06-09-2014

Kans op regen

Morgen wisselend bewolkt en ‘s middags enkele buien. Jas aan en regenpak in de fietstas. Vannacht en komende nacht zijn er naast wolkenvelden ook enkele opklaringen. Die wil ik voor geen goud missen, eventjes de wekker zetten. Vannacht kunnen, vooral in het oosten, opnieuw nevel en mistbanken ontstaan. Mist in het oosten, maar da’s toch geen nieuws? De minimumtemperatuur ligt rond 14 graden. Niet te koud voor een hond om in die temperatuur te lopen, mooi. Er staat een matige, later zwakke westelijke wind. Ik zie hem in de middag kruipen, ziek en misselijk.

Grote kans (ca. 70 %) op aanhouden van het rustige weertype met nu en dan zon. Dat wordt weer een lastige timing, waar tussen nu en dan kan ik het beste vertrekken? Slechts af en toe een bui. Positief labelen, beter dan de hele tijd, toch? En temperaturen die rond de normale waarden voor de tijd van het jaar liggen. In dat geval zal ik het zelf eens wat spannender maken, ik trek vandaag in plaats van kleren hoge koorts aan.

Morgen overdag is het wisselend bewolkt en in de middag kunnen er enkele buien voorkomen. Ik laat het kans berekenen even los, boeien. De maximumtemperatuur ligt rond de 21 graden. Daar zullen ze in Ell en Blaricum blij mee zijn. De wind is zwak tot matig, eerst uit een westelijke, in de middag uit een noordwestelijke richting. Alle schepen zetten de zeilen bij, zelfs de schoener van Berend Botje.

Kans op mist en nevel. Als die twee toch eens aanwezig konden zijn bij Beelden aan Zee, dat zou prachtig zijn. De rest van de avond wisselen wolken en opklaringen elkaar af. Dat kunnen we aan het eind van de avond zeker gebruiken, een opklaring, wat zeg ik eentje, doe maar gelijk een hele fles. Lokaal valt er een bui. Ach, zolang we er niet over struikelen, niets mis mee.

Met weinig wind is er kans op mist en nevel. Daar heb je dat maffe duo weer, je komt ze overal tegen, mist en nevel. Alsof ze getweeën een actualiteitenprogramma voorzitten. Het koelt af tot 13 graden. Dan halen we de hond voor de zekerheid toch maar binnen. Morgen begint de dag op veel plaatsen grijs met plaatselijk een bui. Nee hè, niet weer, ik ben toch langzamerhand toe aan een beetje rozerood, oranje-mauve mag ook. In de loop van de dag breekt, van het noorden en westen uit, steeds vaker de zon door. Het zuiden en oosten kloppen wederom op hun kin.

Met 19 graden en een matige noordwestenwind is het minder warm. Nou, nou, dat is wel een relatief begrip, minder warm, ooit in het zuiden of oosten geweest? Volgende week ligt het kwik in de middag ook rond de normale waarde van 19 graden. Dat wordt spontaan op de rug liggen, naast elkaar aan het Noordzeestrand. Verder is het vaak droog en schijnt de zon geregeld. Die geven we dan maar op tijd wat te drinken.

Het blijft een rare gewaarwording. Mijn buienradar praat vrijwel nooit terug. Hij vult meestal in en het enige dat ik kan doen is volgen. En dat terwijl ik hem eigenlijk zoveel te vertellen heb, mijn steun en toeverlaat. Verslaafd aan zijn meldingen, wacht ik op een nieuw bericht. Wat zal het worden, zon, regen, mist of nevel? Ik val in een comateuze slaap. Als ik laat in de ochtend wakker word, staat Armand Pien naast mijn bed. Hij leest me het laatste nieuws voor. Deze morgen eet ik slaghagel en regenkaas. Uiteraard van Venz.

Bron: KNMI

Co-column geschreven samen met het KNMI en buienradar.