06-01-2014

Ontmanteling der liefde

Uiterst voorzichtig trek ik hem naar beneden en leg hem zo zacht mogelijk op de grond. Daar ligt ie dan, met uitgestrekte ledematen op een wollen deken, op de eikenhouten vloer. Wat is zijn haar toch dun geworden? Ik besef nu pas hoe groot het aantal kale plekken is toegenomen. Het afscheid nemen valt me best moeilijk en ik stel het zo lang mogelijk uit. Ik mag eigenlijk niet klagen, want in zijn toestand heeft ie het nog lang volgehouden. Zonder water, zonder brood. Hij luste niets meer. Maar wat zeur ik nu. Ik loop een paar rondjes om hem heen en sleep hem aan zijn voet een stukje door de kamer richting deur. Ondertussen denk ik aan de goede tijd die ik met hem heb gehad.

Ik denk aan het licht en de glitter die hij in mijn leven bracht. De warmte die hij gaf. Onvoorwaardelijk aan iedereen die toenadering zocht. Hij maakte voor niemand een uitzondering en toonde zijn uiterlijke en innerlijke pracht. Maar slechts alleen aan diegenen die het wilden zien. Dag en nacht. Een prater was het niet. Onbeweeglijk en met een starende blik nam hij telkens het bezoek in zich op. Dat was ook meteen zijn charme. Zonder al te veel toeters en bellen palmde hij iedereen in. Maar nu, nu is hij dood. Zijn rigor mortis bezorgt mij kippenvel. Het is ook allemaal zo snel gegaan.

Ik kan het amper geloven. Een kleine maand is hij onder ons geweest. Hij kreeg de beste plek die hij maar wensen kon. Vlak voor het raam, met uitzicht op straat. Met veel toeters en bellen hebben we hem binnengehaald. In onderling overleg uiteraard. Iedereen moest zijn zegen geven over zijn opname in ons huis. Daarna hebben we hem meteen goed aangekleed. Koud en klam voelde hij aan. In aanvang reageerde hij wat weerbarstig, maar al gauw voelde hij zich thuis. Bewierookt werd hij en bezongen en overladen met chocola. Behangen met de mooiste juwelen. Zoveel hielden we van hem. Met cadeautjes werd hij onderladen. Wat knapte hij daarvan op. Maar niet voor lang. Helaas.

Na drie weken liet hij steekjes vallen. Op zich niet zo heel erg, want hij had er toch genoeg. Steken en streken. Plagerig streek ie iedere ochtend langs mijn benen zodra ik de gordijnen opende. Hij genoot van alle aandacht en van het licht. Uiteindelijk bezweek ie aan een ouderdomskwaal. Hij bezweek aan zijn veel te grote ballen. Eentje hebben we er kunnen redden. Maar het was voor ons een teken aan de wand. Meteen volgde familieoverleg en besloten we onmiddellijk over te gaan tot vrijwillige euthanasie.

Een dementerende fase heeft hij gelukkig niet gekend. Het ging allemaal enorm snel. Zijn groene levenslust ging snel over in gele dorheid. Met een grote mantel der liefde hebben we hem ontmanteld. Ontdaan van al de ballast die hij nog in en aan zijn lijf en leden droeg. Morgen wordt ie opgehaald. Ik doe de deur open en zet hem naast de groenbak. Koud en klam en zonder wortel. Hij krijgt van mij een laatste groet, een warme knuffel en ik bedank hem voor zijn vriendschap en gezelligheid. Vaarwel mijn groene vriend.