20-12-2024

Kerst met Bison Kit

Het bos is sneeuwwit en toch voelt het grijs aan. Het begint al donker te worden en ik ben volledig de weg kwijt. Bomen kijken me droevig aan. Alsof ze vermoeden wat me te wachten staat. Zij hebben makkelijk praten. Ze staan altijd op dezelfde plek. Dwalingen kennen zij niet of amper. Hooguit in hun kruin. Het begint keihard te sneeuwen. Ik zing kerstliedjes om mezelf wat moed in te spreken. Het geeft warmte en lucht en brengt me terug in herinnering. Marshmallows plakken aan mijn gehemelte, knapperend vuur ruikt zoet. Het smaakt naar thuis en vrede.

Al dagenlang dwaal ik door dit verrekte grote bos. Nog nooit ervaren, zo’n oneindig groot oerwoud wit. En ik doe dit werk al lang, eeuwenlang. Ik vrees nu echt dat ik te laat ga komen. Mijn rendieren hebben er ook behoorlijk last van. Voor het eerst kerststress, daar voelt niet vertrouwd. Ik ben ook geen Sinterklaas, deadlines zijn mij onbekend. Ik spoor Rudolf nog maar eens aan.

Het is pikkedonker geworden. Alleen de sneeuw geeft nog wat licht. Ik heb er geen goed gevoel bij. De sneeuw blijft vallen en hoopt langzaam op. Heel even loop ik naast Rudolf mee. Het lijkt of ik met mijn rode laarzen op watten loop. Plots begint de grond onder mijn voeten te zweven. Ik zie de rendieren ook wankelen. We worden opgetild, met grond en al, en zweven met een rotgang door het bos. Takken zwiepen hard in mijn gezicht. Doodeng. Ze proberen mij van de zwevende grond te slaan. Enkele rendieren verliezen het evenwicht en vallen. Wolven met hun bek vol tanden en tong vol schuim wachten beneden. Ik zie hoe ze verscheurd worden. Poten, staarten, vliegen door de lucht. Groot is hun honger en woede.

Wolven? Maar waar zijn we dan in hemelsnaam? We vliegen zo verschrikkelijk hard. Siberië, Canada? In ieder geval het hoge Noorden. Het bos wisselt in rotsstranden en zee. In de verte doemen een paar reusachtige bomen op ... en het vreemde is ... ze hebben allemaal vier takken. Nog nooit zulke hoge bomen gezien. De takken draaien rond en maken een vreemd zoemend, zuigend geluid. In mijn beleving worden ze ook steeds groter, de takken en de bomen. Vooraan op de grond ontstaat paniek. De takken slaan als bezetenen wild in het rond … en ... nee ... nee ... de rest van mijn rendieren wordt compleet weggemaaid, doormidden gehakt.


Het bloed spat om mijn oren en in mijn ogen. Ik zie niets meer. Voel ook een klap van de molen. In kleine stukken vlieg ik door de wind. Met de handen, die gelukkig nog aan mijn armen zitten, vang ik mezelf in de lucht bij elkaar en grijp naar mijn tube Bison Kit. Die draag ik voor noodgevallen altijd bij me en komt nu goed van pas. Ik lijm alle lichaamsdelen vliegensvlug aan elkaar. Mijn hoofd houd ik enkele minuten stevig vast,  want die droogt het langst.

Ik kan nog maar aan een ding denken. Hoe kom ik thuis? Bij mezelf en bij de mensen. Gelukkig is de redding nabij. Een grote adelaar grijpt me in de nek, vliegt met flinke slagen richting Nederland en dropt me in de eerste de beste schoorsteen. Net op tijd. Ik voel me weer thuis. Eerst maar even douchen en tot zinnen komen. Het bloed druipt nog van mijn lijf. De Bison Kit is uitgehard. Daarna ga ik snel op pad met alle cadeaus, helaas zonder mijn gevolg. De nacht blijkt veel te kort. 
 
 
Gepubliceerd op Schrijven Online op 20 december 2024 (schrijfopdracht: Aan de haard)

16-12-2024

Vier verhandelingen over stabilisatie

Stabilisatie (1) Top 2000

Ik begeef me halverwege een top 2000. De weg naar de top is nog hoog en lang. Een flinke berg om te nemen. Politiek gekleurd dat ook. Dat komt door het land waarin ik mij begeef. Hoeveel toppen ik al beklommen heb zijn niet op een hand te tellen. Hoeveel top 2000 bergen er überhaupt zijn, om wereldwijd te beklimmen, geen idee. De echte uitdaging blijft de top 8000. Vier keer top 2000, vijftien bergen, meer niet. Stabilisatie in getal. Hier de namen: Mount Everest, K2, Kangchenjunga, Lhotse, Makalu, Lhotse Shar, Cho Oyu, Dhaulagiri, Manaslu, Nanga Parbat, Annapurna I, Gasherbrum I, Broad Peak, Gasherbrum II, Shisha Pangma. Hier de landen: Nepal(9), Tibet(5), China(5), Pakistan(5), India(1). Hier de gebergtes: Himalaya(11), Karakoram(4).
 
 
Stabilisatie (2) Gespierde taal
 
Ik zou nu heel hard kunnen vloeken, maar doe het niet. Ongeduldig van aard lossen de problemen maar traag op. Fysiek welteverstaan, geestelijk kan het wel wat lijden. Een gevoelig plekje is en blijft het, mijn achillespees. Pezen doet achilles al even niet meer. Hij sukkelt wat onder aan mijn been. Ik ga het toch maar even doen hoor. So de ju. Te braaf. Mozes kriebel. Oeps, daar zit laster in. Jemennee. Te politiek. Potverdriedorie dan maar. Ach gut kan ook nog door de beugel. Maar eigenlijk zeg ik gewoon het liefste kut. Want zo voelt het gewoon. Kut, kut, kut. Zo dan. Is dat gespierde taal of niet? Ik sta meteen ook wat stabieler in mijn schoenen merk ik. 


Stabilisatie (3) Volhouden

Volhouden. Wie heeft dat nooit horen zeggen? Gelukkig, niemand steekt een vinger op. Ik leg het containerbegrip even in haar en zijn en hem volledigheid uit. Om vol te kunnen houden dient men eerst het woord vol in zijn volheid te begrijpen. Daar gaan pakweg 40 jaar over heen. Net als met kaas. Het begrip moet rijpen. Maar dan komt het moeilijkste deel.
Houden. Van volhouden het zwaarste deel. Het begint met houden van. Sterker nog. Alles begint met houden van. Om te beginnen met jezelf. Zonder houden van jezelf kun je niet van iets anders of van iemand anders houden. Toch? Volhouden is dan weer een categorie van hogere klasse. Daarna volgt nog iemand volhouden. Kortom voor vol aanhouden.


Stabilisatie (4) Oorlog in hoofd en bloedvaten

Oorlog in het hoofd en bloedvaten. Je kunt er pillen voor nemen. Die zorgen dan heel even voor vrede. Een soort wapenstilstand. Maar niet voor lang. Dan wordt de oorlog weer gevoerd met bommetjes en granaten. Overal liggen ze op de loer. Je kunt nog zoveel water en cash in huis halen. Niets helpt beter dan pilletjes.

Ja, je kunt ook thuisblijven, niet meer meedoen en alles als een film aan je voorbij laten gaan. Op goede dagen in kleur, maar de meeste in zwart wit. Zelfbevrediging en wat blowen geeft dan verlichting. Op de socials volg je nieuwsgierig het echte leven. Je droomt jezelf een fatbike en een schoonmaakmeisje, Prima. Zolang je maar geen kerstboom hoeft op te zetten ... met jezelf.
 
 
Gepubliceerd op 120W en Web Tales tussen 16 en 20 december 2024
Gepubliceerd op pomgedichten  op 21 december (delen 1 en 4)
 
 
https://www.pomgedichten.nl/index.php/2024/12/21/wie-wint-de-enige-echte-virtuele-zo-kunnen-we-nog-wel-een-tijdje-doorgaan-trofee-op-pomgedichten-inclusief-uw-kerstwensen/

16-11-2024

Zes verhandelingen over preutsheid

Preuts (1) ... op het strand

Twee spillebenen op het strand. Is er iemand die kijkt? Alle ogen gericht op wat? Te verwaarlozen denkt de schrijver. Niets is minder waar. Wat hij draagt kan niemand raden. Mag ook niemand zien. Het is zo groot. Men zou er zowaar van in paniek kunnen raken. Bij de aanblik. Nog nooit vertoond, zo groot en lelijk. Opgeblazen in het hoofd van de drager.

De onhandigheid van het behelpen gaat van kwaad tot erger. Onderbroekenlol is het station al lang gepasseerd. En dan brandt die zon ook nog eens zo vleselijk. Hij hoort de stralen haast sissen op zijn huid. IJsjes smelten in de handen van de spotters. En dan glijdt de handdoek in het zand. Pieliewielie in zijn hand.


Preuts (2) ... op de schaal van Richter

Preuts op de schaal van Richter. Ik richt me op van de krant. Dit is interessant. Alsof preutsheid gradaties kent. Welke dan? En hoe ziet die schaal er eigenlijk uit? Ik lees verder en val van de ene verbazing in de andere. Toch geen fake nieuws? 

Tegenwoordig weet je het niet meer. Moet je meerdere bronnen raadplegen. Links, rechts en ergens in het midden. Een beetje AI erbij en een beetje Maggi et voilà, de waarheid bijna binnen bereik. De zoete saus van waarheid. Alsof die zo belangrijk is? Waarom niet genoegen nemen met fake, fantasie 2.0. 

Ik ben niet preuts. En zeker niet op de schaal van Richter. Ik ben juist botergeil. Roombotergeil. Geen margarine voor mij. Echt niet.


Preuts (3) ... het nieuwe zijn

Preuts is het nieuwe zijn. Het bedekken van alles dat bloot is. We bouwen muren en kleding om ons heen. Zien wordt het zwijgen opgelegd. We horen te luisteren naar wegstopgedrag. Eigenlijk, diep beschouwd legt iedereen zichzelf een boerka op. Mannen dansen in hun rokken en de vrouwen gaan naar de pijpen. De wereld in shock.

Nou ja … de wereld … er zijn wel meerdere werelden op aarde. Gelukkig maar. Zeker in het licht van balansdagen. Minder eten, meer seks, meer beweging, lief zijn tegen elkaar. Maar onder onze kleren dragen we wel een stevige bra en op het strand geen billen en borsten meer bloot. We zijn als de dood voor ons blote lijf. Zelfs onderbroekenlol is uit den boze.

 

Preuts (4) ... van den beginne

Preuts van den beginne word ik geboren. Poedelnaakt. Mijn piemel en ballen zullen de rest van mijn leven nooit meer zo groot zijn in verhouding tot de rest van mijn lijf. Ik word onmiddellijk warm ingepakt door een lieve kraamhulp met blauwe ogen. En niet alleen vanwege mijn blootheid en geslachtsgrootte, maar ook vanwege de temperatuur.

De vraag is alleen, wie wie nu eigenlijk inpakt? Zij mij of ik haar? Zo schattig en mooi geschapen als ik ben, houd ik het op het laatste.

Hoe ik weet dat ze blauwe ogen heeft? Ben haar later nog eens tegen gekomen. En hoe? Weliswaar vijfentwintig jaar later, maar hee, op een oude fiets moet je het leren, nietwaar? Spiernaakt, iets minder preuts.


Preuts (5) ... etymologisch uitgeput

Preuts etymologisch uitgeput vanaf 1100 tot op heden. In brede zin alfabetisch gerangschikt in honderdvierenzestig woorden. Nederlandstalige woorden, met losse kruisverbanden en schijnbare tegenstellingen. Oud taalgebruik met vaak de oorsprong in het Frans ende of Latijn.

Achtbaar, bats, bedeesd, behaagziek, bescheiden, betamelijk, billijk, braaf, brooddronken, calvinistisch, dauwelijk, degelijk, deugdzaam, discreet, eerzaam, fatsoenlijk, fier, flink, geheimzinnig, gereserveerd, hovaardig, huichelachtig zedig, hygiënisch, ingebeeld, ingetogen, jannig, kalm, keurig, kies, koel, koket, lebbig, lichtzinnig, luimig, maagdelijk, manierlijk, matig, minaudier, modepop, modest, moedig, mijdel, nederig, nesterig, nestig, net, neuswijs meisje, nuf, onschuldig, oorbaar, oorsedig, oorskraam, orgueilleusement, overmoedig, preutelen, preutsch, preutziek, preux, proper, prude, pruesch, pruesschelick, prut, pruytsch, pudiek, puur, rechtschapen, rein, schaamachtig, schijnzedig, snar, struis, temerair, trots, trouw, tuttebel, vermetel, verwaand, verwaten, Victoriaans, ijdeltuit, zedig.


Preuts (6) ... in politiek

Na grondig onderzoek naar de alomvattendheid van het woord preuts, kom ik tot nieuwe inzichten. Waaronder nieuw inzicht in politiek. Nooit gedacht, nooit vermoed, dat politiek preuts kan zijn. Zo ook in ons huidige politieke klimaat.

In eerste opzicht zal men niet tot dit inzicht komen. Maar wat loert er achter de gordijnen, wat zit te beven op het pluche? Angst, voorzichtigheid, vertaald in preutsheid en eindeloos geouwehoer, draaien rond de pot; het onmogelijke volbrengen, met een overtuiging die grenst aan narrengedrag.

Ik spreek hier van ijdelheid in meest hardnekkige vorm; preuts het (ver)ongelijk niet erkennen. Liever sterven dan toegeven. De voorzichtigheid is de dood voor het geloof in democratie en vooruitgang. Stop het navelstaren en po(pu)lariseren. Stop de preutsheid. 

 

Geschreven en gepubliceerd op 120W tussen 11 en 16 november 2024  
Gepubliceerd op Web Tales tussen 14 en 17 november 2024 (Spotlight voor 4 t/m 6) 
Gepubliceerd op pomgedichten  19 november 2024

09-10-2024

Hoekig temperament

Hoekig temperament kent vele keerzijden maar zal nooit circulair worden. Daar zijn wetenschappers en kunstenaars het samen over eens. Opposites attrack. Kubiek is het synoniem dat beide beroepsgroepen aanhangen. Er is zelfs een kunststroming uit voortgevloeid. Het kubisme, met als trouwste aanhanger en ontdekker Pablo Picasso, een sanguïnist in hart en nieren. Zijn bloed stroomt overal waar het gaan kan, maar bovenal naar zijn wormvormig aanhangsel, dat dan van opwinding proportioneel groeit binnenin zijn model.
Zet daartegenover de kubus van flegmaticus Ernő Rubik en de rust zelf keert weder. Luststorm gedempt met vierkant cirkels draaien naar een kleurrijk hoogtepunt. Bij beide heren is de climax zaligmakend. Daar draait niemand omheen. Bij Pablo cholerisch en gepassioneerd. Bij Ernő nerveus en apathisch.
 
 

08-10-2024

Finish in Montmartre

Mathieu glijdt uit op de kasseien. Die schrikken enorm van het lelijke hoofd en stuiteren keihard naar beneden. Zo luidruchtig dat het de doden wekt op het Cimetière de Montmartre. Truffaut, Heine, Stendhal, Berlioz, Gall, Dalida, Degas, Fragonard en Foucault, staan ineens allemaal rechtop in hun graf. Gelukkig zet Potet, die vooraan op het kerkhof ligt, op tijd zijn esoterische gave in. Het brengt de doden tot rust. Dat is niet gezegd van de bezoekers van het kerkhof. Die schrikken zich een hoedje. Wat er koddig uitziet, op een doorgaans saai en grijs kerkhof. Dalida biedt nog wat troost en zingt spontaan: 'Paroles, paroles'. Maar ik dwaal af. Zoals zo vaak op kerkhoven.
 
Aldus legt Mathieu vlak voor de finish het loodje. Zo jammer. Hij wil deze unieke race graag op zijn palmares schrijven. Maar deze blijft voor eeuwig kleven aan zijn opa Poelid'or. Amusant nog om te vertellen. Mathieu's neergang na de afgang gaat via Place du Tertre (Place de Têtes voor insiders), alwaar fake schilders toeristen opwachten op karikaturale wijze. Lelijk als de nacht worden deze aldaar geportretteerd en financieel getild; met overdreven dikke kin en dito neus in vette houtskoolstrepen. Vervolgens wordt conform etiquette, braaf gelachen en gekucht. Fantastisch, geweldig, hoe barok het vertoon! Alleen witte (poeder)neuzen en roze wangetjes ontbreken nog, naast pruiken, hoepelrok en veel te strakke broeken.
 
Mathieu huilt voor de tweede keer. Montmartre en Parijs zijn niet aan hem besteed. Veel liever fietst hij rondjes rond de kerk en in de polder. Zijn avontuur eindigt niet zonder liefde, maar met een toevoeging op 'Le mur des je t’aime', een liefdesmuur waarop in 250 talen 'ik hou van jou' geschreven staat. Alle grote talen zijn vertegenwoordigd, maar ook bijzondere talen zoals Navajo, Inuit, Bambara, Esperanto ... en nu ook het Poeliaans.
 
-------------------------------------------
 
Schrijfopdracht #527 - Montmartre (8 oktober 2024) - Odile Schmidt
In Montmartre gaat het mis. Dat is de opdracht van 300 woorden maximaal. Uiteraard kun je Google gebruiken en research doen, Youtube filmpjes kijken maar ook je fantasie aan het werk zetten. Een vrouw, een man en Montmartre. Tip: er is ook een begraafplaats in Montmartre.

Trage hond met evenwichtig zenuwstelsel

Hond, dankbaar onderwerp voor stukjes schrijven. Hond in de reclame vind ik te makkelijk. Dat is vlug scoren. Ik besluit meer verdieping te zoeken en kom terecht in een goed boek, een kynologisch woordenboek, een soort DSM-5 voor honden. Spontaan begin ik te blaffen. Ik zoek eerst mijn Kees op. Geen aardhond lees ik, hij is niet wild en zoekt al helemaal niet naar wild onder de grond. Kees aankijkgedrag is ook niet imponerend. Hij is veel meer een flegmaticus, traag en evenwichtig. Ik maak me soms wel zorgen over zijn absence-status, aberrant voor kezen. Hij vervalt dan van schrik in aërofagie. Zijn acuïteit daarentegen is erg scherp. En dan ben ik pas bij de A! Een superhond mijn Kees.

02-10-2024

Help ik val of toch niet help?

Help ik val of toch niet help? Joop weet het niet. Joop is fictief. Wil liever niet bij zijn echte naam genoemd worden. Ik heb voor Joop gekozen; Jopie in de volksmond, hij is immers het tegenovergestelde van Popie. Help ik val of toch niet help? is het laatste wat Joop zei toen ik hem gisteren tegenkwam. Opmerkelijk, Joop zoekt zelden hulp. Je krijgt ook amper hoogte van zijn belevingswereld. Wat gaat er nu precies in Joop om?

Niemand die het weet. Maar geen nood. Het werkt zo ook voor Joop. Hij heeft geen benul van wat er speelt bij andere mensen. Vaak weet Joop dan ook niet hoe te reageren op zijn omgeving. Al helemaal niet waar het mensen betreft. Het kan hem weinig boeien. Voor zijn familie is dat anders. Die heeft het laten onderzoeken. Typisch iets voor de familie van Joop. Die wil zekerheid, weten wat er speelt. Hoe past Joop toch in hun plaatje en in het plaatje van de omgeving? Niet. Hij past er niet in. Joop is namelijk neurodivers.

Hoppakee, meteen een etiket geplakt op Joop. En nu? Hoe nu verder? In welke mate neurodivers? Nou gewoon, compleet anders dan de rest van de familie. En maar goed ook. Het zou een saaie boel worden, al die typische mensen die typisch hetzelfde gedrag vertonen en typisch reageren op eender wat. Nee, Joop is de norm voor mij. Compleet normaal dus.

Joop weet dat. We laten elkaar met rust. Heerlijk. Genieten van elkaars aanwezigheid. Met traan en lach. Want ook al zien we deze niet, we worden ze wel gewaar. We brengen ze alleen niet naar buiten. Jammer? Misschien. Voor de omgeving misschien. De typische omgeving.

Joop is overigens niet gevallen. Maar dat terzijde. Een geruststelling voor de familie. Dat dan weer wel.
 
---------------------------------------
 
Schrijfopdracht #526 - Vallen (1 oktober 2024) - Odile Schmidt
Schrijf een kort verhaal waarin vallen een rol speelt. Het kan verval zijn of van de trap afvallen. Ook zou ik graag een bijzonder personage erin zien. Eentje die niet neurotypisch is of op een andere manier niet mainstream in maximaal 300 woorden.

 
 

Kalknagelgrot op slot

Tot grote ergernis van gemeente Valkenburg is door de EU besloten om Kalknagelgrot ‘De zachte grote teen’ per direct te sluiten. Alle moeite die getroost is om de grot überhaupt open te krijgen is daarmee voor niets geweest. De Eunuchen uit Brussel hebben geen idee welke schade ze berokkenen aan gedupeerden. De eerste weken liep het storm bij de nieuwste grot in Valkenburg. Op blote voeten werden alle goden bedankt. Onze eigenste lieve heer nog het meest natuurlijk. Maar ook Allah, Boeddha en zelfs Wikistampedia werden in de bloemetjes gezet. Alle podologenverenigingen wereldwijd hadden zich gemeld bij de opening. Alleen al het toetreden van de kalknagelgrot zou wonderen verrichten op medisch en cosmetisch gebied. Gemeente Valkenburg vecht de sluiting aan.

29-09-2024

Webtales Haiku's September 2024

Theeblad lezen (02-09-2024)

Zij leest een theeblad
En voorspelt de toekomst met
Tasseografie

 
Narevolutie (03-09-2024)
 
Narevolutie
Oude clown op podium
Doet stinkend zijn best
 
 
Verwelkomen (04-09-2024)
 
We verwelkomen
Oorlog van alle tijden
Het omen verwelkt


Liefdesbriefingenieur (05-09-2024)

Kan het niet alleen
Liefdesbriefingenieur
Brengt mij de redding 
 
 
Siliconenveteraan (06-09-2024)
 
Blaast en pompt zich op
Siliconenveteraan
Bodybuilt zijn weg
 
 
Kleppetlepelaar  (07-09-2024)

Kleppetlepelaar
Verslikt zich in kikkervis
Compleet van padje 
 
 
Desbetreffend (08-09-2024)
 
Vleesvervanger Quorn
Hip en ook goed voor de lijn
Desbetreffend dus
 
 
Ikbestapiramide  (10-09-2024)

Kop streep en geen staart
Ikbestapiramide
Van onevenhoef
 
 
Waterflespolitica (11-09-2024)
 
Jomanda Dilan
Waterflespolitica
Paranormaal blauw
 
 
Jagen (13-09-2024)
 
Jagen achter tijd
Stuipen op het lijf van schrik
Kom alweer te laat  


Gleufhoeder vermoord (15-09-2024)

Gleufhoeder vermoord
Gooide met de pet naar haar
Zijn verdiende loon
 
 
Grafdekzeilbootangst (24-09-2024)
 
Don, Cor en Leon
Maf als een deur lijden aan
Grafdekzeilbootangst
 
 
Pilastercampagne (25-09-2024)
 
Kolom en zuil fel
Pilastercampagne woedt
Donkey nekt Dombo
 
 
Hip herdersmatje (28-09-2024)
 
Hip herdersmatje
Favoriet bij jongeren
Nekharen gevlecht
 
 
Ideemoedigen (29-09-2024)
 
Ideemoedigen
Helpen de wereld vooruit
Met beeld en tekst

25-09-2024

Luchthang

Er hangt een luchtje aan mijn fietsdoodschrift. Zijwieltjes heb ik vroeger nooit gekregen, wel een fiets met bananenzadel, superglad. Angsten heb ik uitgestaan. 
 
Wat ging er mis? Wat niet? Plassen in bed tot de middelbare school. Ik ruik het bruine natte zeiltje nog. Scherpe urinelucht in mijn neus, billen bloot en ijskoud. Daar ging het mis. Mijn zelfvertrouwen en mijn vertrouwen in de mens. Wat kon ik doen? Geurmeester worden om vieze luchtjes de baas te zijn en angstzweet los te laten. Verdieping zoeken in mezelf. Ik dook flink naar beneden, worstelde en kwam boven. 
 
Ik vertrok naar Parijs en fleurde op. Eerst aan de universiteit, maar bovenal in kleine straatjes en grote avenues. Meures de la beures. Daar ontdekte ik pas echt wat geurtjes met mensen doen. Van Chanel tot rotte vis, alle geuren nam ik waar en werd gewaar van een ultieme waarheid; ruiken is subjectief. Iedereen stinkt naar lekker. Dus laat maar lekker stinken. 
 
Luchthang als basis voor mijn fietsdoodschrift. Opdat anderen er van leren. Lekker stinken, lekker ruiken is de kunst, het overwint zelfs een slechte adem. Laat niemand je de lucht ontnemen. 
 
----------------------------------------------

Wekelijkse schrijfopdracht #525 - Introspectie (24 September 2024) - Anna Strijbos 
Schrijf een introspectief stuk naar de wijze van een novelle of roman. Waar Marguerite Duras of bijvoorbeeld Connie Palmen, met een zeer kritische en onverbiddelijke blik naar zichzelf kijken, is een zelfkritisch of zelfonderzoekend stuk interessant om te lezen, mits het goed geschreven is. Natuurlijk hoeft het niet autobiografisch te zijn, zoals Marguerite Duras schreef, maar het mag wel. Het maximum aantal woorden is 200.

24-09-2024

Dramadocenten

In alle soorten en maten trekken ze voorbij. Vaktureluurs. In willekeurige volgorde, om te beginnen met gymnastiek. Droomde ooit dat hij profvoetballer zou worden. Geeft nu alleen nog hockey met plastic stickjes. Aardrijkskunde. Hoog in de bol, aardbol om precies te zijn. Kwam nooit verder dan Luxemburg, in het bezit van een ‘De Waard’ tent en dito vrouw. Geschiedenis. Leeft voortdurend in het verleden. Net als zijn baard. Is in het bezit van bijzondere oude botten en brult als een Neanderthaler. Frans en Muziek. Beginnen de les altijd met ‘Mon Amour’ van BZN. Om het ijs te breken. Wiskunde. Ruziet altijd met docent gymnastiek. Maakt van alle stellingen een apenkooi in het kwadraat. Grieks. Laat ik me niet over uit.

11-09-2024

Last van schrijfregels

Ik heb last van schrijfregels, meld me vandaag ziek, zwak en misselijk. Rode inkt druipt op het laken en ik heb flinke hoofdpijn. Balen, want eigenlijk wil ik een keileuk verhaal schrijven. Maar hé, ik ben ook maar een mens, een schrijver ga ik mezelf niet noemen. Dat doen jullie maar. 
 
Krijg nou tieten. Mien heeft zich vandaag ziek gemeld. Watje, loser, ongesteld, wat een flauwekul. Net nu ik zin heb in een maf verhaal. Want maf dat zijn zijn verhalen. 
 
Ik heb al tieten, merk ik op. Aan beide kanten een. En wacht, ik voel er ook een op mijn rug. Kan dat, ja dat kan. Want ik schrijf stiekem toch. Onder de lakens. Samen met mijn dokter. Heeft hij zelf voorgeschreven. En het werkt. Voel me plots welgesteld. Ik zing zelfs een liedje. Iets over zingen in een kerk en pilletjes. Zelf geschreven, nooit uitgebracht. 
 
Hé hallo, ik ben er ook nog. Waarom schrijf en zing je niet voor ons, beetje rollebollen met doktoren, hoed je voor hun sperma. Levensgevaarlijk. Ik kan wel een prikkelwoord opgeven, mocht je geen inspiratie hebben. Wat te denken van tapir of bakfietsmoeder. 
 
Ik doof mijn sigaret op het hoofd van de dokter. Hij geeft geen kick. Maar ik weet beter. Het brandt echt wel door. Ik ben genezen zeg ik. Je mag naar huis. Volgende week geen nieuwe afspraak. Zonder zich aan te kleden vertrekt hij. Ik denk: koud. Pak een blok noot en begin te schrijven. In de bakfiets van mijn moeder zit een tapir. Een flinke en hij leefde nog lang en gelukkig. 
 
----------------------------------------------  
 
Wekelijkse schrijfopdracht Schrijven Online #523 - Tegen de regels (10 september 2024) - Odile Schmidt Schrijf een kort verhaal dat tegen schrijfregels ingaat. Gebruik bijvoorbeeld tell in plaats van show, meer dan drie personages of laat het verhaal stagneren. Vooral je eigen schrijfregels niet volgen kan een interessant resultaat opleveren. Maximaal 300 woorden.

10-09-2024

Titeltovenaar

Je komt ze overal tegen. Titeltovenaars. Vooral op Likhetin en op Faecesboek. Het loopt haast de spuigaten uit. En dan is het hevig. Zeker als je X-ogen krijgt van al het laiken. Je zou er haast de X-benen van nemen. Maar neem nu als voorbeeld een interieurverzorger met aantekening en universitaire modules achter zijn naam. Of de venstercleaner met mavodiploma behaald op de volksuniversiteit. Wat moet je ermee? Of de AOW-ZZPer die bijbeunt op Marktplaats en zich hoerig aanbiedt. Ik weet het niet hoor? MP van de USA, in ploegendienst, met vijf shiften? Anders is het niet vol te houden. 
 
En dan nog de bijbaantjes met kleurrijke titels als voorzitter van de voorzitbond, secretaris van naaiclub de Vingerhoed. Het kan allemaal. Ambtenaar van de stoep, ook zo'n leuke. Komt nooit langs of aan. Zelfs niet voor een bak koffie, met karamelsmaak uiteraard, voor minder doet hij het niet. Zweminstructeur voor de nachtelijke uren met bewijs van goed gedrag.
 
Titeltovenaars zijn het stuk voor stuk. Titelstukken, dressed for the job. Open en bloot geven ze zich over aan banen waar niemand in zwemt. Ze gaan uiteindelijk toch nat. Handdoek uit de ring en opnieuw beginnen. Jezelf sparen voor ... ja voor wie, voor wat?

Slechte bakfietsmoeder

Maak plaats, maak plaats, maak plaats ... zij heeft gigantisch veel haast. Met haar veel te korte benen kan ze amper bij de trappers. Maar ze doet haar best. Met een bezorgde blik kijkt ze voortdurend over het stuur. Zitten ze er nog wel in? Ze vliegt door de straten. Voor haar gevoel althans. Ze mogen niet te laat komen, want dat is een doodzonde. Zeker met zo'n strenge juf. De buurtgenoten houden hun hart vast. Als dat maar goed gaat. 112 Wordt gebeld. Een pientere buurvrouw van driehoog achter voorziet een ongeluk. Ook de moeder wordt ingeschakeld. Hopelijk is ze wakker. En Marieke maar trappen, met haar veel te korte beentjes. De poppen slapen nog. Het is al bijna tijd.

09-09-2024

Laat me losser

Vandaag is de dag. Weken heb ik er om gezeurd. Maar vanavond gaan we los. Eindelijk heeft hij tijd voor mij. Ben ik even meer belangrijk dan zijn werk. Wat zal ik er van genieten. Hopelijk is hij in een goede bui. Mij begeleiden naar ultiem genot. Een klein hoogtepunt in mijn nog prille leven. Hier heb ik al lang op gewacht. 

Daar is de auto al. Ik hoor het aan het geronk van de motor. Stiekem wacht ik hem op vanachter de gordijnen. De vitrage schuif ik ook een stukje opzij. Hij heeft me al gezien. Mijn pretoogjes schitteren en geef een gulle glimlach. Hij geeft me een dikke knuffel bij binnenkomst. En eerst eten we ons buikje rond. Ik kan niet langer wachten. En roep vol verwachting: 'ga je mee!'. Gelukkig staat hij gelijk op. 'We gaan naar buiten!', zegt hij met een knipoog. En ik denk: 'yes'.

'Aha, je hebt de wieltjes er al afgehaald, wat goed van jou. Heeft mama geholpen, of heb je het zelf gedaan?' Vol trots zeg ik: 'zelf!', en stap glunderend op mijn blauwe fiets. Mijn pa moedigt me aan en geeft aanwijzingen. Ik hoor ze niet. Wil ze niet horen. Kan allang fietsen, maar dat weet hij niet. Ik doe net alsof ik val. Net op tijd vangt pa me op. Ik voel zijn sterke armen om mij heen, geniet van het moment en stap weer op mijn fiets. Nog vijf keer laat ik me vallen en vijf keer vangt pa me op. Zijn hand wijkt niet van het zadel en zachtjes duwt hij mij vooruit. 'Je kunt het kerel!' En ik roep terug: 'laat me losser! Ik draai me om en pa staat achter in de straat. Ik ben verbaasd. Hoe lang heeft hij mij al losgelaten?

27-08-2024

Spoken zien

“Ik heb een spook gezien!” 
“Dat zie ik.”
 “Enorm groot.”
 “Hoe groot dan?”
 “Zo groot, het past amper in mijn verbeelding.”
 “Dat is wel heel groot.”
 “Ik moet het nog verwerken.”
 “Dat begrijp ik, is het de eerste keer dat je het ziet?”
 “Ik denk het wel, maar weet het niet zeker.”
 “Kun je het beschrijven, in stukjes verbeelden?”
 “Ik zal het eens proberen.”
 “Doe maar op je gemak, ik heb alle tijd, ik zie dat het je raakt.”
 “Raken doet het zeker, het klotst tegen alle kanten van mijn hersenpan aan.”
 “Dat is pijnlijk, begin eens met een eerste stukje.”
 “Een hoekje, een randje of een uit het middenstuk?”
 “Doe maar uit het middenstuk, dat is wellicht wat makkelijker!”
 “Het is wit!”
 “Spierwit, vaalwit of donker wit?”
 “Ik weet het niet, ergens ertussen in, en er zitten vlekken op.”
 “Hoe zien die vlekken eruit?”
 “Het lijken wel vingerafdrukken.”
 “Van een man of een vrouw?”
 “Geen idee, kan ook goed van een dier zijn.”
 “Hoeveel afdrukken zie je?”
 “Op dit stukje drie, maar op een ander zie ik er weer twee, lastig.”
 “Houd ze maar goed bij elkaar die stukjes, op naar een volgend beeld.”
 “Ik weet het niet hoor, ik word er helemaal draaierig van, allemaal die losse stukjes.”
 “Doe maar een beeld uit de rand, misschien helpt dat tegen de draaierigheid.”
 “Effen kijken hoor, ik zoek me te pletter, ze zijn moeilijk te vinden die randbeelden, ik ben toch meer van het totaalplaatje, maar dat ben ik al jaren kwijt.”
 “Houd het dicht bij jezelf, dat werkt het beste.”
 “Ik heb er een, best wel eng hoor.”
 “Hoezo dat?”
 “Nou … het is min of meer een footprint … en ik weet niet zo goed of dat nu wel past bij mijn spookbeeld.”
 “Maar een footprint is toch alleen maar een goede basis om mee verder te gaan?”
 “Daar heb je een punt. Hee, hier heb ik er nog een. Ongelofelijk. Ook deze matchen met elkaar.”
 “Mazzelkont … zie je wel dat het gaat lukken … wat zie je precies?”
 “Nou, het ene beeld draagt een stukje sandaal en het andere beeld vult dit aan, geweldig toch?”
 “Zullen we dan nu voor een hoek gaan?”
 “Ik weet het niet hoor, hoekbeelden zijn niet makkelijk. Bijna altijd blauw. Te luchtig voor mij.”
 “Misschien beter stoppen dan en de volgende keer verder?”
 “Graag, I’m too puzzled voor mijn eigen spook!” 

--------------------------------------------

Wekelijkse schrijfopdracht Schrijven online #521 - Ik heb een spook gezien (27 augustus 2024)
Nadine van de Sande
“Je kijkt alsof je een spook gezien hebt!” Die uitdrukking kennen we allemaal. In de opdracht van deze week is dat ook zo. Je personage heeft iets gezien dat zo naar, eng of verwarrend is dat het die uitroep bij een ander uitlokt. Probeer mee te nemen dat je personage niet goed onder woorden kan brengen wat het heeft gezien zonder de nodige scepsis op te roepen, dat maakt het verhaal spannender.
Je mag kiezen voor een spreekwoordelijk spook – dat nare, enge, verwarrende element – maar echte spoken zijn ook welkom in dit verhaal. Het maximale woordenaantal is 400. 

20-08-2024

Onomkeerbaar

De draad weer opgepakt. Woorden alleen, schieten tekort. Plaats geven lukt amper. Het is te vers. Staccato lukt een beetje. Dat moet dan maar. Vrienden begrijpen het gelukkig. Mijn collega’s nog niet. Ze houden wat afstand. Zien mij soms worstelen. Weten niet te handelen. Ik snap dat wel. Het gebeurde, te heftig. Onmacht bevriest hun aandacht. Dat dit is aangedaan?

‘Wat is er gebeurd?’ Ik val in armen. Ze bieden mij troost. ‘Kopje thee dan maar!’ Thee helpt bij verdriet. Meer nog dan koffie. ‘Ik ... ben ... gruwelijk ... toegetakeld.’ Zeg ik stotterend, snotterend. ‘Dat zien we, ja!’ Een stoel wordt aangeschoven. Ik zet me neer. ‘Midden in de nacht!’ Vrienden schrikken van verhaal. ‘Ik zoek nu rust.’ Ik mag blijven slapen. Durf niet naar bed. Het angstzweet breekt uit. Zij zien de paniek. ‘Je bent hier veilig!’ Dat besef ik wel. Maar mijn gevoel niet.

Collecte in de tram. Ik geef twee euro. Voor slachtoffers in nood. We zijn het allemaal. De collectant is blij. De tram stuitert verder. Het voelt niet senang. Mijn lijf doet pijn. Herstellend van het trauma. Maar ik moet verder. Zoek troost bij vrienden. Familie heb ik niet. Gelukkig zijn ze thuis.

Ik lig in bed. De ruimte is wit. Geroezemoes op de gang. Een verpleegster komt binnen. ‘Aha, meneer is wakker’. Ik zie toeters, bellen. Bedrading rondom mijn bed. ‘Waar ben ik zuster?’ Zuster zit naast me. ‘In het ziekenhuis meneer.’ Flitsen in mijn hoofd. Bitjes geheugen reframen langzaam. ‘Wat is er gebeurd?’ Zuster reikt water aan. ‘Drink eerst even wat?’ Zuinig sappel ik water. ‘U lag op straat.’

Ik hoor de ambulance. Voel me zwak, misselijk. Broeders tillen me op. Ik wil dit niet. Onrust in mijn lijf. Opstandig worstel ik los. De broeders knijpen hard. Ik rol ambulance in. Spreken lukt me niet. Een waas voor ogen. En ik val uit. Overgelaten aan mijn lot. Herinneringen wijzen de deur. Wat moet ik nu?

Klap op mijn gezicht. De deur uit getrokken. Geschopt, geslagen en gebeten. Hart bonkt in keel. Adrenaline spat uit aders. Woede, twijfel, angst overvallen. Ik zoek bescherming op. Houd vast aan agressor. Wachtend op een doodschop. Ik wil luid schreeuwen. Maar mijn stem zwijgt. Ik hoor iemand praten. ‘Je verdiende loon, hond.’ Dit is een misverstand.

Luid gebonk op deur. Irritant getik op raam. Gerammel aan het rolluik. Wie staat in brand? Slaapdronken veer ik op. Toch niet mijn ex? Niet weer dat gedoe? Ik kijk uit raam. Een vreemde gast beneden. Zij kijkt me aan. Is het een zij? Wie is die gast? Zal ik open doen? Een verward persoon mogelijk. Was ik dat ooit? Jazeker was ik dat. Medelijden overwint in mij. Doe de deur open.

----------------------------------------------

Wekelijkse schrijfopdracht Schrijven Online #520 - Aan de deur (20 augustus 2024) - Johanna Müller
Het is al laat. Je bent bijna klaar om naar bed te gaan (of je ligt er al in) en er staat plots een onbekende aan de deur. Die belt niet aan maar klopt als een wilde op je deur, op je raam, rammelt met de rolluiken.
De opdracht van deze week is: wat gebeurt er vanaf het moment dat je dat hoort, wie staat er aan de deur (als je die al opent) wie is het en wat gebeurt er vervolgens? Heb je spijt dat je de deur opende of net niet?
Je kan een verhaal maken van 500 woorden. Maak er een geloofwaardig verhaal van, en neem de lezer zeker mee in de verschillende emoties die je doormaakt als hoofdpersonage.

[Inspiratiebron voor mij was de film Irréversible. Een heftige film. Door de enscenering lijkt het kijken meer behapbaar, aan het eind edoch verontrustend. https://nl.wikipedia.org/wiki/Irr%C3%A9versible]

15-08-2024

Een appel doen op appels

Ik ben dol op appels. Dagelijks eet ik er een. Het liefst een zoetzure. Jonagold is mijn favoriet. Heeft ook een heerlijke structuur en geeft een goed mondgevoel. Bovendien ziet hij er ook mooi uit. Precies zoals je een appel tekent. Rood met geel en een steeltje met een blaadje eraan. Staat zoals een huis, met schuin dak, raam, schoorsteen en voordeur. Wat kan tekenen toch eenvoudig zijn.
Dagelijks doe ik dus een appel op appels. Ze zijn ook nog eens voedzaam en gezond en goed tegen de dorst. Of is het voor de dorst? An apple every day keeps the doctor away. En niet zeuren over missende streepjes op de e. Aan het appelmonster doe ik namelijk niet mee.

12-08-2024

Familieopstelling

We staan in het bos. De zon schijnt door de bomen en het ruikt heerlijk naar hars. Ik ben aan de beurt. De gedachte alleen al windt me op. Eerst maar eens mijn grote zus een plekje geven. Ze doet altijd onnozel dus plaats ik haar achter een dikke den. De broer die na mij komt, best aardig, zet ik dicht bij me. Op vijftig centimeter. Minder afstand kan ik niet verdragen en is gezien de situatie ook gevaarlijk. Mijn oudste zus kijkt uitdagend. Waar zal ik die eens plaatsen? Een takkewijf is het. Ik laat haar plaats nemen op een laaghangende tak van een dikke eik. Kan ze mooi overzicht houden. Mijn oudste broer dan nog. Met zijn overstelpend verantwoordelijkheidsgevoel stuur ik hem de struiken in. Nu is het zaak om de juiste tekst bij de juiste personen te vinden.

De therapeut naast me kijkt me aan. Hij ziet me worstelen. Ik heb het mezelf wel lastig gemaakt en moet bekennen dat ik de dingen misschien toch anders had willen doen. Ik kan dan ook niet de juiste woorden vinden bij mijn broers en zussen. Ze blijven wie ze zijn. Zichzelf helaas. Verplaatsen in een ander kunnen ze maar moeilijk. Hoeft ook niet. Het feit dat ik ze opstel geeft al voldoening. Geen terechtstelling maar een gekoesterde wens. Woorden zijn overbodig, daden ook. De therapeut ziet dat het kwartje is gevallen. Vanuit de kuil, die ik met veel pijn en moeite heb gegraven, kijk ik samen met hem naar mijn broers en zussen. Ik nodig hen allen uit om even te lachen en dan langzaam naar mij toe te komen en me een lieve aai over de bol geven. En zowaar, het gebeurt. Ik ben de gelukkigste man ter wereld. Heel even. Wie is de volgende?

--------------

Wekelijkse schrijfopdracht Schrijven Online #518 - Setting (6 augustus 2024)  -  Odile Schmidt
Schrijf een kort verhaal waarin de setting net zo belangrijk is als de personages in maximaal 300 woorden.

07-08-2024

Bedleed

Ik droom. Denk ik toch. Maar is niet zo. Mijn droom is levensecht helaas. Zwevend door ruimte op een matras. Het prikt, het kriebelt, het jeukt vleselijk. Vastgebonden lig ik op een bed van doodsangst. Worstelend probeer ik me te bevrijden van de ketens. Maar ze laten mij niet gaan en houden armen benen vast. Wat en wie heeft mij gebracht naar dit vreselijke lot van vaagheid? Niemand  heeft me iets verteld, gewaarschuwd, over deze bizarre situatie waarin ik verkeer.

Ik besluit om het maar gewoon te accepteren, te doen of het niet bestaat. Echter zo blijk ik helaas niet getrouwd te zijn, want mijn hoofd sputtert stevig tegen. Hij slaat eerst van binnenuit tegen mijn slaap en bokst vervolgens tegen mijn ogen en oren. Klaarwakker ben ik ineens en besef onmiddellijk dat het geen droom is die mij achtervolgt maar werkelijkheid. En wel een van een ongelofelijke bitterheid, die me fysiek en mentaal gevangen houdt en me hevig treitert. Dit gaat mijn bevattelijkheid te boven en ik schreeuw het uit, voel me opgejaagd, niet begrepen en niet gehoord.

Alle communicatiemiddelen zet ik in en laat een postduif ontsnappen, al zuigend uit mijn duim, waar ik met mijn mond net bij kan. Maar ook de postduif weet zich met deze ruimte geen blijf en vliegt zich stuk op isolatie die zijn vrijheid belemmert. Hij landt op het bed waarop ik nog steeds vastgeketend lig en fluistert zachtjes woorden in mijn oor van liefde en geluk. Volgens zijn zeggen is gedeelde isolatie halve isolatie en knipt met zijn puntige snavel de ketens door die het verhaal eenzijdig tegenhouden. De bevrijding is groot en ik gooi meteen alle ramen open, maar kan niet kiezen uit welk raam ik mijn toekomst tegemoet ga springen.

-------------------------------------------------

Wekelijkse schrijfopdracht Schrijven Online #517 - Isolatie (30 juli 2024)
Odile Schmidt
Kies of verzin een plaats met geïsoleerde ligging en laat deze een belangrijke rol vervullen in een verhaal van maximaal 300 woorden. 
[Ervoor gekozen om het aantal woorden per zin te laten toenemen met steeds een woord extra]

25-07-2024

Onder monnikskappen gesproken

Monnikskapspier (16-07-2024)
 
Zou hij vernoemd zijn naar de gebochelde van de Notre-Dame? We vragen het onze lieve heer, monsieur Votre. De kapelaan weet van niets. Hij speelt voor heilige boon. Verwijst ons vriendelijk door naar Umberto Ecoloog. Zou die de waarheid weten? En zo ja, spreken? We zijn niet voor niets afgereisd naar het donkere zuiden. Al jaren schijnt de zon niet meer in Parijs. Met dank aan het klimaat. Geologisch en spiritueel. De stad ligt er maar somber bij aan de zwaar vervuilde Seine. En toch willen we weten waarom de monnikskapspier heet zoals hij heet. En waarom die op de rug hangt. Gekruisigd tussen schouderbladen en stuitje. Als orde van het kromme ruggetje hebben we recht om dat te weten.
 
 
Monnikskapsalon (17-07-2024)
 
Ik dwarrel door de straten van Dharamkot. Het is bloedjeheet en zoek wat verfrissing. De nauwe straten en het turbulente verkeer van wandelaars, scooters en markthandelaren met loopkarren zorgen voor extra hitte. Wat kan ik nog doen om deze verzengende hitte en drukte te ontvluchten? Mannen in rode pijen lopen gelukzalig tussen de drukke menigte door. Ik zie dat ze een kaal hoofd hebben. En ze lopen op sandalen. Ik besluit meteen mijn zware bergwandelschoenen in te ruilen bij de eerstvolgende marktkraam. Na 50 meters succes. Maar hoe kom ik nu nog aan een kaal hoofd? Ik word getriggerd door een uithangbord. Google Translate vertaalt. Monnikskapsalon de Daia Lama. Kassa! Daar moet ik zijn. Binnen word ik hartelijk begroet. Namasté!
 
 
Monnikskapsones (17-07-2024)
 
Op zijn paard trekt Sean richting Montségur. Hij ziet aan gebroken rozentakken langs de weg dat een aantal passanten hem voor zijn gegaan. Sean leest de natuur goed, allemaal aanwijzingen die hij straks kan gebruiken. Zijn wapenknecht Umberto naast hem heeft niets in de gaten. Die gaat gebukt onder jeugdigheid en kan alleen maar denken aan de schone deernen die hen zullen opwachten in het kasteel van Montségur.

Het nieuws is Sean vooruit gespoed. Hij ziet aan tientallen signalen dat het niet pluis is in het kasteel dat nu hoog boven hen uit tornt. Een moord is gepleegd. Sean gaat het oplossen, zeker weten. Vermoedelijk een uit de hand gelopen gevalletje monnikskapsones. Simpel opgelost nog voor de inkt droog is.

 
Het sprookje van Roodmonnikskapje (19-07-2024)

Er was eens … wat … er was eens? … er is nog steeds een meisje dat door het bos dwaalt. Ergens in de buurt van Kaatsheuvel. Op de ‘Kets’ zeggen de inwoners, zowel die uit de volks- als uit de jambuurt. Naar het schijnt is de jongedame het spoor bijster en droogt haar tranen van verdriet in het droge stuifzand van de Drunense duinen die tussen de dennenbomen van het bos verscholen liggen. Wind is haar ergst boosdoener, niet de wolf. De wind voorkomt dat ze het stuifzand kan pakken. Dat maakt haar dan extra verdrietig. De wolf is juist haar grootste vriend. Op zijn rug gezeten jaagt ze de mensen de stuipen op hun lijf. Lang leve Roodmonnikskapje met gele muts.
 
 
Monnikskapvergunning (20-07-2024)
 
Hij is aangevraagd. Mijn monnikskapvergunning. Het heeft even geduurd, maar dan heb je ook wat. De cursus was bijzonder zwaar. Ik heb er ongeveer drie jaar over gedaan. Maar eigenlijk ben ik er al op jonge leeftijd mee begonnen. Gefascineerd door rood geklede monniken die bij ons door de straat zwierven op sandalen. De monnikskap hing dan op hun rug. Ze droegen ook nog een gele riem. Ik vroeg me altijd af waarom ze de kap niet over hun kale hoofd droegen. De zon scheen immers fel. Toen al. Maar nu weet ik het. Tijdens de cursus werd duidelijk dat de monniken erg trots zijn op hun kale hoofd en ook een beetje ijdel. Eigenlijk aanbidden ze hun hoofd. Goddelijk.


Karmelietenmonnikskapbier  (21-07-2024)

Nieuw op de markt. Karmelietenmonnikskapbier. Alleen verkrijgbaar bij Dirk. Nee, niet Dirk van Kooten en de Bie. Nee, de supermarkt natuurlijk. Gelukkig nog verkrijgbaar, want straks volgt het bierverkoopverbod na dat van de sigaretten.
Karmelietenmonnikskapbier is een zeer speciaal bier dat op een dito wijze gedronken moet worden in een speciaal daarvoor ontworpen glas. U raadt het al, in de vorm van een monnikskap. Uiteraard krijgt u er ook een slabber bij. Het is namelijk een echt sloeberbiertje dat u bij voorkeur dient op te drinken op een bijzondere locatie en in alle rust. Het Vondelpark bijvoorbeeld of in het Haagse bos. In het park bij de Euromast kan ook. Vergeet niet uw lege flesjes in te leveren voor statiegeld.

24-07-2024

Een lange zit

Ze lopen al een tijdje door de wijk. Keurig gekleed stappen ze mijn oprit op. Ik doe de deur open.

'Goedenavond meneer, wij komen u spontaan een bezoek brengen om met u in gesprek te gaan over het leven in zijn algemeenheid, komt het gelegen?'

'Zekers, praten over het leven is mijn hobby, maar wacht ik haal even een stoel dan kan ik beter luisteren.'

De beiden dames kijken elkaar aan en ogen wat verbaast.

'Zo daar ben ik weer, brandt u los.'

Buiten begint het een klein beetje te miezeren.

'Nou meneer, wat wij graag willen weten is hoe het momenteel met u gaat en met uw leven, gaat het goed of zijn er obstakels of juist geluksmomenten?'

'Prima, geen obstakels, nu en dan een geluksmoment, niet te veel gelukkig want geluksmomenten zijn het meest vermoeiend. Dat vergeten mensen wel eens, dat geluk ook energie kost.'

'Dat is zeker waar meneer, fijn dat het goed met u gaat en dat er geen obstakels zijn op dit moment maar die kunnen altijd komen, hoe gaat u daarmee om?'

De miezer gaat over in lichte regendruppels, de dames halen uit hun tasjes een plastic regenmutsje en plaatsen dit op hun gesteven haardos.

'Dat hangt ervan af hoe ik in mijn vel zit en de aanleiding van het obstakel. Wanneer het obstakel niet te duiden is kan ik erg ongeduldig worden. Meestal tel ik dan tot tien. Dat helpt maar heel even.

Het begint nu echt hard te regenen. Mijn vrouw roept of ik de tussendeur dicht wil doen, ze krijgt het koud. De dames halen uit hun tasjes een plastic regenjas. Aankleden verloopt moeizaam, de dames zijn een beetje nat en het plastic stropt.

'Gelooft u meneer?'

Aha. Daar komt de reeds verwachtte aap uit de mouw. De diepte in.

'Ik ben een grote fan van Dante en van mezelf mevrouw. Het geloof komt via hen tot mij. Kent u Dante?'

Ik zie de dames voor mij even nadenken en stilletjes overleggen. Iets over wegwezen.

‘Dante zegt ons niets meneer, maar kent u onze lieve heer?’

‘Onze lieve heer? Eentje maar? Ik ken er wel wat meer die lief zijn? Maar wie is die van jullie? Delen jullie hem ook samen?’

Alsof de duvel ermee speelt. De dames pakken plots de biezen en hun bezemstelen. Weg zijn ze. En we beginnen pas? Dat is ook niet aardig.

 

-----------------------------------------------------------------------------------

Wekelijkse schrijfopdracht Schrijven Online #516 - Nog even blijven plakken  (23 juli 2024)
Nadine van de Sande  
Maximaal 400 woorden.

We hebben het allemaal wel eens meegemaakt: “Het is maar eens tijd om naar huis te gaan,” maar een kwartier of een halfuur later staat de gast nog steeds met een been in en het andere been buiten de deur.
Soms is dat gezellig, maar soms ben je continu aan het hinten dat de gast toch echt, langzaamaan moet gaan ver-trek-ken...
Hoe dan ook, ‘even blijven plakken’ gaat over een actie die maar blijft slepen, zonder dat er iets spannends of interessants gebeurt.
In de opdracht van deze week blijft een gast – gezellig of vervelend- plakken. Schrijf over hoe die aanloop van vertrek maar blijft duren en duren. De uitdaging is om dat zodanig te schrijven dat het leuk of interessant blijft om te lezen. We willen niet dat de lezer ook de schrijver de spreekwoordelijke deur uit zou willen werken…
Zie deze opdracht als een kleine schrijfoefening om de balans te vinden tussen iets wat maar blijft slepen en daarom geschrapt moet worden en iets beschrijven wat ongemakkelijk of relatief langdradig is, maar wel op papier moet komen te staan.

 


 

23-07-2024

Verslag Eijlders Dichtersmarathon 2024

Verslag Eijlders Dichtersmarathon – Het Pure en Natuurlijke, Amsterdam , 21 juli 2024
Locatie: Café Eijlders - Korte Leidsedwarsstraat 47 - Amsterdam
En een YouTube video van mijn optreden, met dank aan Marius W. de Pijper (Depipro)
 
Het motregent in Amsterdam. Nadat ik foto's heb gemaakt van het kersverse monument voor Peter R. de Vries op het Leidseplein loop ik richting Café Eijlders. De eerste dichters zijn al aan de gang en ik kruip achterin het café, nadat ik me heb aangemeld. Er zijn pakweg 15 mensen aanwezig en ik ben al snel aan de beurt. Thuis heb ik al het een en ander voorbereid en op papier gezet. De vraag is hoeveel tijd er is om voor te dragen. Ik besluit het publiek zelf te laten kiezen tussen een gedicht en haiku's. 
Wanneer ik naar voren wordt geroepen blijkt de microfoon en de katheder niet op de treden maar voor de treden richting toilet en keuken te staan. Geen probleem, maar toch een beetje vreemd. Ik kan natuurlijk zelf kiezen om op de treden te gaan staan, maar besluit dit niet te doen. 
Ik ben aangekondigd als dichter uit Helmond die op de vlucht is geslagen voor de ontsnapte serval (grote tijgerkat) in Helmond. Daar haak ik dan maar op in en vraag het publiek of ze bekend zijn met dit laatste nieuws uit de provincie en of ze in Amsterdam geen servals hebben? Niet dus, wel andere dieren. Enfin. Ik begin.
 
Goedemorgen / goedemiddag allemaal,
 
Om te beginnen, zo u wil om meteen met de deur in huis te vallen, eerst het verhaal, ons
verhaal van Café Eijlders op de website.
Ik citeer:
‘Ook nu nog zou John Eylders [met Griekse y] zich thuis voelen in het café, met zijn mengeling van theater/ concert-gangers, buurtgenoten, toeristen en zelfs een enkele intellectueel.’
Einde citaat:
Graag vingers omhoog van degenen die zich niet in dit rijtje thuis voelen. En hun verhaal
waarom uiteraard. Kort want ik heb maar 5 minuten. [Resultaat: 0 vingers, allemaal dus]

Dit jaar een bijzonder jaar, een bijzonder jubileum.
Een heel groot aantal dichters heeft dan namelijk 25 jaar lang elke derde zondag van de
maand op de treden in café Eijlders gestaan. Met nog grotere aantallen gedichten en een
ontelbaar aantal woorden.
Graag vingers omhoog wie zich NIET in dit rijtje thuis voelt ... ehhh ... WEL natuurlijk.
[Resultaat: 0 vingers, publiek is schijnbaar in de war. Reacties op mijn vraag waarom geen vingers? 'We kunnen het niet volgen' en 'Het is verwarrend'. Ik geef het toe, te verwarrend]

Voor mij is het de tweede keer. En graag voeg ik een paar haiku's toe. Of toch liever een echt
gedicht? Het pure en natuurlijke. Aan u de keus. Gedicht of haiku’s? 
[Publiek in de zaal roept luid: 'Gedicht!']
Gedicht? Lastig. Ik heb erop gezocht. Op mijn eigenste weblog en kwam terecht in 2015. Het
zij zo.

Geloven (24-11-2015)
 
Geloof is een ongemeen goed.
Voor wie er in geloven wil smaakt het vaak zoet.

Geloof verschijnt in diverse vormen.
In zoele winden maar ook in stormen.

Ons gemoed maakt soms overuren.
Lijf en leden zijn dan nauwelijks te besturen.
 
Haast ongelofelijk maar zeker waar.
Zelfs geloof maakt de mens soms helemaal gaar.
 
De mond kookt, de ogen spuwen vuur.
Wild geloof wordt dan onbehoorlijk en guur.
 
De een zweert trouw, gelooft heilig in de kinderen.
Anderen vinden dat die apen het geluk alleen maar hinderen.
 
Geloof in eigen kunnen, ook al zoiets.
Hoopvol, maar vaak eindigt het in helemaal niets.
 
Ook daarin kun je dan weer geloven.
Diep vanuit de grond, aards in Zen, of helemaal van boven.
 
Je kunt ook geloven in het tegenovergestelde.
Het is mogelijk de opvoeding die ergens knelde.
 
Geloof dat is iets voor de dommen, die met een laag IQ.
Ze zweven liever, dan dat ze aarden in het nu.
 
Er is ook zoiets als geloof in mystiek en fantasie.
Vooral in donkere decembermaand gaan er flink wat door de knie.
 
Ze hemelen oude heren, met lange baarden gekleed in rode tabberds.
Vooringenomen, tijdelijk duurkoop, geloof op zijn allerbelabberdst.
 
Geloven, puur en zuiver, is niet voor iedereen vanzelfsprekend weggelegd.
Zoveel woorden, boeken vol geschreven, wie heeft er gelijk, zo onder ons gezegd.
 
Geloof in mensen, dieren, planten, dingen dat volstaat.
Gewoon eenvoudig blijven voeden, met liefde, in woord en daad.
 
[Publiek applaudisseert voorzichtig ... gelukkig maar]

 
In totaal zullen gedurende de hele dag van 10:00 uur in de ochtend tot 17:30 uur in de middag pakweg 73 dichters een voordracht doen, in blokken van een half uur voorgezeten door verschillende gast-hosten.

In de middag mag ik nog een keer voor een tweede ronde gaan en draag ik 6 haiku's voor, waarvan een met een korte inleiding over de totstandkoming van de desbetreffende haiku. Ik vraag het publiek of ze willen dat ik ze een of twee keer voorlees. 'Twee keer!' roept het publiek unaniem. Het zijn kenners. Haiku's lees je namelijk twee keer voor. Om de dubbele lagen te ontdekken. Ik begin en leg tijdens mijn voordracht uit dat sommige van mijn haiku's titels hebben, wat niet gebruikelijk is. Maar ik heb er voor gekozen om dit soms wel te doen.


Minimaal voor twee euro  (20-07-2024)
 
Ik ga voor kroket
Minimaal voor twee euro
Trek de klep open

 
Verdiepingkoorts  (28-06-2024)
 
Psychiater ziek
Verdiepingkoorts de oorzaak
Burnout in zijn hoofd
 
[En nu speciaal voor de Amsterdammers]
 
 
Huub Stapelkorting (27-06-2024)
 
In de aanbieding
Lift, boot, losse flodders met
Huub Stapelkorting

 
Argwaan (18-06-2024)
 
Argwaan is een vloek
Het ledigt ons vertrouwen
Op man en vrouw af
 
[En nu eentje die ik vanochtend heb geschreven, omdat mijn vrouw mij eraan herinnerde dat ik nog een haiku wilde schrijven over droevige bomen.]
 
 
Droevige bomen (21-07-2024)
 
Droevige bomen
Troosten elkaar broederlijk
Treurend, beuk en wilg


En tot slot: eentje met wat uitleg over de totstandkoming.
Ik zit op een website die iedere dag een schrijfprikkel presenteert, een prikkelwoord ter
inspiratie. Ik vind het altijd leuk om dit woord te verhaspelen of haast onzichtbaar terug te
laten komen in een haiku. Ik wil u uitnodigen om het prikkelwoord te ontdekken in deze
laatste haiku. Met tamtam!
 

Zebranierensoep (11-06-2024)
 
Zebranierensoep
Jaren lang gefermenteerd
Nu in supermarkt
 
 
[De haiku's worden beter ontvangen dan mijn gedicht. Zeker de eerste drie oogsten applaus.]
 
Ik kijk terug op een hartverwarmende dag. Mede dankzij de prima sfeer in Café Eijlders met een dito publiek. Kortom genoten. De Dichtersmarathon werd afgesloten met een voordracht van een van de organisatoren, Paul Lokkerbol. Die las, langzaam lopend tussen het publiek richting microfoon, een gedicht voor van dichter / barman Ronald M. Offerman: 'Het is niet op het plein', over de bezieling van Café Eijlders. Een ontroerend moment. 
 
Een dag later ontving ik nog een mail van de organisatie, hoe lief en attent. Ik deel hem hier.
 
Beste dichter,

Met bijzonder veel genoegen kijken wij terug op de dichtersmarathon van 2024.
Gisteren bracht een samenkomst van dichters uit vele windstreken alleen maar poëtisch genoegen in café Eijlders.
Het luisteren naar poëzie, elkaar ontmoeten en even bijpraten bracht een mooie onderlinge band.

De enthousiaste presentaties van Maarten Douwe Bredero, Jan Wagenaar, Frans Terken, Simon Mulder, Gwedolyn de Leeuw-Rammeloo, Kees van Meel, Kat Kreeberg, Marten Janse, Hans Marijnissen, Marijke Hooghwinkel, Donna Schilder en Jolies Heij gaven dynamiek en variatie in de voordrachten.
Heel veel dank voor hun bijdragen.

In velerlei vormen van gedichten werd door Nancy Krijnen, Mireille Buldeo Rai, Ron Hamming, Ria Bosch, Yvonne Liew-on, Rob Mientjes, Depipro, Katelijne Brouwer, Nelleke Lamme-den Boer, Rob Boudestein, Kees Leeuwerink, Jorina Hoogenboom, Frank Diamand, Katelijne Brouwer, Renate Spierdijk, Onno-Sven Tromp, Rudolphine Broekhuizen, Daan Timmer, Peter Bartels, Seraphina Hassels, Reinier van Delden, Vanya-Sin van Egmond, Joyce Hes, Anneruth Wibaut, Sabine van den Berg, Monique Boogmans, Ron van den Bosch, Delia Bremer,
Merapi Obermayer, Loes Raymakers, Vesna Spring, Ria Westerhuis, M.A. ter Haar, Bartho Kriek, Coby van Gerven, Angelo Berti en Maria de Graauw het pure en natuurlijke in deze wereld ten gehore gebracht.

Grote dank gaat uit naar Kees Godefrooij als mede-organisator en tevens presentator voor zijn inspanningen bij het samen mogelijk maken van dit evenement.

De gastvrouwen Jasmijn, Mieke en de gastheren Jesper, Patrick hielden op een goede wijze de inwendige dichter op niveau.

Wij gaan er even tussenuit, maar wel met ontzettend veel mooie plannen voor het seizoen 2024/2025.
Dat begint met een eerste dichtmiddag op zondag 15 september 2024.

Het was ons een waar genoegen.
Wij wensen je een zomer toe met overheerlijke rust, alle gewenste ontspanning en veel plezier.


Paul Lokkerbol
(mede namens Mieke van Beeren, Seraphina Hassels, Martin Wijtgaard) 
 


 
 

02-07-2024

Gebruik van fantasie

Geen thema, ik gebruik mijn fantasie. Om die te prikkelen eerst een glaasje prik. Fanta voor de verandering. Op Cola schrijf ik niet. Dan ga ik stuiteren. En met mij de woorden. Ziet u ze al springen op de regels? Touwtje met de woorden. De lidwoorden springen er bovenuit. Houden eigenlijk helemaal niet van gelid. Wat gaan ze te keer. De een het hoogst. Het en de wedijveren om de tweede plaats. Bijwoorden gaan zich nu ook moeien. Stekelig en plagerig. Het maakt de werkwoorden nerveus. Die rusten sowieso nooit uit. Daarvoor zijn ze veel te strijdlustig. Zelfstandige naamwoorden houden zich koest. Die weten beter. Zij doen hun naam eer aan. Hebben niemand nodig. Zie de Fanta doet zijn werk.

26-06-2024

Het bizarre verhaal van Joke Jugendstiller

Joke had niets op met haar jeugd. Smoorverliefd was ze op Hubert, haar alles. Hubert zou haar door die vreselijke vleselijke jeugd heen helpen. Kortom Hubert was haar grote licht. Joachim, haar erg luidruchtig en aanwezig broertje vond de liefde die aanstonds was helemaal niets. Bovendien was hij dol op zijn grote voorbeeld Hubert die hem altijd wist te temperen, zowel realistisch als magisch. Een gouden combinatie was het. Alleen de driehoek paste Joachim niet zo goed. Vierkant tegen was hij zelfs. Een hartig woordje zouden broer en zus met elkaar spreken. Ware het niet dat Hubert zorgde voor een tussenkomst, nog voordat Joachim kwam. Gelukkig maar. Zoveel geiligheid verdraagt een boek zelfs niet.

"Boek, boek? Wie heeft het hier nu over een boek? Domme doos!" De toon was gezet. Joachim was bij Joke in haar hoofd gekropen en had onmiddellijk haar gedachten geraden.

"Verdomme Joachim, je speelt vals, wacht maar tot Hubert komt, jij minkukel!"

Daar popte Hubert al op. Hij nam meteen het woord en verdween snel achter de struiken. Gekend met het reactief gedrag van de familie Jugendstiller, deed hij er beter aan om even te schuilen. Hij was ook niet voornemens het woord snel terug te geven en wachtte de reacties van Joke en Joachim geduldig af. Die hadden intussen behoorlijk mot en sloegen elkaar de hersenpan in. De hersencellen dropen langs hun wangen naar beneden, smolten samen en hergroepeerden zich tot een nieuw brein. Een superbrein dat Hubert nogal verbaasde. Het was zo groot als een schoenendoos. En die schoenendoos nam vervolgens hem de maat. Of hij nog iets bij te dragen had tot deze discussie? ‘Welke discussie?’ vroeg Hubert zich af. Een discussie tussen maatje 37 en 43. En Hubert ... tja ... die fungeerde als lepel. De schoenen moesten immers passen.
 
Mijn eerste bijdrage op website 'Schrijven Online' ( geplaatst op Themaforum: Wekelijkse schrijfopdracht) met als Schrijfopdracht #512 - De doos (opgezet door schrijfcoach Odile Schmidt).
Schrijf een kort verhaal waarbij een doos een cruciale rol speelt in maximaal 300 woorden.
Hier de link naar het verhaal op Schrijven Online.
 
De eerste alinea bestaat uit 120 woorden met daarin verhaspelt het woord 'Jugendstil', dat weer als schrijfthema diende voor Week 26 op de website 120W. Onder dezelfde titel geplaatst op 120W. Dit stukje heb ik als uitgangspunt genomen voor de Schrijfopdracht #512 - De doos op Schrijven Online. 
Hier de link naar het verhaal op 120W. 
Deze versie is ook geplaatst op website Web Tales. 
Hier de link naar het verhaal op Web Tales.

 
 

22-06-2024

Solidariteit van 't Haagje tot de Vrand

Solidariteit 
Van 't Haagje tot de Vrand 
Welkom in Helmond 
 
Dit huis een zegen 
Biedt toegang zonder drempels 
Tot hart en weten 
 
Samen en alleen 
Zoekend naar wat ons verbindt 
Vinden we elkaar
 
Door te groeien 
Vanuit vezels tot tapijt 
Vlechten we toekomst 
 
Duurzaam en oprecht 
Gretig met passie vol vuur 
Brengen we verhaal 
 
Met rede en raad 
Delen we levensruimte 
Doorspekt met humor 
 
Zeven dagen lang 
Samenkomst van Helmonders 
Dès krek wa'k wou  
 
------------------------------------
 
Zeven haiku's geschreven ter gelegenheid van de Open Dag Festival Huis voor de Stad in Helmond (het nieuwe gemeentehuis van Helmond). Op zaterdag 22 juni 2024 de haiku's drie keer voorgedragen in de Raadszaal 'Weverij'. De haiku's zijn ook later op de middag voorgedragen door burgemeester Elly Blanksma tijdens de openingsceremonie. Uitstekend voorgedragen, waarvoor dank, het maakt me trots.
 
Voorafgaand aan mijn voordrachten heb ik nog uitleg gegeven over wat een haiku is en waarom ik deze haiku's heb geschreven en mocht voordragen. Hieronder bijgevoegd de tekst. Deze staat ook vermeld op de website van Gemeente Helmond.
 
"Hallo allemaal, welkom in de Raadzaal “Ons Weverij” op deze zonnige Open Dag. Mijn naam is Rob Mientjes en ik ben gevraagd door Sterre Otten van de Gemeente Helmond om enkele haiku’s voor te dragen tijdens deze Open Dag. Ik zal eerst even kort uitleggen wat een haiku is? 
 
Een haiku is een Japanse dichtvorm, het zijn kleine gedichten zonder rijm. Een haiku bestaat uit drie dichtregels van 17 lettergrepen. De 1e dichtregel bestaat uit 5 lettergrepen, de 2e dichtregel uit 7 lettergrepen en de 3e dichtregel uit 5 lettergrepen. In de 17e eeuw begon men al met haiku’s schrijven. Het onderwerp van een haiku is de zintuigelijke ervaring van de dichter. Veel oude Japanse haiku’s gaan over een natuurbeleving. In de loop van de tijd werden ook mensen en gebeurtenissen steeds vaker het onderwerp van een haiku. Ik ga u zo meteen 7 haiku’s voorlezen, die ik geschreven heb en dat doe ik twee keer. Een haiku lees je namelijk 2x voor. Dat komt omdat er vaak dubbele bodems zit in deze kleine gedichtjes. 
 
Maar waarom nu zeven haiku’s voor de Raadzaal? 
Toen ik een oproep las van de gemeente Helmond aan bewoners van Helmond om mee na te denken over de invulling van kunstwerken voor de nieuwe Raadzaal, viel mij op dat het ging om twee wandschilderingen. Ik dacht meteen … schilderingen? Waarom geen gedichten? In een Raadzaal wordt toch taal gesproken en gedebatteerd? Bovendien staat Helmond in Nederland ook bekend om zijn goed lopend Literaire Café waar ieder jaar bekende Nederlandse dichters en schrijvers worden uitgenodigd om voor te dragen. 
Het voordragen van deze haiku’s doe ik ook omdat Helmond bekend staat om een landelijk bovengemiddelde score op het gebied van laaggeletterdheid. Landelijk 15% en in Helmond 17%. Dat is veel. Haiku’s bieden een mogelijkheid om in een paar zinnen veel te zeggen. Eenvoudig en makkelijk. Probeer het eens uit. Het is erg leuk om te doen. 
 
En dan nu de zeven haiku’s. Een week heeft zeven dagen en zeven dagen is het Huis voor de Stad en de Raadzaal geopend voor bezoekers en genodigden. Ik lees de haiku’s twee keer voor."

07-06-2024

Straatarmoede

Straten stralen?
Borstelen, ho maar
Vegen, echt niet
Gemeente geeft niet thuis
Gras groeit er overheen

Straten stromen!
Putten uitgeput
Drollen op de weg
Emmeren dan maar
Met kano naar het werk

Straten staken!
Door werkzaamheden op de weg
Barricaderen zelfs de stoep
Camera’s veroorzaken Flitzkrieg
Waar is mijn luchtpistool?

De straat is moe
Betreurt eenrichtingsverkeer
Stoot zich aan drempels
Komt zichzelf tegen
Loopt hartstikke dood
 

Inzending voor Pomgedichten:
 
Met vervolgens nog een toegift naar aanleiding van het commentaar dat al voor de sluitingstijd geplaatst was op Pomgedichten. Het was niet zonnig genoeg, Ik stuurde een nieuw gedicht per mail met als onderwerp: Toegiftig. In 'halve' dank ontvangen. Immers beter gekeerd dan verdwaald. Zie ook de link hierboven. 
[red: tekst hieronder is aangepast]

 
Stad mijner dromen
 
Zon schijnt door de bomen
Streelt de takken langs de gracht
Die schaduwen werpen in het water
Langs kleine bootjes

Guitig de glimlach op gezichten
Handen trekken kleine golven
In de grachten langs de straten
Zon en schaduw strelend

Harten springen open
Zon in en boven Amsterdam
De stad toch mijner dromen
In gouden glinstering, in vuur en vlam

De klinkers in de straten
Blinken, dampen, smelten
Wat bikkelhard is wordt weer zacht
Zelfs mijn hart maakt lieve sprongetjes

Oh, oh, lief en zonnig Amsterdam
Stad mijner dromen
Nooit ga ik meer vertrekken
Zolang de zon schijnt en de maan straalt 
 
 

Druivenranken buigen diep voor oenologen en druivenstokken

Ze laten hun kopjes er niet bij hangen, de druiven die aan de gulden zilveren rank hangen. De strijd om goud is weliswaar verloren, maar wat hebben ze gevochten. Eerst kregen ze het aan de stok met de druivenstokken en later ook met de jury. Niet zo vreemd, want druivenstokken zijn veruit favoriet onder oenologen die ook in de jury zaten. Oenologen liegen er niet om dat ze veel liever met stokken werken dan met ranken. Ranken zijn in de ogen van oenologen veel te grillig, onhandelbaar en gaan altijd de verkeerde kant op. Oenologen zijn gemaksmensen, zij zijn liever lui dan moe. Willen niet te veel nadenken, want dat hebben ze op de universiteit al tot in den treure moeten doen. Zij hebben het liefst alles op een rijtje. Dat de druivenranken het eerst aan de stok kregen met de druivenstokken en daarna ook met de oenologen valt dus goed te begrijpen.

Dit jaar vond de verkiezing van de druif van het jaar plaats in Brussel. En in de categorie druivendrager ging het als vanouds hevig te keer. De druivenstokken, de febbekes dus van de oenologen, plaagden de ranken voortdurend, lokten ze uit hun tent. Gevolg, een kleine oorlog op het wijnveld. De ranken delfden uiteindelijk het onderspit, trokken aan het kortste eind en vielen languit in de sloot. De ranken, grillig en sterk vochten tot het bittere eind, maar waren helaas in getale veruit de mindere. Honderden stokken tegen een tiental ranken, dat hielden ze niet vol. Hun druiven waren dan ook snel zuur.

Zo luidde ook het juryrapport. Het zoet wint van het zuur. De jury, bestaande (dus niet hangend, alweer een nadeel voor de ranken) uit oenologen, vinologen en sommeliers was eenduidig en unaniem. In de buitencategorie druivendrager scoorde de druivenstokken het hoogst. Orde, regelmaat en netheid gaven de doorslag.  Hun overwinning smaakte zoet. Druivenranken zagen nog heel even wit voor ogen en konden het rode bloed van de stokken wel drinken, maar legden zich uiteindelijk toch neer bij de uitslag van de verkiezing druif van het jaar. Amai zunne. En nu een pilske.


06-06-2024

Mien korte verhalen (62 + 63) met kleine grote waarheid

62) Dorstig zestien (31-05-2024)
 
Kratten bier en fris staan hoog opgestapeld in het souterrain van de vier etage-flat, gekleurde lampjes hangen aan het lage plafond en de muziekinstallatie is zojuist stevig uitgetest. Herman Brood klinkt heel 'shpritsz' door de boxen. Bijna is het saturdaynight en vier ik mijn verjaardag. Zestien jaar en heel dorstig. Dorstig om het te worden en dorstig om te zijn. Zou ze komen, mijn voormalige vlam? Het is nog niet zolang geleden en ze heeft al een nieuwe vriend. Haar gedroomde prins, ik weet het. Loslaten. Moeilijk. Iedereen is uitgenodigd. Familie, enkele klasgenoten en veel hockeyvrienden. Zou de trainer en de coach ook komen? Mijn stiefbroer draait nog wat aan de knoppen, het klinkt nog niet helemaal naar zijn zin. Zijn grote hobby, muziek. Ook de mijne, alleen onze smaken verschillen nogal. Heb hem dan ook de nodige instructies gegeven. Het is zeven uur in de avond en begin nu toch wel wat zenuwachtig te worden. Tijd voor een biertje. Intussen inspecteer ik de twee kelderruimtes voor de zoveelste keer. Alles hangt nog. De ballonnen, de slingers, de posters, de lampjes. Een gevoel van trots vervuld me. Ja, ik haat deze flat, het wonen veel te krap, met vieren in een veel te kleine flat. Maar feestvieren kan overal. Zeker in een gezellig sfeervol hol. Het zwarte plastic aan de muur laat nu toch een beetje los. Even beter vastmaken.
 
Langzaam komen de eerste gasten binnen. Familie voorop. Ze zijn er allemaal en ik neem de cadeaus in ontvangst. Ze glunderen bij het zien van mijn blije gezicht. Binnen no time komt ook de rest binnen. Ik heb er zin in en zo ook de gasten. Geen schroom en er wordt volop gedanst. Maar toch ... even overvalt mij de weemoed. Ik zie hoe Carolien dolverliefd is op Mark en het geeft me een misselijk gevoel. We hebben even oogcontact. Glimlachen volstaat. Ik geniet van mijn vrienden die uitzinnig dansen op de muziek. Alle klassiekers trekken voorbij. Deep Purple, Pink Floyd, Stones, Brood en Beatles en ja ook af en toe een Abba-tje. Mijn stiefbroer draait goed. De biertjes gaan er goed in. En heel langzaam verandert de kelderruimte in een bad cave met bier- en zweetlucht. Het zwarte plastic zeil schreit tranen van plezier. De goedkope geurtjes zijn allang verdwenen uit de lucht. Ik glunder tot achter mijn oren. Mijn vader praat met mijn hockeytrainer en met mijn coach, ze zijn toch gekomen. Laat, but who cares? Tot in de kleine uurtjes gaan het feest door. Flatgenoten zijn ermee akkoord. Gelukkig maar. Ik zie mijn vader en stiefmoeder samen tevreden uitkijken naar het gepeupel en naar het eind, dat onvermijdelijk komt. Sweet sixteen ben ik geworden en wil het een leven lang zo blijven vieren. We eindigen het feest met Hotel California. Such a nice surprise. Ik geniet nog lang na.
 
 
63) Bright eyes (06-06-2024)
 
Het is zomervakantie en er zijn nog geen plannen gemaakt, het weer is niet fantastisch en toch willen we op vakantie. Met twee pubers een verzoeking. Het wordt een weekje Duitsland ergens in de middle of nowhere, althans zo voelt het toch. Ik heb helemaal geen zin, want ik wil veel liever in Weert blijven, dichtbij mijn vriendinnetje. Het vertrek geeft me een onbestemd gevoel van het moment dat we in de auto stappen. Ik wil niet weg, ik wil haar zien. Gisteren heb ik haar nog een brief geschreven, dat ik haar zal missen, een hunkerbrief, hoe het haar zal gaan vergaan zo zonder mij, of ze me gaat missen? De laatste ontmoeting bij haar thuis was niet geweldig, snipverkouden was ze, een povere welkomstzoen smaakte naar eucalyptus. Ze was de hele tijd afwezig, het bezoek van korte duur.
 
De autorit naar Duitsland is vreselijk en het regent pijpenstelen. Droef druk ik mijn neus tegen het koude natte raam van het zijportier en tuur naar buiten. Auto’s en witte strepen schieten voorbij. Het vakantieoord met saaie appartementen ligt mistroostig op een kleine heuvel, net als de sfeer die over de hele vakantie hangt. Er is niet veel te doen op de plek waar we zijn. Ik weet niet eens de naam van deze godverlaten plek. Hoe zou het met mijn vriendinnetje zijn? Zou ze de brief al hebben gekregen?
 
Alle attracties hebben we onderhand gehad, welgeteld twee en de flipperkast helpt ook niet echt meer mee de tijd te verdrijven. Mijn stiefbroer is alleen maar bezig met zijn schoolboeken. Hij zit in het laatste jaar van de LTS. Uit verveling besluit ik wat te gaan wandelen in de bossen rondom ons hotel, een bos dat alleen maar bestaat uit dennenbomen en sparren, kilometers lang en meters hoog, de paden rechttoe rechtaan. Het weer is druilerig en alles voelt nat. Naaktslakken, lichtbruin en ontelbaar kruipen traag over het pad, uit baldadigheid ga ik er op eentje staan, zo maar. Ik baal van mezelf, waarom doe ik dat nou? Boosheid, verveling, verdriet, ze schreeuwen om verklaring, maar ik weet het even niet. Trap onderweg nog een aantal slakken plat. Ook de zwarte.
 
Het eten in het hotel is niet te hachelen, na de maaltijd kijk ik nog een film en duik op tijd de koffer in. Een stapelbed in een kleine kamer en ik lig boven. De slaap lijkt maar niet te komen, mijn gedachten zijn bij mijn vriendin in Weert. Hoe ver lijkt dat nu weg. Eindelijk trekt de slaap me een diepe droom in, een ware nachtmerrie. Ik droom van een grote bruine naaktslak die zichzelf langzaam opblaast in mijn kamer. Hij houdt niet op te groeien en kom haast klem te zitten onder zijn massa. Nee, nee, hij gaat me nog dooddrukken! In grote paniek spring ik uit bed en land op de grond. De slak duwt me nu richting deur. Ik wil naar buiten maar de deur zit op slot. Hoe kan dat nu? Ik trap keihard tegen de deur. Een groot gat, want hij blijkt van dunne triplex te zijn. Mijn redding. Dan word ik wakker en besef wat ik heb gedaan. Een vette straf, dat is het.
 
De stemming wordt er de volgende ochtend niet beter op. De schade wordt opgenomen en mijn vader is nors, dit wordt een dure grap. We zijn nu al vier dagen in dit saaie oord en alles in mij roept naar huis te gaan. Maar in de middag komt de post. Ineens stijgt mijn bloedslag naar ongekende hoogte. Ik houd de brief onder mijn neus, hij ruikt een beetje naar parfum en doet mijn hart sneller kloppen. Ik besluit de brief in het bos te lezen en loop naar buiten. Een weeïg onderbuikgevoel laat me sneller lopen. Na een kwartier durf ik de brief te openen. Maar een blaadje, constateer ik droef, wat er geschreven staat nog meer droevig. Mijn vriendin heeft na lang nadenken besloten om een einde te maken aan onze relatie. Mijn eerste grote liefde, wil niet meer verder met mij. Verdriet en ongeloof maken zich meester van mij, tranen biggelen over mijn wang en vallen op de brief, enkele woorden vervagen. Sorry Mien. Ik ben ontroostbaar en wil naar huis.
 
Tot die conclusie is ook mijn vader gekomen. In overleg met stiefmoeder en stiefbroer besluiten we een paar dagen eerder naar huis te gaan. Iedereen blij. Nou ja, blij? Op de autoradio klinkt Garfunkel. ‘Bright eyes. Is it a kind of a dream? Floating out on the tide. Following the river of death downstream. Oh, is it a dream?’ Wishfull thinking. Ik pink een traan weg. Watership down.
Mijn stiefmoeder weet niet goed wat te zeggen en vertelt dat ze helemaal geen zin heeft om volgende week weer te gaan werken. Ze is poetsvrouw, werkt enkele ochtenden in de jambuurt en niet toevallig, of juist wel, ook bij de ouders van mijn vriendin. Nu ex-vriendin dus. Was het sowieso gedoemd te mislukken, onze relatie? Ik weet het niet. Ik moet er nog even aan wennen. Aan de terugreis lijkt geen einde te komen. Het voelt oneindig en onwezenlijk.