettertjes biedt een beamer dan wel weer soelaas. Beam me up Scotty onderschrijft in spreektaal eens te meer dat schrijftechnisch never nooit van deze wereld kan zijn.

Mien ferme taal